Afgelopen zondag brak Theo Maassen opnieuw een lans voor de vrijheid van meningsuiting. Lovenswaardig, maar het is treurig om te zien hoe zwak hij zijn betoog van argumenten voorziet. Ditmaal haalde hij een fragment van Barend en van Dorp aan, waarop zij zich publiekelijk voor enkele uitspraken over de Hells Angels verontschuldigden, na door de Angels te zijn bedreigd. Een zwarte dag voor de televisie aldus Maassen.
In een eerder interview in Nova (http://www.novatv.nl/index….) presenteerde Maassen zijn nummer ‘doodsbedreiging’ (http://www.novatv.nl/index….), naar aanleiding van het oppakken van rappers die Hirsi Ali in een van hun nummers met de dood bedreigden. Volgens Maassen hadden deze rappers nooit mogen worden opgepakt.

Bij oppervlakkige beschouwing tekent zich hier een merkwaardige onderscheid af: de links lullende, rechts zakken vullende jongens van B&B dienen te worden beschermd tegen intimidatie door Hells Angels, maar intimidatie van Hirsi Ali door rappers valt onder vrijheid van meningsuiting en moet kunnen. In het laatste geval gaat het immers om ‘kunstenaars’ en die menen het niet zo. Maw, bent u kunstenaar dan mag u roepen wat u wilt, maar als man van de straat – met een motor – dient u toch vooral op te passen met wat u zegt. Dit is niet anders dan de redenatie van de Nederlandse wetgeving die gelovigen, zoals imam El-Moumni die zei dat homoseksuelen lager zijn dan varkens, een grotere vrijheid van meningsuiting toedicht, omdat zij immers spreken ‘vanuit de achtergrond van een religie’.

Maassen lijkt overigens wel degelijk voorstander van vrijheid van meningsuiting zoals die ook door Libertariers wordt uitgedragen. Aangezien het gesproken, of geschreven woord, het leven en de persoonlijke eigendommen van individuen niet schaadt, gaat het hier in alle gevallen om een slachtofferloze misdaad en kan en mag deze niet worden bestraft. Het onderscheid tussen een werkelijke bedreiging en een vorm van vrije meningsuiting wordt dan ook snel duidelijk; in het eerste geval wordt fysiek inbreuk gemaakt op het leven of de persoonlijke bezittingen van de bedreigde, in het tweede geval niet. Het ’taartten’ of met ketchup besmeuren van iemand is een fysieke inbreuk op zijn persoon en dus geen vorm van vrije meningsuiting, het bedreigen met de dood in een krantenartikel of rapnummer is, hoewel verwerpelijk, wel degelijk een vorm van vrije meningsuiting en dient dus niet te worden bestraft.

In het fragment van B&B werden – voor aanvang van de uitzending – behalve bedreigingen, ook enkele klappen uitgedeeld. Een duidelijke inbreuk op de persoon dus, met als doel mensen het zwijgen op te leggen over bepaalde onderwerpen. Reden voor strafvervolging dus, die vreemd genoeg nooit heeft plaatsgevonden.
Hoe betreurenswaardig de bedreigingen aan het adres van Hirsi Ali ook zijn, de daders oefenen niet meer uit dan hun recht op vrije meningsuiting en dienen dan ook niet te worden bestraft.
Dienen mensen die met de dood worden bedreigd dan maar te wachten tot ze door hun bedreigers fysiek worden aangevallen, voor ze zichzelf mogen (laten) verdedigen? Nee, natuurlijk niet! In een Klassiek Liberale maatschappij heeft de overheid als voornaamste taak het beschermen van de burger tegen dwang en geweld. Zij dienen de bedreigde dus ten alle tijden te beschermen, desnoods door hem of haar dag en nacht door een bodyguard te laten vergezellen (in een anarcho-kapitalistische maatschappij zou een particuliere beschermingsorganisatie hetzelfde doen).*

Kan iemand dus ten alle tijden zeggen en schijven wat hij op z’n lever heeft, ook al kwetst of beledigt hij daarmee individuen of groeperingen? Inderdaad!
Dit verdient enige verduidelijking; het recht op vrijheid van meningsuiting is, zoals alle rechten, een negatief recht. Maw, iemand mag zeggen en schrijven wat hij/zij wil zonder dat een ander of de staat dit mag bestraffen of verhinderen, maar anderen zijn niet genoodzaakt een podium te bieden voor zijn of haar mening. Hoewel nogal wat mensen zich geschaad voelen in hun vrijheid van meningsuiting en luid ‘censuur!’ roepen bij het niet plaatsen van bv. hun ingezonden brief, is een krant of televisieprogramma niet verplicht de mening van eenieder zomaar te plaatsen. Stel u voor dat dit wel het geval was; kranten zouden dan snel op houden te bestaan omdat ze ALLE ingezonden kolder ONGEWIJZIGD zouden moeten publiceren, wat zou leiden tot duimendikke maandagochtend edities…

“Ik ben het in alles wat u zegt met u oneens, maar ik zal blijven strijden voor uw recht het te mogen blijven zeggen.”
~ Voltaire.

Meer over de Vrijheid van Meningsuiting en hoe zwak deze in de Nederlandse wetgeving is verankerd vint u hier: http://www.groene.nl/2002/0…
Zie ook: No place for Fascists in European Union: suspend Sweden now!

* Zoals in eerdere columns al opgemerkt, geldt dit recht op bescherming in Nederland alleen voor personen in dienst van de overheid. De Nederlandse staat grijpt bij anderen pas in nadat de bedreiger zijn bedreigingen heeft waargemaakt…

5 REACTIES

  1. “Aangezien het gesproken, of geschreven woord, het leven en de persoonlijke eigendommen van individuen niet schaadt, gaat het hier in alle gevallen om een slachtofferloze misdaad en kan en mag deze niet worden bestraft.”

    Een ernstige misvatting. Smaad tast iemands reputatie of die van een organisatie aan. Als je voor je inkomen geheel afhankelijk bent van je goede naam (bijv omdat je als adviseur werkt en integer moet zijn) en door de smaad van een ander klanten verliest, is er geen sprake van een ‘slachtofferloze misdaad’.

    Nu kan je wel zeggen dat het de vrije beslissing is van die klanten om niet meer met je in zee te gaan. Maar als de smaad niet was gepleegd waren ze waarschijnlijk nog wel klant geweest. Zakendoen is tenslotte in belangrijke mate een kwestie van vertrouwen.

    In die zin is het verspreiden van leugens (bijv beweren dat jouw product op een bepaald punt beter is dan dat van de concurrent, terwijl dat niet zo is) even misdadig. Met deze vorm van oplichting lok je klanten onder valse voorwendselen weg bij de concurrent. Je benadeelt zo die klanten én die concurrent.

    Het is dus niet meer dan normaal dat er tegen het verdraaien van de waarheid en het uiten van onwaarheden wordt opgetreden.
    "I didn’t say that I didn’t say it. I said that I didn’t say
    that I said it. I want to make that very clear."
    "I have lied in good faith."
    "I am not a crook !"
    – US-president Nixon, on Watergate

  2. @Speedy.

    Smaad is geen slachtofferloze misdaad, omdat, zoals je zelf al aangaf, er wel een slachtoffer is.

    Smaad is ook geen mening, omdat smaad een "leugen" is, of een "mening" die niet bewezen kan worden of die gewoon fout is.

    Smaad valt dus niet onder Vrijheid van meningsuiting, simpel weg omdat het geen mening is.

    Quote :
    "Het is dus niet meer dan normaal dat er tegen het verdraaien van de waarheid en het uiten van onwaarheden wordt opgetreden."

    en dat is dus juist, maar als je een mening verkondigd, is dit geen waarheid of leugen, maar een mening! Ik kan zeggen dat b.v. J.P. Balkenende een slechte leider is, dat is een mening en geen smaad. Als ik zeg dat JP de duivel aanbid, is dit smaad omdat ik zijn reputatie aantast, zonder dat ik dit kan bewijzen (kan ik dit wel, dan is het een feit en ook geen smaad) en is dus strafbaar.

    Kortom, Smaad valt niet onder vrijheid van meningsuiting omdat het geen mening is.

  3. @Repelsteeltje,

    Je hebt gelijk, dat er een verschil is tussen feiten en meningen. Het probleem is echter, dat die in de dagelijkse praktijk nauw verweven zijn. Als je zegt: “Ik vind JP een slecht leider” is dat een mening die je ongetwijfeld op bepaalde feiten baseert. Als die feiten onjuist zijn, of verkeerd door je zijn geïnterpreteerd, dan kan je mening onjuist zijn. Of JP werkelijk een slecht leider is hangt af van de algemeen aanvaardde definitie van ‘leiderschap’, en in welke mate JP daaraan voldoet. Dat is objectief vast te stellen. Als je mening daarmee in strijd is, verkondig je dus een onwaarheid en zou er tegen je kunnen worden opgetreden wegens smaad.

    Bij het verkondigen van een kaal feit is de zaak uiteraard eenvoudiger: je uitspraak klopt of zij klopt niet. In dat laatste geval kan er tegen je worden opgetreden wegens smaad of oplichting, e.d.

    Mijn probleem ligt vooral bij mensen, vooral politici, die er een kunst van maken om de waarheid te verdraaien. Zij selecteren en benadrukken hun feiten gewoonlijk zodanig dat er een volkomen ander beeld van een zaak ontstaat dan wanneer men alle feiten in de juiste zwaarte zou hebben weergegeven. Dat vind ik een vorm van oplichting.

    Bijv. de regering benadrukt een belastingverlaging van 4%, de oppositie benadrukt een belastingverhoging van 6%. Beide versies zijn correct, maar geven ieder toch een verkeerd beeld van de werkelijkheid (per saldo 2% verhoging). Meestal zijn mensen wel in staat om op basis van informatie uit verschillende bronnen toch dicht bij de waarheid te komen. Maar in bepaalde gevallen, zoals in de politiek, moet je eerst een economie en rechten studie volgen en vervolgens de dikke rapporten van het CPB of de Rekenkamer doorworstelen om achter de werkelijkheid te komen. Dat is een onzinnige en volkomen onnodige toestand die voor veel mensen schadelijk is.

    Ook vind ik het hanteren van agressief taalgebruik, zoals schelden en de hierboven genoemde intimidatie van Hirschi Ali, te ver gaan. Je hebt immers niet het recht je mening aan iemand op te dringen.
    “I believe there is a limit beyond which free speech cannot go, but it’s a limit that’s very seldom mentioned. It’s the point where free speech begins to collide with the right to privacy. I don’t think there are any other conditions to free speech. I’ve got a right to say and believe anything I please, but I haven’t got a right to press it on anybody else. …. Nobody’s got a right to be a nuisance to his neighbors.”
    — H.L. Mencken

  4. Dus ik mag alleen iets zeggen als ik zeker weet dat het waar is. Ik mag dus ook niet iemand de hemel inprijzen als ik niet zeker weet dat hij dit verdiend. En verstandelijk gehandicapten die zomaar wat roepen dienen preventief de mond te worden gesnoerd om erger te voorkomen.

    Dat heeft dus niets meer te maken met vrijheid van meningsuiting. Zodra je grenzen gaat stellen aan de vrijheid van meningsuiting bevindt je je op de afglijdende weg naar een staat geregeerd door een totalitaire gedachtenpolitie…

  5. [4]
    Henk,

    Natuurlijk mag je denken wat je wilt. Alleen als je wat zegt kan je anderen schade toebrengen.

    Het is wel zo netjes daar rekening mee te houden (zo niet dan zou je een claim aan je broek kunnen krijgen ;-).

    Het spreken van de waarheid voorkomt al die problemen, want feiten kan niemand bestrijden.;-)

    "Ik zeg wat ik denk en ik doe wat ik zeg !"
    — Pim Fortuyn

Comments are closed.