Er zijn de laatste paar jaar grote boekhoudschandalen geweest, onder andere bij: Enron, WorldCom, Parmalat en niet te vergeten Albert Heijn. In de EU worden nu gesprekken gevoerd om te onderzoeken in hoeverre dat mede mogelijk geweest is door de grote omvang van de accountantskantoren.
Doordat er steeds meer en ingewikkelder voorschriften, regels en controles komen, zowel van de locale overheden als vanuit de EU, kunnen kleine accountantskantoren niet altijd al de benodigde specialisten leveren. Mede door die regeldrang wordt de groei van de accountantskantoren bevorderd.
Twaalf jaar geleden waren er nog 8 grote kantoren in de EU werkzaam. Dat is nu gereduceerd tot vier: Deloitte, Ernst & Young, KPMG and PricewaterhouseCooper.
Alexander Shaub, director general of internal markets at the European Commission, noemde op een bijeenkomst van de Fédération des Experts Comptables Européens (FEE), deze ontwikkeling een “tijdbom”.
Eerst het zo ingewikkeld maken dat die kantoren wel moeten groeien, dan op de gevaren wijzen en dan weer maatregelen nemen. Dat wordt dan (uiteraard) weer een nieuwe controlegroep uit de EU-landen die de concurrentie tussen de grote accountantskantoren gaat controleren, en nieuwe voorschriften gaat maken over hoe en waar accountantsbureaus mogen of moeten werken.
Steeds meer regels en meer regels. Het zou veel beter zijn om van deze dure kostenverhogende (onproductieve) ballast af te komen. Uit de EU treden, om te beginnen door het het afstemmen van de EU-Grondwet, dus: “EU – NEEN!”