De gescheiden taken en verantwoordelijkheden van en de balans tussen de wetgevende, de uitvoerende én de controlerende macht lijken in de praktijk niet altijd meer gerespecteerd te worden. Steeds vaker zien we een publieke confrontatie tussen politici en de rechterlijke macht. Kennelijk is er sprake van een groeiend ongenoegen bij sommige politici over besluiten betreffende vervolging en veroordeling. Tegelijkertijd ervaren sommige rechters dat in toenemende mate als oneigenlijke bemoeienis. Bovendien vrezen zij dat nieuwe wetgeving tot nog meer interpretatie en beoordelingsruimte leidt en hen nog meer bloot zal stellen aan dergelijke kritiek.

Dit was duidelijk te zien rondom het debat met minister Verdonk omtrent het uitzetten van illegale asielzoekers. Deze groep asielzoekers heeft van meerdere onafhankelijke rechters te horen gekregen dat ze niet in Nederland mogen blijven. Toch stonden er een hoop politici op die meenden dat de rechters het fout hadden gezien, en men eiste van de minister dat zij de uitspraken van de rechterlijke macht maar gewoon naast zich neer zou leggen. Blijkbaar vinden deze politici dat hun oordeel meer waard is dan dat van de rechter.
Uiteraard is het bekend dat de ‘trias politica’ in hoge mate een leerstuk is van ongeschreven staatsrecht. Dit leerstuk heeft echter al enkele eeuwen haar waarde in Nederland bewezen. Probleem is echter wel dat door het ongeschreven karakter ervan er ook geen forum bestaat waarin belangrijke representanten van de drie machten hun onderlinge omgang kunnen bespreken.

Zo’n forum is hard nodig. Zoals blijkt uit de situatie rond de asielzoekers zijn er té veel kamerleden die de Trias politica slechts gebruiken als het hen uitkomt.
Welke politici dat deden? Vooral Links ‘denkend’ Nederland, onder aanvoering van Femke Halsema. Dezelfde lieve Femke die zich zo enorm druk maakt over de Trias Politica. Want wat is nu het grappige van dit artikel? De eerste en derde alinea zijn integraal overgenomen uit een brief van diezelfde Femke Halsema. (zie: www.groenlinks.nl/2ekamer/n… )

Waarschijnlijk is Femke enigszins kort van memorie. Anders is het toch niet te verklaren dat zij moord en brand schreeuwt als kamerleden rechterlijke beslissingen ter discussie stellen, terwijl ze zelf een minister naar huis wenst te sturen die niets anders doet dan een rechterlijke beslissing uitvoeren.
Het enige écht opvallende aan dit geheel is dat mevrouw Halsema nou net op dit belangrijke punt niet is aangevallen door haar politieke opponenten.

6 REACTIES

  1. Goed stuk, Kim. Inderdaad opvallend dat zwijgen van Halsema’s politieke tegenstanders. Wat zou daarachter zitten ?
    Ik had het van de week over de ondeugdelijkheid van het voorzorgbeginsel.
    http://www.vrijspreker.nl/b

    Een beginsel dat als hoeksteen dient van allerlei wet- en regelgeving, maar dat daarvoor absoluut ongeschikt is en dus ook om daaraan beleidscriteria te ontlenen, domweg omdat het uitsluitend schijnzekerheid biedt en omdat het door politici gehanteerd wordt die of te dom zijn of puur uit zijn op het uitbreiden van hun dictatoriale macht.

    De toepassing van dit zogenaamde beginsel biedt allerlei mogelijkheden voor ontwikkeling van wet- en regelgeving tot willekeurige uitnutting van "beleidsruimte" door gebruikmaking van z.g. discretionaire bevoegdheden in concrete gevallen.

    Wet- en regelgeving op basis van het voorzorgbeginsel zet alle deuren tot machtsmisbruik door politici en bestuurders wagenwijd open.

    Het is dan ook onvermijdelijk, dat er steeds meer geschillen komen over de invulling van die beleidsruimte door bestuursorganen, die bij de bestuursrechter terechtkomen.

    Dit zal dus leiden tot een navenante toename van bestuursrechtelijke procedures en toenemende frustratie bij de betrokken bestuursorganen.

    Hoewel de (bestuurs)rechter zich zal hoeden om op de stoel van het bestuurorgaan te gaan zitten, zal hij steeds vaker genoodzaakt zijn bestuurlijke uitspraken (besluiten en beschikkingen) te vernietigen.

    Bestuurders zullen zich echter hoe langer hoe meer over hun frustraties door al die juridische procedures en uitspraken beklagen.

    Aan de andere kant is te voorzien, dat niet alleen de roep van politici en bestuurders om de rechter de mond te snoeren steeds groter zal worden, maar ook dat de verwarring over de onafhankelijke rol van de rechterlijke macht (trias politica) onder druk komt.

    Zolang politici stijfkoppig volhouden pseudo-wetgeving te produceren op basis van ondeugdelijke beginselen zoals het voorzorgbeginsel, zal dit soort non-discussie het onafhankelijk maatschappelijk functioneren van de rechterlijke macht parten blijven spelen.

  2. Wij kunnen hier lang en breed over loelen, edoch:

    1. Trias politica dient EXPLICIET in de grondwet verankert te zijn … anders is het total waardeloos.

    2. Helaas is dat in Nederland eenvoudig NIET mogelijk … Enwel omdat hier officieel slechts TWEE machten zijn. De Uitvoerende en de rechtelijk macht enerzijds, en de "wetgevende" anderzijds.

    3. Erger nog … omdat ALLE DRIE, in plaats van als evenzovele van elkaar onafhankelijke politieke gyroscopen, uiteindelijk juist als een stukje prerogatieve WILLEKEUR in de monarch is gevestigd … die als een DRIE-EENHEID functioneert, en zowel "Judge, Jury and Prosecutor" is.

    4. Het gebakelei tussen Verdonk en de rechtelijke macht eenerzijds ( en die dus twee van de drie ververtegenwoordigt, omdat de "rechters" hier verre van onafhankelijk zijn en in feite op nazi-voet benoemd zijn en werken) en de "wetgevers" anderzijds, en die ook maar politieke kadavers zijn … is dan ook weinig anders dan keuninklijke abdominale krampkes dat slechts resulteerd in een dunnen straal … you know what.

    WAAROM zouden wij ons verbeelden dat het anders is …?

  3. dat duootje dat Femke doet, is nog niks vergeleken met al die semi overheids instanties als NmA, AFM, consumenten Autoriteit etc, welke de wetgevende, opsporende én rechterlijke macht, in een hand hebben.

  4. Ik weet nog zo net niet of ik erg veel vertrouwen heb in het concept van Trias Politica. Zelfs als je het in z’n theoretisch optimum bekijkt, is de rechterlijke macht verplicht te oordelen volgens de wet en de uitvoerende macht gebonden aan die besluiten op basis van de wet. Klinkt dus verdacht veel als absolute macht voor de wetgever.

    Alleen als een land een hoger recht kent, zoals bijvoorbeeld de door ACP genoemde Grondwet, waar expliciete beperkingen van de wetgever in staan, met of zonder trias politica, biedt het enige bescherming. In andere landen is er alleen de speelruimte die de wetgever biedt, zolang deze geen minimumstraffen oplegt. Maar zelfs in de VS, waar dit idee nog het meest wortel heeft geschoten, krijg je situaties als dit:

    http://www.wilsonappeal.com

    http://abcnews.go.com/Prime

    De jury vond de wet onrechtvaardig (en had blijkbaar niet over het concept van "jury nullification" gehoord), het "OM" vond dat hij maar beter schuld had kunnen bekennen om een lichtere straf te krijgen, één van de wetgevers zei expliciet dat dit niet het soort geval was waarom hij voor de wet had gestemd, en de appèl-rechter vond de zaak van de verdediging blijkbaar "sympathiek", maar "moet" zich toch aan de wet houden zoals voorgeschreven door de wetgever. Wat mij betreft ben je dan als rechter niet veel beter dan de "rechtbank" die onlangs die Bulgaarse verpleegsters ter dood veroordeelde terwijl overduidelijk was dat ze onschuldig waren, of zoals zovele "rechters" in totalitaire regimes die vrolijk met de macht meehoereerden en uitspraken deden als een stempelmachine. Waarmee ze collaboreerden om de bevolking de "legitimiteit" van een "eerlijk proces" voor te spiegelen. Zolang de wet zelf niet rechtvaardig is, kunnen we eindeloos discussiëren over burgerrechten, privacy, redelijke verdenking, trias politica, enzovoorts (en natuurlijk kunnen al die zaken een beetje remming geven aan de onrechtvaardigheid), maar zolang de wet en het wetgevingsproces zelf onrechtvaardig is, is die rest slechts bijzaak.

  5. Het zou in elk geval iets uitmaken als NL net als andere landen een constitutioneel hof heeft dat wetten die in strijd zijn met de grondwet nietig kan verklaren. Aan de andere kant wordt de rechterlijke macht door de staat betaald om de (door de staat geschreven) wetten toe te passen. Zolang de rechterlijke macht niet zelf ‘wetten’ kan uitvaardigen en zijn eigen geld kan verdienen, zal het een vertakking van de staat blijven of zich als een soort van politieke partij gedragen.

  6. [4] op papier klopt dat, in de praktijk entameren die instanties ‘nadere regelgeving’ wanneer hun succes niet groot genoeg is, ook geven zij een eigen interpretatie aan die regels, vaak met terugwerkende kracht, van voor dat die regels er al waren.

Comments are closed.