Het spreekt voor zich dat vrijheid iedere betrokkenheid van de overheid bij geloofsuitingen uitsluit. Ook privépersonen mogen elkaar geen geloof opdringen.

Met “geloof” wordt religie bedoeld, maar ook niet-godsdienstige levensbeschouwingen en opvattingen, bijvoorbeeld over politiek, gezondheidszorg en opvoeding. Iedereen mag bijvoorbeeld socialist zijn, en zelfs in socialistische kring leven, zolang alle deelnemers aan die kring dat vrijwillig doen. Denk bijvoorbeeld aan een commune. Het is niet de rol van de overheid om bepaalde geloven te erkennen, bijvoorbeeld in de vorm van kerkgenootschappen, en al helemaal niet om geloven te ondersteunen.

Wanneer wordt een geloof opgedrongen? Hieronder voorbeelden van wat wel en niet mag:
1.Anne belt aan bij Bart, of spreekt hem op straat aan. Zij wil hem overtuigen naar haar geloof over te stappen. Mag. Als Bart niet wil, kan hij de deur dichtdoen of weglopen.
2. Anne doet een propagandafolder in de brievenbus van Bart. Mag, tenzij Bart een sticker heeft dat hij geen ongeadresseerde post wil.
3. Anne geeft Bart, die honger heeft, voedsel in ruil voor bekering tot haar geloof. Mag, aangenomen dat dat voedsel ook echt van Anne is en zij dus het recht heeft het weg te geven. Fatsoenlijk is dit niet; het vrijheidsprincipe dringt niet fatsoen af.
4. Anne boycot Bart tenzij hij zich bekeert tot haar geloof. Mag. Anne bepaalt zelf met wie ze omgaat, ookal voelt Bart zich daardoor gediscrimineerd.
5. Anne bedreigt Bart. Mag niet, ookal voert ze de bedreiging niet werkelijk uit. Bart kan niet weten of ze het niet zal doen. Hij verliest door de bedreiging zijn vrijheid.
6. Anne wil via wetgeving van Bart afdwingen dat hij zich houdt aan haar geloofspunten. Mag niet.
Dit is één van de vele thema’s besproken op http://www.vrijheidslijst.nl

3 REACTIES

  1. Volgens John Hospers, een van de eerste LP-kandidaten voor het presidentschap van de VS van A, betekent religie voor sommigen de volledige binding en toewijding aan iets, niet noodzakelijk aan God (John Hospers, “An Introduction to Philosophical Analysis”, London, Routledge, 1997, 4de uitg., p. 201: For some people religion means total commitment or total dedication to something, not necessarily God)

    Je zou bijna denken dat Hub met deze site het aantal bekeerlingen tot de door hem belijde liberteire godsdienst wil opvoeren.

  2. Volgens John Hospers, een van de eerste LP-kandidaten voor het presidentschap van de VS van A, betekent religie voor sommigen de volledige binding en toewijding aan iets, niet noodzakelijk aan God (John Hospers, “An Introduction to Philosophical Analysis”, London, Routledge, 1997, 4de uitg., p. 201: For some people religion means total commitment or total dedication to something, not necessarily God)

    Je zou bijna denken dat Hub met deze site het aantal bekeerlingen tot de door hem belijde liberteire godsdienst wil opvoeren.

  3. De reactie van Ivo lezende zie ik geen enkele -dus ook geen grammaticale- reden Hub te verdenken van het "belijden van de liberteire godsdienst".
    Bovendien is de constructie "libertaire (!) godsdienst" een contradictio in terminis.

Comments are closed.