De Nederlandse overheid deelt ieder jaar ongeveer 22 miljard euro aan subsidies uit. Twee medewerkers van de Edmund Burke Stichting – Jurgen R. Reinhoudt (universiteit van Princeton) en Peter Heemeijer (universiteit van Amsterdam) – hebben een brochure geschreven waarin de 100 grootste van de in totaal 528 regelingen (die 100 regelingen samen vormen 87 procent van het totale budget) aan de hand van vier helder omschreven criteria worden getoetst.

Hieronder de korte samenvatting:

  • De rijksoverheid deelt ieder jaar ongeveer 22 miljard euro aan subsidies uit. Dit bedrag komt neer op zo’n 3000 euro per lid van de beroepsbevolking. Van elke zes euro’s die het Rijk uitgeeft, wordt er één uitgegeven in de vorm van een subsidie.
  • Bij het bedrag van 22 miljard euro zijn bepaalde subsidies, zoals het Gemeenschappelijk Europees Landbouwbeleid – waar Nederland zo’n 1 miljard euro aan meebetaalt – nog niet eens meegerekend.
  • Deze brochure biedt een analyse van de tien grootste subsidies per ministerie. De ministeries van Binnenlandse Zaken, Financiën en Defensie zijn, om praktische redenen, samengevoegd. Gezamenlijk beslaan de tien grootste subsidieregelingen van alle ministeries ruim 19 miljard euro.
  • De in totaal 100 subsidieregelingen zijn getoetst aan vier criteria, en op basis van deze toetsing zijn aanbevelingen gedaan.
  • De Edmund Burke Stichting stelt voor om bijna viervijfde (78 procent) van de ruim 19 miljard euro aan onderzochte subsidies af te schaffen. Deze besparing komt jaarlijks neer op ruim 15 miljard euro. De afschaffing van de huursubsidie en de studiefinanciering, als ook de afschaffing van subsidies aan bedrijven, dragen bij tot deze grote besparing.
  • Deze besparing van 15 miljard euro dient voor het overgrote deel (11,6 miljard euro) aan de burger te worden teruggegeven in de vorm van een grootschalige belastingverlaging.
  • Deze belastingverlaging zal leiden tot:
    – een hogere economische groei door meer bedrijvigheid
    – een hoger besteedbaar inkomen voor de burger
    – meer keuzevrijheid en zelfbeschikking voor de burger
    – minder mogelijkheden voor corruptie en overheidsfraude
    – een aanzet tot een algehele revitalisering van de civil society ten opzichte van de huidige lethargie als gevolg van de vervlechting van staat en samenleving
    – minder verspilling en minder zinloze en controversiële projecten
    – de stimulering van maatschappelijke zelfredzaamheid, ondernemerschap en particulier initiatief.

De heren Reinhoudt en Heemeijer hebben hun onderzoek – inclusief een overzicht van alle getoetste regelingen – vastgelegd in de brochure Nederland subsidiestaat (zie http://www.burkestichting.n…).

9 REACTIES

  1. Hierbij wil ik de kanttekening maken dat alleen het opheffen van de studiefinanciering, zonder verdere liberalisering van de onderwijsmarkt, alleen tot vermindering van de kwaliteit van het onderwijs zal leiden.

    Immers:

    * Universiteiten en hogescholen krijgen het grootste gedeelte van hun bekosteging pas uitbetaald bij het afstuderen van de student.

    * Het overgrote deel van de studenten is alleen geinteresseerd (terecht) in het in korte tijd en met zo min mogelijk moeite behalen van een diploma. Studeren is immers duur, en het wordt steeds duurder.

    Zowel Student en Universiteit hebben dus belang bij makkelijke, toegankelijke studies. Dit zorgt (uiteindelijk) voor een devaluatie van de diploma’s, maar zolang bijna alle instellingen voor hoger onderwijs door de overheid bekostigd worden, valt er voor het bedrijfsleven weinig te kiezen; álle diploma’s devalueren immers.

    Van de bestaande Universiteiten en Hogescholen kún je niet verwachten dat ze binnen afzienbare tijd overschakelen naar een privaat gefinancierd, competitief model, en private initiatieven kunnen niet concurreren met deze flink gesubsidieerde instellingen (Universiteiten krijgen, geloof ik, 18.000 Euro per jaar per student).

    In een private onderwijsmarkt zullen de onderwijsbedrijven zich uitsplitsen in bedrijven die hun klanten snel aan een diploma helpen, en bedrijven die zich vooral richten op de kennisoverdracht die hun klanten willen.

  2. [1] Hier zie je weer duidelijk dat er een (samenhangend) verschil is tussen
    1.de huidige toestand A / en de gewenste toestand B.
    2. Hoe kom ik van A naar B.

    Als je de discussies over 1 en 2 niet goed onderscheidt, praat je volledig langs elkaar heen!

  3. [2]
    Oh, zeker, en ik begrijp goed dat het doel van de brochure puur het aanwijzen van potentiele kostenbesparingen voor de overheid is.

    En de neerwaartse beweging van de kwaliteit van het hoger onderwijs is, bij de huidige financieringsstructuur, onvermijdelijk; daar doet studiefinanciering niks aan af.

    Afschaffen van de studiefinanciering zal de neergang wel versnellen. Studenten zullen immers, meer dan ze nu al doen, vluchten naar korte opleidingen met een hoog slagingspercentage.

    Om een geleidelijker overgang te faciliteren zou je kunnen denken aan een voucher-systeem, zoals dat in Amerika wordt voorgestaan voor private middelbare scholen. Hieraan kleeft wel het gevaar dat de overheid hierdoor macht krijgt over de private concurrenten van de huidige Universiteiten.

  4. [2]

    COMPETENT OVERGANGSMANAGEMENT NOODZAKELIJK

    Dit geeft aan, hoe belangrijk een goede voorbereiding voor de overgang naar een nieuw systeem is. Ook op dat terrein
    is de eigenwijze en arrogante overheid berucht wegens haar slechte management. Denk aan verzelfstandiging van de NS, de aanpak van energiesector en straks de herziening van het zorgstelsel.

  5. [4]
    Het is dan ook een bijzonder moeilijke taak; privatisering is in sommige gevallen even moeilijk als het opzetten van een nieuw bedrijf, in andere gevallen net zo moeilijk als het opzetten van een nieuwe bedrijfsTAK.

    Het probleem ligt niet zozeer in de incompetentie van de overheid, maar in de illusie dat dit soort problemen uberhaupt te behapstukken zijn.

    Misschien is het zelfs beter als de onderwijssector naar de klote gaat; in zo’n geval is het makkelijker voor de markt om de draad op te pakken.

  6. [5]

    Verzelfstandiging van de NS was een modegril, evenals de privatisering van de energiesector. De overheid had op zijn vingers kunnen natellen, dat er monopolies gecreeerd werden.
    Wat de herziening van het zorgstelsel betreft: als je bedenkt, dat deze sector van huis uit een particulier initiatief is en het geleide ziekenfondswezen een monstrueuze uitzaaiing is van de armenzorg uit de jaren 40/50, waarlangs de overheid haar wil aan de sector wil opleggen, moeten wij ons hart vasthouden voor de invoering van een monistische basisverzekering a la Hoogervorst.

  7. [6] "De overheid had op zijn vingers kunnen natellen, dat er monopolies gecreeërd werden"

    Vraag : Deze monopolies waren er toch al voordat de bedrijven geprivatiseerd werden?

    Het is namelijk bij de NS fout gegaan, juist omdat er een monopolie was en de privatisering niet 100% doorgetrokken is. NS is wel zelfstandig, met de overheid als grootste aandeelhouder (eigenaar dus!), maar de rails en de onderhoud daarvan nog steeds in overheidshanden!

    De NS mag de kaartjes niet duurder maken (Marktwerking!) want dat vind de politiek niet leuk. Er is oud materiaal, want de vorige eigenaar (de overheid dus!) heeft niet geinvesteerd in nieuw materiaal.

    Dus de NS is NIET geprivatiseerd, mag geen prijsverhoging doorvoeren voor nieuw, beter en meer materiaal (treinen) en heeft geen zeggenschap over de rails en de onderhoud.

    Als alle privatiseringen zo gaan, ja dan gaat alles naar de kloten!

    Het is heel simpel : Alles wat de overheid wil doen om het beter te maken, komt voort uit het goed willen doen. Maar iedereen weet (althans ik en andere libertatiers wel) dat goede bedoelingen niet altijd goede resultaten op levert en in het geval van de overheid dus nooit. De overheid zelf is een monopolist dus een verspiller. De Vrije Markt, Kapitalisme dus, is beter in staat om hiervoor te zorgen.

    Zeg nu niet dat de realiteit heeft bewezen dat dit ook niet werkt, want ik heb het over een echt vrije markt (Zie "Leve de Globalisering" van J. Norberg). We hebben nu een gemngde markt waarin de overheden (Nederlnadse en europese) allerlei beprkingen opleggen aan de markt waardoor deze niet meer, of niet goed functioneert en waardoor er dus problemen ontstaan.

    Deze worden dus veroorzaakt door overheden. Je moet het probleem dus aanpakken en dat is de overheid en de oplossing is een kleine overheid (alleen kerntaken), geen Europese Unie zoals we nu hebben (dat is Socialisme of nationaal-socialisme en dat betekent een groteske overheid waarin er meer ambtenaren zijn dan echte productieve arbeiders).
    Alleen de markt, de vrije markt (globalisering en kapitalisme) kunnen monopolies tegen gaan, armoede bestrijden en zorgen dat de wereld beter wordt.

    Dit kan geen enkele overheid doen, is namelijk niet hun kerntaak en doelstelling.

    Lange leve het kapitalisme!

  8. [7]
    Het probleem is ook dat de Overheid.. nou ja, vooral minister Jorritsma, dacht dat het mogelijk was om een oud, vermolmd staatsbedrijf in de markt te zetten, en dat de markt dan wel voor een oplossing zou zorgen.

    Wat doet de markt normaal met oude, vermolmde bedrijven? Juist.

  9. [7]
    Jullie hebben natuurlijk groot gelijk, Freeman en Michiel. Freeman heeft ook meer tijd in zijn reactie gestopt. En Jorritsma en haar vrouwelijke collegae op V&W tot dusver…

Comments are closed.