Als we for the sake of argument even aannemen dat de EU mededingingswet rechtmatig, moreel en economisch bevorderlijk zou zijn, waarom wil de Koninklijk Horeca Nederland dan óók nog eens geld zien van het voormalig bierkartel? Heineken, Grolsch en Bavaria hebben toch al respectievelijk 219, 32 en 23 miljoen euro betaald? Het lijkt logisch dat het EU boetegeld naar de ‘slachtoffers’ vloeit, niet? Blijkbaar niet.

‘Te veel’
Koninklijk Horeca Nederland wil net als Kroes ook geld zien van de brouwers omdat ze jarenlang ’te veel’ zouden hebben betaald. Dat jarenlang te veel betalen zou gebeurd zijn eind jaren ’90, toevallig precies toen het bierkartel bestaan zou hebben. Maar toch hebben de horecamensen in alle vrijheid en vrijwilligheid de toenmalige prijzen betaald. Nu dat ze gehoord hebben van de megaboete die de EU de brouwers opgelegd heeft, lijken ze geld te ruiken.

Ik stel maar gelijk even voorop dat ik niets tegen kartels heb. Bedrijven mogen contracten sluiten, dus ik zie niet in waarom ze geen contracten mogen sluiten over verkoopprijzen. Volgens de mainstream economie echter, leiden prijsafspraken tot welvaartsvermindering bij de consument en verstoren ze ‘de markt’. Deze terminologie is misleidend omdat de markt in de regel betekent: het samenspel van de vrije uitwisseling van goederen en diensten binnen de wet (dat wil zeggen, eigendomsrecht en geen geweld initiëren). De welvaartsvermindering is een aanlokkend argument, maar geldt dat niet voor elke prijs boven de kostprijs? Of waarom zelfs de kostprijs, eigenlijk leidt elke prijs hoger dan nul tot een welvaartsvermindering van de consument.

Sound economics
De welluidende economische redenering gaat echter zo. Overal waar twee individuen in alle vrijwilligheid en binnen de wet goederen, diensten dan wel andere zaken uitwisselen, daar putten beiden voordeel uit. Anders zouden ze namelijk de uitwisseling niet gedaan hebben. Als het om brood en geld gaat dan waardeert de bakker het geld hoger dan het brood; aan de andere kant waardeert de broodkoper het brood hoger dan het geld dat hij er voor uitgeeft. De broodkoper is dus spekkoper! Mensen zijn doelmatig handelende wezens. Ze handelen om hun positie te verbeteren ten opzichte van hun huidige. En als zij voorafgaand inschatten dat een uitwisseling voordelig voor hen is, dan doen zij dat. Oftewel, de horecamensen aangesloten bij Koninklijke Horeca Nederland hebben eind jaren ’90 bier afgenomen dat zij hoger waardeerden dan het geld dat zij er voor uitgaven. Daar op terugkomen lijkt nogal opportunistisch, hypocriet en een typisch geval van rent seeking (het zoeken van financiële voordelen via het politieke proces- want wees u gerust, dit hele gebeuren heeft veel meer en bijna alleen maar met politiek en ideologie te maken dan met recht of wetenschap).

Een tweede welluidende economische redenering gaat ongeveer als volgt. Als verschillende bedrijven contractuele afspraken maken aangaande verkoopprijzen (of iets anders) en iedereen houdt zich er aan, dan is ieder individueel bedrijf in het onstane kartel geneigd om de contractueel opgestelde spelregels te ontduiken en lagere prijzen te rekenen om zo meer omzet en winst te maken. (Deze redenering vereist nog wat andere invullingen aangaande elasticiteit van vraag en de structuur van de markt – de meeste horeca-uitbaters zitten contractueel vast, of beter: hebben in alle vrijheid, blijheid en jolijt zichzelf vastgelegd bier bij een bepaalde brouwers af te nemen; dit omdat de brouwers vaak het pand des horecagelegenheits bezitten.)
Oftewel, kartels zijn inherent instabiel. Vandaar ook dat kartels in de regel niet lang voort kunnen duren. Want de concurrentie komt natuurlijk ook van buiten het kartel. Zodra een kartel bestaat er vette winsten draait dan is dat een duidelijk marktsignaal voor concurrenten om naar de Europese westkust te trekken. Dit is theorie. De praktijk is dat het kartel tussen Heineken, Grolsch en Bavaria slechte enkele jaren heeft bestaan. Nu lezen we vooral dit (klik) soort berichten. Komt geen mededingingsautoriteit aan te pas.

EU Mededingingswet
Nog even terug naar die EU mededingingswet. Waar vloeien die boetegelden heen als het niet naar de slachtoffers gaat? Als we het hebben over wet en recht dan zou het toch zo moeten zijn dat er daders zijn en slachtoffers en dat het recht is dat via de lijnen van de wet de dader het slachtoffer compenseert voor de geleden schade. Libertarisch lastig: hier is geen sprake van geweld of aantasting van het eigendomsrecht. De transacties tussen horeca en bierbrouwers verliep (zo ver we kunnen zien) zonder dwang. Ook schendt het kartel geen enkel negatief recht (wel de positieve mededingingswet, natuurlijk) ten aanzien van de EU. Dus slachtoffers in de juiste zin van het woord bestaan er eigenlijk helemaal niet; zowel niet in theorie als in de praktijk.
Stel ik pleeg een moord, ik vermoord uw ouders. Dan is dat geen zaak tussen u en mij, maar tussen mij en de staat. De staat klaagt mij aan omdat ik mensen heb vermoord, regels heb overtreden. Regels die nog wel in de wet staan beschreven! Maar is de staat het slachtoffer? Nu ja, in de juiste zin van het woord natuurlijk niet (maar goed, de welvaartsstaat kan wat belasting mislopen dat weer gecompenseerd wordt door het erfrecht = flink cashen!! woohoo).
Zulk soort welvaartscalculatie en de veronderstelde maximalisatie van welvaart zit ook achter die gehele EU mededingingswetgeving. Economen, die zich na de Tweede Wereldoorlog als architecten van de welvaart in het staatsapparaat hebben verpoosd denken te weten hoe ze welvaart kunnen maximeren door middel van het met dwang herverdelen van geld. Het opstellen van wetten en regels die een perfecte markt met evenwichten tot gevolg hebben. De politiek en de overheid zijn in de regel niet vies van imaginaire constructen, wet- en regelgeving en het doordrukken van arbitraire normen en waarden met het geweldsmonopolie achter de hand. Twee handen, één buik.

Vandaar dat Neelie Smit-Kroes zo gedecideerd is in haar uitspraken ten aanzien van de vermeende ‘misdaden van het bedrijfsleven’, die de consument benadelen. Het heeft zoals Hayek ooit zei “the pretense of knowledge”. Smit-Kroes weet blijkbaar hoe markten gestructureerd moeten zijn opdat ze efficiënt zijn; dit veronderstelt dat zij weet wat de vraag is van de consument, van iedere consument op zich en alle gevolgen daarvan zijn aan de aanbodzijde. Dat weet zij allemaal. En toch is ze geen Godin. Is dat nu wat ze noemen ‘kenniseconomie’?

17 REACTIES

  1. Uitstekend stuk. Als de horeca zo graag geld wil zien leggen ze maar een claim bij crimiNeelie.

  2. Nou nou nou, schandalig hoor. Het ging geloof ik over een euro per krat bier. Nu ik d’r ongeveer 1 krat per week doorheen zuip (?), heeft dit monsterlijke kartel me wel ¤ 50 euri teveel laten betalen.

    Staat echt lekker in verhouding met die ¤ 2500 euri die ik aan allerlei belastingen betaal PER MAAND…

  3. Nee, alleen de overheid mag drank duurder maken onder het mom van "volksgezondheid".

    Als de eigen producenten zo’n redenatie gebruiken, dan is het niet goed.

    Want de staat weet het altijd beter…

  4. "Smit-Kroes weet blijkbaar hoe markten gestructureerd moeten zijn opdat ze efficiënt zijn"
    Structure-Conduct-Performance analyse? Ok, de EG loopt qua mededingingsbeleid 30 jaar achter op de VS, maar SCP wordt niet dusdanig omarmt zoals jij nu doet voorkomen. Zie b.v. het Brunner arrest (essential facilities). Met name in kartel analyses heb je weinig aan SCP, maar zul je Chicago / post-chicago theorien moeten hanteren (zoals je in je stuk doet wanneer je op de instabiliteit van kartels wijst). Kortom, de complete and certain info assumptie die jij aan NSK toeschrijft is hier niet van toepassing. Evenwel blijft het Europeese mededingingsrecht van twijfelachtige kwaliteit, mede blijkens het recente M$ arrest.

    Ter info: De reden waarom de bedrijven nu een schadevergoeding eisen is gelegen in de dualistische visie die aan het mededingingsrecht ten grondslag ligt. Neelie heeft als het ware de schade verhaalt die de grote anonieme groep heeft geleden. Dat wil zeggen dat deel van de potentiele kopers voor wie de prijs hoger lag dan hun waardering, maar die weer hoge lag dan de marginale kosten. Dat is een andere groep dan de daadwerkelijke kopers. De "schade" die zij hebben geleden is door de boete van Neelie nog niet vergoed.

    En wat de besteding van de schadevergoeding betreft: Alleen als we de anonieme slachtoffers zouden kunnen achterhalen zou correcte uitbetaling van de schadevergoeding mogelijk zijn. Dat kan niet omdat dat kennis over het type van de individuele agent vereist, een stringentere vereiste dan kennis over de eigenschappen van de groep.

  5. [5] ""Smit-Kroes weet blijkbaar hoe markten gestructureerd moeten zijn opdat ze efficiënt zijn" Structure-Conduct-Performance analyse?"

    Nee. Misschien gebruiken ze dat bij de EC, maar SCP is op z’n minst een misguided model over hoe markten zouden werken. Bovendien vooronderstelt de legitimiteit van overheidingrijpen/juridisch ingrijpen in de economie, net als post Chicagoisme overigens. Dat je geen filososfische basis blieft in je modelmatige analyse van de werkelijkheid is nog tot daar aan toe, maar ken in ieder geval de filosofische genealogie/erfgoed van je tools: http://www.mises.org/MultiM

    "maar zul je Chicago / post-chicago theorien moeten hanteren"

    Hoezo. Which I use, it’s all Austrian.

    "Kortom, de complete and certain info assumptie die jij aan NSK toeschrijft is hier niet van toepassing."

    Ik wijs haar precies de assumpties toe die in de theorieën staan waarvan jij zegt dat "je ze zou moeten gebruiken".

    "Neelie heeft als het ware de schade verhaalt die de grote anonieme groep heeft geleden."

    Welke schade? Probeer het eens te beargumenteren zonder dat er een reductio uit volgt waaruit blijkt dat je eigenlijk mij een belasting zou moeten laten betalen omdat ik een willekeurige externaliteit positief waardeer. Dat is namelijk oa. de post chicago fundering van fiscaal ingrijpen in de ecnomie. Dan heb je het perfect competition model inzake marktregulering en vast nog wel wat andere collusiemeetsinstrumenten die vooronderstellen dat marktaandeel eigenlijk niet het gevolg kan zijn van superieure product en dienstverlening.

    "Dat wil zeggen dat deel van de potentiele kopers voor wie de prijs hoger lag dan hun waardering, maar die weer hoge lag dan de marginale kosten. Dat is een andere groep dan de daadwerkelijke kopers."

    En de schade die de brouwers hebben geleden als gevolg van de gedaalde vraag dan?

    "De "schade" die zij hebben geleden is door de boete van Neelie nog niet vergoed."

    Precies, dat is precies wat het is "schade", niet schade schade. Het is schade gebaseerd op een theoretisch model dat geen basis kent in logica of realiteit.

    "En wat de besteding van de schadevergoeding betreft: Alleen als we de anonieme slachtoffers zouden kunnen achterhalen zou correcte uitbetaling van de schadevergoeding mogelijk zijn."

    Er is überhaupt geen correcte uitbetaling mogelijk, omdat er geen correcte schade vastgesteld kan worden, sterker nog, die schade bestaat helemaal niet (slechts in het licht van het perfect competition model- een imaginair construct dat geen relatie heft met de werkelijkheid en daarbij logisch inconsistent is).
    De redenering stopt dus bij: er is geen schade. Redeneer je verder dan tart je de wetten van de logica, zoals hier:

    "Dat kan niet omdat dat kennis over het type van de individuele agent vereist, een stringentere vereiste dan kennis over de eigenschappen van de groep."

    NB: SCP is trouwens grotendeels gebaseerd op hypothesen waarvan enige correlaties zijn gevonden in de empirie. Maar de hypothesen hebben geen vaste grond in een welluidende economische theorie gebaseerd op menselijk handelen.

  6. [6] Overigens, het hele probleem is dat de mededingingswet een wet is. Als je vanuit je academische achtergrond intellectueel opgevoed bent vanuit de veronderstelling dat alles wat wet is juist is, zowel in de ontologische als morele zin van het woord dan is een discussie dat zich op deze twee niveaus afspeelt zinloos aangezien deze twee niveaus voor de met de mededingingswetpaplepelingegotene (scrabblewoord) samenvallen.

    Deze wetgeving is principieel economisch als in haar effecten niet met gezond verstand te verdedigen. Bezien als een opgelegde moraal met het geweldmonopolie achter de hand is het helemaal van de beesten af dat zo een wetgeving bestaat.

  7. [6]

    ok, uit de zin "Smit-Kroes weet blijkbaar hoe markten gestructureerd moeten zijn opdat ze efficiënt zijn" maakte ik, naar blijkt ten onrechte, op dat je haar SCP aanrekende.

    Dat Salerno als een heterodox de moderne kampioenen van de neo-klassieke school aanvalt kan ik wel begrijpen, maar toch zie ik het graag in een peer-reviewed tijdschrift. Heb je ook een artikel, b.v. in JET of JPE? Of op zijn minst iets in de QJAE, al is dat geen "A" blad.

    ""maar zul je Chicago / post-chicago theorien moeten hanteren""

    ok, moeten was een groot woord. Het is naar maatstaven van de beroepsgroep gebruikelijk dat je chicago/post-chicago gebruikt. Is een groter lichaam aan kennis en ervaring. Daarnaast, al het nuttige van Austrian is zo langzamerhand wel overgenomen door het neo-klassieke model. Het kennis-probleem, feilbaarheid van de overheid, time-preference, etc. Mij ging het er alleen om dat SCP achterhaald is.

    "Ik wijs haar precies de assumpties toe die in de theorieën staan waarvan jij zegt dat "je ze zou moeten gebruiken"." Complete en Certain info zijn geen absolute assumpties in de neo-klassieke economie van de chicago-school. Juist dat maakt de analyse van de chicago-school bijvoorbeel anders dan de voorgaande analyses.

    "Welke schade? Probeer het eens te beargumenteren zonder dat er een reductio uit volgt waaruit blijkt dat je eigenlijk mij een belasting zou moeten laten betalen omdat ik een willekeurige externaliteit positief waardeer. Dat is namelijk oa. de post chicago fundering van fiscaal ingrijpen in de ecnomie. Dan heb je het perfect competition model inzake marktregulering en vast nog wel wat andere collusiemeetsinstrumenten die vooronderstellen dat marktaandeel eigenlijk niet het gevolg kan zijn van superieure product en dienstverlening."
    Schrijf het a.j.b eens wat beter op, want op deze brij valt niet te reageren. Chicago werkt niet enkel met perfecte mededinging. Denk aan de predatory pricing modellen, het coase theorema etc. Je redenatie is volstrekt onnavolgbaar.

    "En de schade die de brouwers hebben geleden als gevolg van de gedaalde vraag dan?"
    Wat is daarmee?

    "Precies, dat is precies wat het is "schade", niet schade schade. Het is schade gebaseerd op een theoretisch model dat geen basis kent in logica of realiteit."
    Nou, gelieerd aan het oosterijkse concept van oppertuniteitskosten.

    "De redenering stopt dus bij: er is geen schade. Redeneer je verder dan tart je de wetten van de logica, zoals hier:"
    Dan hanteer je het voor de rest van de discussie maar als assumptie. Geen regel van de logica die dat in de weg staat.

    [7]
    "mededingingswetpaplepelingegotene (scrabblewoord)"
    Is het meest waardevolle stuk van je opmerking.

    "dat alles wat wet is juist is"
    Dat is een verouderde visie.
    Zie b.v. Kaplow en Shavell 2002

  8. [8] "Nou, gelieerd aan het oosterijkse concept van oppertuniteitskosten."

    Die subjectief zijn ja. Net als elke handeling externaliteiten kent die subjectief zijn. Pretenderen dat je ze kunt meten is hoogmoedig. Waar ik ook hoogmoedigheid uit lees (ik lees naast dat ik schrijf) is het volgende citaat:
    "Schrijf het a.j.b eens wat beter op, want op deze brij valt niet te reageren. Chicago werkt niet enkel met perfecte mededinging. Denk aan de predatory pricing modellen, het coase theorema etc. Je redenatie is volstrekt onnavolgbaar."

    Hier ligt de kern. Ik strooi met wat neoklassieke terminologie en je bent de weg kwijt. Je kunt wel met allemaal theorieën en modellen aankomen en we kunnen ze een voor een bespreken. Het punt is echter dat jij met nieuwe informatie komt, dan zou je dat kunnen vergezellen van achtergrondliteratuur of een korte uiteenzetting opdat ik kan inschatten waar je precies naar verwijst. Zo lang je dat (steeds deels) niet doet is het voor mij blind schieten op een lichaam van gefalsificeerde kennis (i.e. neoklassiek/chicago school theorema en modellen).

    Kenmerkend is dat je blijkbaar in je eerste reactie veronderstelt dat ik denk dat NSK/EC SCP gebruikt voor de analyse van markten. Dit is iets wat je vanuit jouw intellectuele achtergrond erbij hebt bedacht aangezien dat nergens impliciet dan wel expliciet door mij wordt aangegeven.

    ""En de schade die de brouwers hebben geleden als gevolg van de gedaalde vraag dan?"
    Wat is daarmee?"

    Daar is mee dat de kartelprijs volgens de logica van vraag en aanbod, tevens jouw stelling, leidt tot uitsluiting van potentiële afnemers en dus een daling van de afzet. De brouwers in het kartel leiden dus zelf ook "schade".

    "Dan hanteer je het voor de rest van de discussie maar als assumptie. Geen regel van de logica die dat in de weg staat."

    Toch wel aangezien "schade" geen schade is volgt er niets uit de combinatie van assumpties en de gevolgtrekkingen. Uit de assumptie "er is "schade"" volgt slechts "er is "schade"". Ten eerste is het geen schade in de gangbare zin van het woord, eigenlijk zegt het alleen dat er externaliteiten zijn aan economsich handelen. En ja dat klopt, die zijn er. Volgt niets qua mededingingsbeleid uit teneinde de marktwerking te bevorderen (Pred. pricing) dan wel het GDP te maximaliseren (Coase).

    "Complete en Certain info zijn geen absolute assumpties in de neo-klassieke economie van de chicago-school. Juist dat maakt de analyse van de chicago-school bijvoorbeel anders dan de voorgaande analyses."

    Hoe anders, leg eens uit?

    ""mededingingswetpaplepelingegotene (scrabblewoord)"
    Is het meest waardevolle stuk van je opmerking."

    Mja dat is slechts jouw subjectieve waardering die nogal verschilt van de mijne en misschien vele anderen. Oftewel: is dit een punt?

  9. [9] Trouwens de "pretense of knowledge" gaat heus wel op voor ’the bunch’ van neoklassieke en Chicagoite theorie, anders zou het niet (wetenschappelijk gerechtvaardigd) gebruikt worden voor overheidsbeleid. Niet dat dat hoeft, natuurlijk. Stop je ignorance gewoon als assumptie in je redenering en de wetten van de logica zullen je niet tegenhouden!

    Addendum: Want daar heet het ook "pretense of knowledge" voor. Die kennis hebben de marktarchitecten natuurlijk helemaal niet, maar ze passen hun theorieën en modelenn toe alsof ze die kennis wel hebben. Wat academisch gemotiveerde vormen van rent seeking zullen ook best een invloed op die "pretense" kunnen hebben.

  10. [9]

    "Het punt is echter dat jij met nieuwe informatie komt, dan zou je dat kunnen vergezellen van achtergrondliteratuur of een korte uiteenzetting opdat ik kan inschatten waar je precies naar verwijst."

    Kijk, nu komen we ergens. Welke theorie wil je meer over weten?

    "dat nergens impliciet dan wel expliciet door mij wordt aangegeven."
    Zie mij vorige reactie. Alleen onder SCP is de structuur van een markt echt relevant. Chicago gebruikt speltheorie om het gedrag te verklaren / voorspellen. Zie bijvoorbeeld de uitstekende behandeling in Waldman en Jensen, Industrial Organization. Ik meen dat vanaf hoofdstuk 5 de speltheorie aan bod komt.

    "Daar is mee dat de kartelprijs volgens de logica van vraag en aanbod, tevens jouw stelling, leidt tot uitsluiting van potentiële afnemers en dus een daling van de afzet. De brouwers in het kartel leiden dus zelf ook "schade"."

    Nee, omdat zij juist door het kartel hun winst maximalizeren. Het probleem is alleen dat de extra winst die zij maken maatschappelijk niet opweegt tegen het verlies aan welvaart door de "verloren groep". Dat komt doordat de "extra winst" vooral geschapen wordt door een herverdeling (van de blijvende klanten naar de leden van het kartel). Die herverdeling doet er echter, zonder verdere aanames over een voorkeur voor herverdeling, welvaartstechnisch niet toe. De consequentie is echter dat sommige mensen het goed niet meer kopen, ook al is dat uit allocatief oogpunt beter.
    Om deze redenatie naar analogie toe te passen op diefstal: Als ik van jou steel is het probleem niet zozeer dat jij je spullen kwijt bent, maar dat zonder een verbod op diefstal jij onnodig veel zult moeten investeren in bescherming, of helemaal geen spullen meer zult kopen. Overigens kun je die diefstal ook belasting noemen: Omdat de vruchten van je arbeid afgepakt gaan worden ga je niet werken.

    "Toch wel aangezien "schade" geen schade is "
    De assumptie is nu net dat " schade" = schade.

    "Ten eerste is het geen schade in de gangbare zin van het woord"
    Klopt, daarom heb ik het tussen haakjes gezet. Juristen zouden het positive vermogensschade noemen. Dat is alleen niet de context waarbinnen we nu debateren.

    "teneinde de marktwerking te bevorderen (Pred. pricing) dan wel het GDP te maximaliseren (Coase)"
    Ware het niet dat de allocatieve inefficientie het GDP verlaagt.

    "Hoe anders, leg eens uit?"
    Neem als voorbeeld het Kreps-Wilson model van predatory pricing. De toetreder kent het type van de zittende industrie niet. Er is dus geen complete informatie. Als we de natuur later in het spel het type van de toetreder laten bepalen is het een spel van onzekere informatie.Het Kreps-Wilson model wordt als een duidelijk voorbeeld van de chicago school beschouwt, een voorbeeld van toepassing van moderne speltheorie in een economische context. Is dit voorbeeld verhelderend? Zo nee, dan wil ik er best wat meer tijd aan besteden. Dit is even uit de losse pols.

    [10]

    Trouwens de "pretense of knowledge" gaat heus wel op voor ’the bunch’ van neoklassieke en Chicagoite theorie, anders zou het niet (wetenschappelijk gerechtvaardigd) gebruikt worden voor overheidsbeleid.

    Dus niet omdat het de politici goed uitkomt om (een deel van) die theorien toe te passen?
    Ik heb zelf enkele toepassing van neoklassieke theorien in de politiek mogen bestuderen, en de inhoud en essentie van die theorieen gaat aan 99% van de politici voorbij. Maar goed, als ze wat konden waren het geen politici.

  11. "Zie mij vorige reactie. Alleen onder SCP is de structuur van een markt echt relevant. Chicago gebruikt speltheorie om het gedrag te verklaren / voorspellen. Zie bijvoorbeeld de uitstekende behandeling in Waldman en Jensen, Industrial Organization. Ik meen dat vanaf hoofdstuk 5 de speltheorie aan bod komt."

    Het gaat mij niet zozeer om de specifieke situatie/kennis dat NSK zou weten wat de juiste structuur van de markt zou zijn, noch de kwestie onder welk analysekader de structuur van de markt relevant is. Natuurlijk is de structuur van ene markt relevant voor descriptieve en of analystische economie. Ik stel hiermee alleen aan de orde dat de structuur van de markt geen issue is in economisch beleid waar de relaiteit wordt gespiegeld aan een willekeurig tjheoretisch model en dat uit het verschil economisch beleid wordt gedistilleerd.

    "Nee, omdat zij juist door het kartel hun winst maximalizeren. Het probleem is alleen dat de extra winst die zij maken maatschappelijk niet opweegt tegen het verlies aan welvaart door de "verloren groep". etc etc"

    1. Je kunt niet weten of de extra winst opweegt ten opzichte van het welvaartsverlies van de groep afnemers die niet meer afneemt.

    2. Je kunt het ook niet kwantificeren. Hoe ga je subjectief nut dat sowieso niet cardinaal is vergelijken met ordinaal geldeenheden.

    3. Ik zie mijzelf als econoom niet gemachtigd iets te zeggen over collectieve economische doelen als welvaartsmaximalisatie, daar zij met dwang tot stand worden gebracht. Hierdoor verandert trouwens sowieso de gehele nutsfunctie van zowel bedrijf als consument (omdat de preferentieordeningen door de overheidsinterventie wel helemaal kunnen veranderen). Maar laat ik even voorop stellen dat ik me niet in ‘het discours’ welvaartsmaximalisatie wil begeven om de genoemde reden.

    "Als ik van jou steel is het probleem niet zozeer dat jij je spullen kwijt bent, maar dat zonder een verbod op diefstal jij onnodig veel zult moeten investeren in bescherming, of helemaal geen spullen meer zult kopen."

    Nu ja, als jij van mij steelt dan vind ik het zeker wel een probleem dat ik mijn spullen kwijt ben. Bescherming van eigendom is ofwel een overheidsdienst (minarchie) ofwel in handen van private beveiligingsorganisaties. Ik denk niet dat ik daar veel meer aan kwijt dan dat ik nu belasting betaal. Ook vind ik de redenering krom. Natuurlijk is het probleem met diefstal wel dat het eigendomsrecht geschonden wordt.

    je impliceert voorts met je analogie externaliteiten-diefstal dat iemand zijn externaliteiten bezit (maar ze zijn subjectief en niet eens fysiek!). Ook impliceer je dat als brouwerijen hun winst maximaliseren en in een kartel hun prijzen ‘kunstmatig’ verhogen, en ik daardoor geen bier meer koop dat ik toch recht had op de aankoop dan wel consumptie van dat bier. Je impliceert dat ik een soort van eigendomsrecht heb op dat bier dat ik niet genoeg waardeer om voor te betalen. Ik vind dat een rare manier van redeneren, juist omdat ik die dingen (externaliteiten en de brouwerijen hun eigendom) helemaal niet bezit. (Komt nog bij dat in het Chicagoite discours de ‘benadeelde’ groep ongekend/anoniem is.)

  12. "Overigens kun je die diefstal ook belasting noemen: Omdat de vruchten van je arbeid afgepakt gaan worden ga je niet werken."

    Of deze externaliteiten in verband kunnen worden gebracht met economische (dis)incentives: dat zou best kunnen. Maar ik denk dat zulke mensen, met alle respect voor hun subjectieve waarderingsschaal, ideologisch misguided zijn.

    "De assumptie is nu net dat " schade" = schade."

    Ok, touché je hebt logisch gezien gelijk. Laat ik het houden bij de stelling dat externaliteiten in my book niet als schade gedefinieert kan worden (onder het voorbehoud dat de externaliteit geen schending van eigendomsrecht met zich meebrengt).

    "Klopt, daarom heb ik het tussen haakjes gezet. Juristen zouden het positive vermogensschade noemen. Dat is alleen niet de context waarbinnen we nu debateren."

    Toch is het dezelfde definitie en context waarin Chicagoites "schade" tot schade bombarderen.
    Ik vind het allemaal mooi die definities als ‘positieve vermogensschade’ en dergelijke, en de modellen die er omheen bedacht zijn. Maar zowel principieel als in gebruik vind ik het onwerkbare concepten. Tuurlijk, je kunt wel iets uit die modelletjes persen en er zelfs een beleidsnota over volschrijven, maar ik kan er simpelweg geen economische relevante aan toekennen. Zo lang het geen eigendomsrechten schendt of dwang initieert kun je, in the Austrian book, geen gevolgen trekken uit het uitblijven van iets dat al dan niet negatief gewaardeerd wordt door persoon B (externaliteit) als gevolg van het volledig legitiem handelen van persoon A.

    "Ware het niet dat de allocatieve inefficientie het GDP verlaagt."
    Als ik het goed heb wat je hiermee bedoelt dan zeg ik: so what, the world isn’t perfect. Die allocatieve inefficientie is sowieso niet uit te bannen, noch een waardig streven. Tevens hangt die allocatieve efficientie af van de totale vraagzijde van de economie, die je niet kan (en ik mag hopen) wil controleren aangezien dit normaal gesproken vrije burgers zijn. Het is als Hegel (parafrasering) "mja als mijn modellen niet overeenkomen met de werkelijkheid dat is dan debet aan de werkelijkheid, de werkelijkheid sucks".

    "Er is dus geen complete informatie."
    Die is er sowieso nooit. Elke handelen vind plaats onder meer of mindere mate van onzekerheid. Dat is geen modelmatige assumptie, dat is de werkelijkheid (een praxeologische tautologie if you will).

    "Is dit voorbeeld verhelderend?"

    Het is verhelderend in de zin dat de Chicacoites onzekerheid in een van hun modellen hebben incorporeren. Het is verhelderend in de zin dat ze speltheorie gebruiken als hypothesegenerator, zoals Friedman het Knightiaanse Perfect Competition model gebruikte als hypothesegenerator. Niets mee mee zo lang je niet opeens de pretense of knowledge opduikelt en denkt er gerechtvaardigd beleid mee te kunnen formuleren.

    "Dus niet omdat het de politici goed uitkomt om (een deel van) die theorien toe te passen?
    Ik heb zelf enkele toepassing van neoklassieke theorien in de politiek mogen bestuderen, en de inhoud en essentie van die theorieen gaat aan 99% van de politici voorbij. Maar goed, als ze wat konden waren het geen politici."

    Daarom moeten economen ook niet aan staathuishoudkunde doen of zich verliezen in onwerkbare en irreële metafysische concepten als externaliteiten omdat het leidt tot ongelukken (of the last 3 depressions economists predicted 5 of them) dan wel economisch fascisme.

    Interventionisme: http://www.mises.org/story/
    Externalities argument: http://www.mises.org/story/
    Oostenrijkse argumenten tegen social costs (externaliteiten) – Coase (pdf): http://www.mises.org/journa

    Trouwens: "Dat Salerno als een heterodox de moderne kampioenen van de neo-klassieke school aanvalt kan ik wel begrijpen, maar toch zie ik het graag in een peer-reviewed tijdschrift. Heb je ook een artikel, b.v. in JET of JPE? Of op zijn minst iets in de QJAE, al is dat geen "A" blad."

    Ik vind dit een non-argument, al hoewel ik niet in een plaatsvervangende slachtofferrol wil vervallen. Als Salerno iets NIET is dan is het wel een heterodox. Hij is 100% Oostenrijks econoom, wat hem dan (qua inhoud) zo ongeveer 30% Chicagoite maakt. (En al is het 100-95%, de verschillen tussen beide scholen zijn substantieel en principieel.)

  13. wat ook altijd vastloopt in de kartel-zonder-geweld-argumentatie is het volgende:
    Stel: de bierbrouwers zijn schurken die in achterkamertjes prijsafspraken maken in een kartel. Dan gaan die schurken allemaal naar huis en houden zich netjes aan de afspraken. Als ze hun prijs iets laten zakken winnen ze marktaandeel en verdienen ze meer. Het lijkt me typisch iets voor schurken om zich dan niet aan de afspraak te houden met hun concurrenten.
    Het vreemde is dat in de ogen van de kartelvorsers de bierbrouwers het ene moment schurk zijn en het volgende moment niet. Dat lijkt me inconsistent. De praktijk is dan ook dat kartels nooit lang standhouden, zelfs niet als ze door de overheid met geweld worden afgedwongen zoals tijdens en na de grote depressie.

  14. [12]

    Beste Arend,

    Sorry voor de late reactie, ik was voor zaken in het buitenland en kan me nog permiteren dan niet over internet te beschikken. Zalig. Hopelijk dat je dit nog leest.

    "1. Je kunt niet weten of de extra winst opweegt ten opzichte van het welvaartsverlies van de groep afnemers die niet meer afneemt."
    De extra winst van de samenspanners is herverdeling en weegt daarom per definitie nooit op tegen een allocatief verlies.

    "2. Je kunt het ook niet kwantificeren.."
    Goed punt, maar kunnen we het via revealed preference ook niet benaderen? Daarmee is de subjectiviteit van het nut immers (hoewel beperkt) beter waarneembaar. Je hoeft dan nog enkel iets te weten over de elasticiteit van de vraag en de prijsverhoging als gevolg van het kartel. Ook niet perfect waarneembaar geef ik toe, maar een agnostische positie is ook weer niet nodig.

    "3. Ik zie mijzelf als econoom niet gemachtigd iets te zeggen over collectieve economische doelen als welvaartsmaximalisatie,"
    Klopt, volgt uit het hypothetisch imperatief (zie b.v. G.G.A. De Geest, 1994, Hoofdstuk 18 e.v.) Ook is Kaplow en Shavell wat voor je. Ik was toch al zeer benieuwd naar je reactie op dat werk. Een formele en korte versie vindt je in de Journal of Political Economy, 2004 blz. 249 -251.

    "Nu ja, …. anoniem is).
    Bij nadere lezing klopt mijn analogie niet, om andere redenen dan die jij aanvoert maar toch. Ik bedoelde het onderscheid tussen allocatieve efficiency en herverdeling. Als we aannemen(!) dat wij beiden een goed evenveel waarderen, en ik steel het van je, dan neemt door die diefstal niet de totale welvaart af. (het was de waarderingsassumptie die ik was vergeten te expliciteren, excuses). Op zich is daar vanuit welfarist perspectief geen probleem mee. Als we de diefstal echter ongestraft laten dan zul je, reagerend op mijn poging tot diefstal, ofwel het betreffende goed nooit aanschaffen ofwel middelen investeren in beveiliging. Dat leidt weer wel tot een welvaartsverlaging. Dus nogmaals: het ging mij enkel om het onderscheid tussen herverdeling (extra winsten kartel vs. lagere prijs blijvende klanten) vs allocatieve efficienten (verloren welvaartscreatie afhakende klanten).

    [13]

    "Toch is het …. van persoon A."
    Ik weet te weinig van de oosterijkse school om je hier goed te kunnen volgen. Het komt bij mij nogal inconsistent over. Heb je een goed inleidend handboek over de oosterijkse school dat je me kunt aanraden? Iets in de stijl van Pindyck en Rubinfeld, als dat je iets zegt?

    "Die allocatieve inefficientie is sowieso niet uit te bannen, noch een waardig streven." Vooral in het kader van deze opmerking zou je Kaplow en Shavell eens moeten becommentarieren. Ben wel benieuwd of je gaten in hun theorie kunt schieten.

  15. [15]

    (vervolg)

    "Daarom moeten economen ook niet aan staathuishoudkunde doen of zich verliezen in onwerkbare en irreële metafysische concepten als externaliteiten omdat het leidt tot ongelukken (of the last 3 depressions economists predicted 5 of them) dan wel economisch fascisme."
    En jij denkt dat hiermee het ingrijpen van politici zal wijzigen? Nee, dat denk ik niet. Sterker nog, ik denk dat het onwenselijk is omdat we de allergrootste fouten dan ook niet kunnen vermijden. Dat in aanvulling van een verlies aan kennis. Nee, laten we de norm volgens welke wetenschap en professie zich mag ontwikkelen a.j.b. niet aan de hand van de bemoeizucht van politici vaststellen.

    Ter info: Het artikel van Blok is vooral door hemzelf aangehaald, althans zo een inventarisatie in Scholar (voor wat het waard is…). Alleen Demzets heeft er in een voetnoot op gereageerd. "The expression, by economists such as
    myself, of indifference in regard to right assignment in this case from the perspective of economics, was attacked as unethical (Block, 1977). Criticism came from those who viewed the factory’s issuance of smoke as an invasion of the legitimate property rights of the laundry’s owner. Of course, considerations other than externalities may influence how society does or should define rights, and in a
    broad inquiry into ownership these considerations should be taken into account. But the externality issue as raised by Pigou and followers was an efficiency issue, not an ethical one, and not one concerned with the legitimate origin of rights. To presume the existence of rights according to a not well-worked out theory of original mixing of effort with unowned resources is to presume away one of
    the central questions regarding policy toward externalities and, presumably, one of the central considerations of a grander theory of the ethics of ownership. How should the rights of the interacting parties be defined if the answer is to be determined solely on the basis of obtaining an efficient solution
    to a technical externality problem?"

    Harold Demsetz , The core disagreement between Pigou, the profession, and Coase in the analyses of the externality question , European journal of political economy 1996.

    "Ik vind dit een non-argument, al hoewel ik niet in een plaatsvervangende slachtofferrol wil vervallen."
    Begrijp me niet verkeerd, ik heb niets tegen heterodoxen. Ik wil enkel een verwijzing van de kwaliteit waarom ik vroeg. Het laatste deel van de zin was belangrijker.

Comments are closed.