Ja, levende doden. Het worden er steeds meer, hun aantal groeit gestaag.
Zonder dat het u opvalt, kunt u deze wandelende doden tegenkomen, in de stad, soms op een terrasje of op het perron, maar nooit op ‘het werk’, want werken kunnen ze veelal niet meer. Hun geld verkrijgen ze meestal dankzij een of andere sociale uitkering, want echt geld bezitten, neen, dat doen ze niet. Niet meer althans, want sommige van die levende doden zijn miljonair geweest of nóg rijker.
Kunt u ze dan herkennen, net zoals men fluistert over die Haïtiaanse levende doden, de zombies? De zwaar gedrogeerde slachtoffers van een verfoeilijke uitwas van wat men noemt de Voodooreligie.
Neen, zó gemakkelijk zijn ze niet te herkennen, deze slachtoffers van de toga en bef dragende heren en dames die onze paleizen van Justitie bevolken.
Vaak zijn het in zichzelf gekeerde mensen, die weinig tot geen levensvreugde meer uitstralen zoals je gevoeglijk van een vers lijk ook niet zou kunnen verwachten.
Een gezellig sociaal babbeltje maken met deze mensen is dan ook vaak bijna onmogelijk, niet dat ze hun spraakvermogen hebben verloren, o nee, integendeel. Maar u moet de codewoorden kennen.
En dan heb ik het natuurlijk over die groep die ik reken tot ‘de sterken’, de niet kapot te krijgen ‘levende doden’.
Over die grotere groep die wegkwijnen in gestichten of wier lichaam letterlijk ligt te vergaan in de schoot der aarde al of niet door er zelf een eind aan gemaakt hebbende, daarover hebben we het niet.
In dit artikel hoop ik mede aan de hand van een prangend voorbeeld een tipje van de sluier op te lichten, hoe ’toga’s en beffen’ met behulp van de gewapende macht een ‘staat in een staat’ aan het vormen zijn en hun slachtoffers blijven achtervolgen. Vaak net zolang tot ze uitgeschreven zijn uit het register bij de burgerlijke stand. En hun stoffelijke resten aan de “kraai” worden overgelaten. Eerder schijnen ze niet tevreden te zijn.
Een achttal jaar geleden maakte ik voor het eerst bij een relatie van mij, kennis met een levende dode, een slachtoffer van justitie. De man zijn verhaal fascineerde mij en aanvankelijk kon ik het amper geloven. Zelf dochter van een hele brave gezagstrouwe (lage) justitieambtenaar had ik een beeld gevormd van overheid en justitie zoals dat bij de meeste mensen nog (sic) bestaat.
Een beeld wat via films en series en media maar al te graag in stand wordt gehouden maar wat geen ‘waar en eerlijk’ beeld van de realiteit weergeeft.
Terugkomende op die man met zijn, voor mij destijds wonderbaarlijk verhaal. Mijn God, wat kon die man vertellen, wat een dossierkennis. Alle feiten, voorvallen en belangrijke data, evenals namen van officieren, rechters, rechercheurs, alles wist hij zich feilloos te herinneren. Na dat ene gesprek volgde al snel een tweede, een derde, enz. enz.
Na een jaar was ik meer dan deskundig in zijn zaak.
Inmiddels was ik dankzij deze man op het spoor gekomen van veel van zijn lotgenoten, lotgenoten die steun hadden aan elkaar en soms bij elkaar uithuilden.
Maar toen leerde ik ook een heel kwalijke kant kennen die deze slachtoffers zo kenmerken, een kant waar ik mij nogal eens aan stootte en zoals de mens eigen is, ga je je dan in eerste instantie afzetten. Afzetten tegen de steeds weer opnieuw in alle toonaarden en in geur en kleur omschreven voorstelling van zaken die hun was overkomen. Keer op keer, te pas en te onpas. Alles in hun leven draait om het hen aangedane onrecht. Daarbuiten is geen plaats meer voor dingen en zaken die voor de meeste van ons wél van belang zijn.
Dát feit, dát gedragspatroon maakt hen tot levende doden.
Want communicatie met hen, échte communicatie dan wel te verstaan, is: A. Zeer eenzijdig en B. Alleen gericht op het hen aangedane onrecht. Zij komen daardoor over als zeer egocentrisch, let wel dat is niet egoïstisch. Zij zijn onvrijwillig in wezen tot patiënten gemaakt. Patiënten die overigens wel genezen kunnen worden, soms met weinig tot geen farmaceutica. Noch is een psychiatrische behandeling noodzakelijk. Vaak is één woord van excuus al zeer heilzaam werkend . Maar dan wel een officieel excuus en dat is wel erg veel gevraagd van toga- en befdragende lieden. Helemaal geneeskrachtig is: Het hen aangedane kwaad en leed te vergoeden, maar de consequenties die dat heeft binnen de staat in de staat is veelal desastreus voor de op het pluche zittende hogere echelon van deze onzichtbare staat.
Uiteindelijk kwam ik in aanraking met een nuchter, weldenkend, pragmatisch en sociaal bewogen man, de heer R.M. Brockhus. Hoofdredacteur van de Sociale Databank Nederland. Een man die vanuit een achter hem staande stichting slachtoffers van met name Overheid en Justitie een ‘mond’ probeert te geven via het Internet. Ze kunnen daar hun verhaal kwijt, zo kunnen ze toch nog gehoord worden.
Vaak via een gefilmd interview en de desbetreffende site trekt toch dagelijks gemiddeld zo’n twee tot drieduizend bezoekers en zeker niet de minste. Justitie met name en allerlei ministeries zijn zeer frequente en nieuwsgierige kijkers. Des te erger is het feit dat er van overheidswege nog steeds geen halt is toegeroepen aan de toga- en befdragende veroorzakers van zo’n grote berg menselijk leed. Want ze wéten verdomde goed wat ze (mis)-doen en veroorzaken en blijven vooralsnog zwijgen!
Een tweetal; m.i. compleet foute beleidslijnen vermag ik hier te noemen die deze mastodont van een gruwelijk justitieel staatsmonster ondersteunen. Dat zijn: De verplichte proces vertegenwoordiging en het verschijnsel van plaatsvervangende rechters.
Wil een burger zijn recht halen is hij verplicht, behalve in zeer kleine gevallen, zich te laten vertegenwoordigen door een advocaat. Heel vaak hebben die advocaten hun eigen belangen die haaks kunnen staan op de belangen van de cliënten die zij vertegenwoordigen.
Om over het gigantische kosten plaatje nog maar niet te spreken wat deze heren en dames in rekening denken te kunnen brengen.
En ook kan het gebeuren dat eenzelfde advocaat in een ochtendzitting de verdediging voert van een zaak en dezelfde dag, ‘s-middags op de stoel van de rechter plaatsneemt als plaatsvervangend rechter voor een andere zaak. Dat belangenverstrengeling dan op kan treden in een klein arrondissement zo als wij die kennen is levensgroot aanwezig.
En hoe het met de dossierkennis staat van een dergelijke ‘rechter’ laten we dan nog maar even in het midden.
Soms hebben die plaatsvervangende rechters weleens een halve dag de tijd om zich in te lezen. ( Koffiepauzes buiten beschouwing latend! )
Dat deze gang van zaken in een klein land als het onze, waar iedereen, iedereen kent die wat voorstelt in de maatschappij, een gotspe is, dat spreekt voor zich.
Een klein voorbeeld uit de praktijk, wat ook u zomaar kan overkomen. Op 14 februari a.s. om 13.55 uur wordt een ruim zestigjarige man, ene René van Spanje uit Purmerend gedaagd voor de rechter in Haarlem. De beschuldiging luidt: Het toebrengen van lichamelijk letsel aan zijn echtgenote. Letterlijk vertaald: de man heeft in uiterste wanhoop, woede, en frustratie één maal een mep verkocht aan zijn vrouw met wie hij al jaren getrouwd is en met wie hij nu nog veilig en gezamenlijk de echtelijke sponde deelt.
Op het moment dat beklaagde, de heer R.v.Spanje, door het lint ging was hij tot het uiterste getergd en dat niet door zijn lieftallige eega, maar door het systeem.
Tot 1999 ging alles wel met van Spanje, destijds eigenaar van een goed lopend relatie bemiddelingsbedrijf voor academici en H.B.O.-ers. Niet bepaald onbemiddeld, gelukkig getrouwd, echter de man had een fobie. Hij was als de dood voor ziekenhuizen en alles wat daar op leek. Tien jaar eerder was bij hem al suiker geconstateerd, maar dankzij die fobie wist hij dit toch tien lange jaren zonder de zorgzame handen van de medici vol te houden.
Uiteindelijk wist hij zijn angsten te overwinnen en stelde zich onder behandeling. Of het zo zijn moest, de radioloog maakte een kardinale fout. Een fout die pas tot ontdekking kwam toen bij wijze van spreken de tenen van van Spanje de operatiekamer al binnen waren gereden.
Het verhaal wat dan volgt is ten hemel schreiend en voert te ver om in dit artikel in zijn geheel weer te geven. Voor geïnteresseerden verwijs ik dan graag naar zijn site: www.fouteadvocatuur.nl waar hij alles tot in de finesses uit de doeken doet.
Zo ondermeer een bijna tegelijkertijd spelende verhuizing waar makelaars een kwalijke rol in hebben gespeeld. Zodoende kwam de heer van Spanje in contact met de advocatuur. Enerzijds tengevolge van wat er in het ziekenhuis van Purmerend was voorgevallen en anderzijds de advocaten die slechts op hun gewin belust waren ten gevolge van gerede klachten die van Spanje had met betrekking tot zijn makelaar.
In een notendop; Van Spanje is kapot gemaakt, financieel uitgezogen tot de laatste duit, door de stress opgesloten in een paaz-afdeling van het ziekenhuis in Purmerend tegen zijn wil dus, met een z.g. gedwongen opname. Vijf weken lang, samen met een kettingrokende patiënt, alwaar van Spanje geheel niet tegen kon en getuige was van een gruwelijke zelfmoord van een andere medepatiënt. Dit nadat hij door het lint was gegaan. Ja, nadat zijn hele bestaan, vakkundig door toga- en befdragende was geruïneerd. En toen; in het heetst van de strijd, zijn vrouw een mep had gegeven. Dát opnamebriefje was het antwoord van het O.M. op van Spanje’s situatie, toen kameraadschappelijk bijgestaan door doktoren die net als de toga- en befdragende graag hun fouten en miskleunen eveneens in een afvalputje willen stoppen wat zó stinkt dat er toch niemand in wil kijken.
Nu lange tijd na dato. Zijn vrouw heeft inmiddels de aanklacht al ingetrokken en toch moet hij nog verschijnen voor de rechter ten gevolge van die ene mep in een zeer zwak moment door hem uitgedeeld. Waar hij in wezen al vijf weken voor ‘gezeten’ heeft. Zij het in een paaz-afdeling maar wel achter gesloten deuren.
Daar heeft justitie wel oren naar om deze bijna oude man in jaren maar ondertussen een echte oude en gebroken man door het gebeuren, nóg eens door de mangel te halen. De angst giert door zijn ledematen, ondanks dat hem van vele kanten onlangs verzekerd is dat hem weinig tot niets meer kan gebeuren. Maar het onrecht wat hém is aangedaan, daar hebben de toga- en befdragende geen ‘goesting’ in om dat nog eens uit te fileren, want dat kon hun eigen imago weleens schaden.
Een klein drama zult u zeggen. Ja, geen voorpagina waard zeker? Maar mensen worden zo wel kapot gemaakt en nadat ze al beroofd zijn van alles wat ze opgebouwd hadden worden ze nog verder de put in gewerkt. Moeten wij als volk dit laten gebeuren?
In een volgende bijdrage van: Levende Doden, wil ik u gaan vertellen over een al ruim 32 jaar slepende zaak waar rechters, officieren en advocaten, de toga- en befdragende dus, massaal en collectief keer op keer in de fout zijn gegaan. Waar wetten met voeten vertreden zijn, waar gelogen is door toga- en befdragende zó grof, dat mensen het amper meer willen en kunnen geloven.
En dát is nou precies hoe ze willen dat het functioneert.
Ik wens in ieder geval de heer René van Spanje op 14 februari a.s. in de rechtszaal te Haarlem, veel succes en ik hoop dat er echt recht gesproken zal worden.
Dat is een steeds minder voorkomend verschijnsel in de Nederlandse rechtbanken.
Mocht u daaraan toch nog twijfelen, neem dan eens een paar dagen of weken ( want zoveel informatie kunt u er vinden ) vrij en verdiep u maar eens in de site van de SDNL. www.sdnl.nl en u zult verbijsterd zijn over het reilen en zeilen van het rechtsbestel in de Koninklijke Bananenrepubliek Nederland B.V.
O ja, en mocht u het nog niet weten, als u ooit verzeild raakt in zo’n rechtstempel.
De opperpriester daar heet: ‘Edelachtbare’. Niet vergeten hoor!
—————————————————————————————-
Ingezonden door Silvia Videler
"echter de man had een fobie. Hij was als de dood voor ziekenhuizen en alles wat daar op leek."
Je zou bijna denken dat deze man in zijn onderbewustzijn of beter gezegd; hij had een vooruitziende blik of gevoel!….misschien vandaar zijn fobie?
Trouwens, die woede uitbarsting kan ook extra gevoed zijn door de suikerziekte.
Het is duidelijk als iemand anders de regie over je leven gaat voeren je leven totaal de verkeerde kant opgaat. Daarom wantrouw ik altijd mensen met zogenaamde naam, positie en mensen met jasjes-dasjes.
Ik ben na 6 alinea’s afgehaakt toen het artikel nog steeds nergens over ging.
Het zal best een interessant onderwerp zijn hoor, maar jemig zeg, probeer het wat korter en bondiger te schrijven. Laat alle overdreven retoriek over levende doden weg, dat is alleen maar irritant en afleidend. Voeg het eventueel aan het eind toe als punchline, maar niet 6 alinea’s lang zonder te zeggen waar je het over hebt.
En die foto had van mij ook niet gehoeven….
Aan de boer op klompen: Zo gaan we op de persoonlijke tour? is dit wel de goede site voor u? bent u niet verdwaald?
[2] exact!
waar gaat dit over? Ik kan er geen hout van maken. U bent gewoon niet goed bij uw hoofd, volgens mij. Of leer anders eerst samenhangend schrijven
Toch maar het hele artikel gelezen.
Het is op zich een interessant stuk, en de schrijfster lijkt goed ingelezen. Maar het is helaas echt slecht geschreven. Dat doet echt afbreuk aan het stuk. Veel te taai.
Als ik het goed begrijp is de centrale thesis dat de verplichte proces vertegenwoordiging en het verschijnsel van plaatsvervangende rechters moeten worden afgeschaft.
Daar ben ik het natuurlijk helemaal mee eens.
Het praktijkvoorbeeld wat gegeven wordt vind ik dan weer minder sterk. Die man lijkt toch een groot deel van de ellende over zichzelf te hebben afgeroepen. Er wordt geclaimd dat justitie grote fouten maakt in deze zaak, maar ze worden nergens in detail genoemd, waardoor zo’n beschuldiging weinig kracht heeft.
[4]
Sorry ,was idd een beetje aan de flauwe kant. Maar de verkeerde site? Incorrect is toch hip hier?
Maar over het verhaal, had die lap tekst gebruikt om het verhaal van de persoon in kwestie in detail uit de doeken te doen ipv een heel onzinnig relaas over levende doden.
[9] De lieve vrouw lijkt precies op m’n reclasseringsambtenaar. Die was ook altijd verbaal aan de race. Gelukkig is dit tekst (‘schrijven is schaven’)
Silvia
Ik ben benieuwd naar je aangekondigde volgende artikel. Wees je echter bewust van de luiheid van de mens, 500 woorden op een website als deze is, in ieder geval voor mij, een mooie bovengrens. Meer dan 1900 woorden, zoals dit artikel, is toch een beetje teveel gevraagd. Kan je nogal flauwe reacties verwachten, zoals is gebleken.
De arrogantie (gekoppeld aan gemakzucht, domheid en organisatorische en procedurele tekortkomingen) van het justitieapparaat is een heel mooi onderwerp, dat het verdient in een serie deskundig uitgewerkt te worden. Maar dan svp wel kort en bondig. Ben benieuwd naar wat komen gaat.
[1] Met dank zegt Renè van Spanje van http://www.fouteadvocatuur.nl 0299 – 4768.85
Indien mogelijk kom ook naar de rechtbank. Raadpleeg hiervoor de welkom pagina op de website- vertel dit verder.
[6] Mijn naam is Renè van Spanje van http://www.fouteadvocatuur.nl 0299 – 4768.85
Raadpleeg de WELKOM PAGINA van mijn website. Mocht u in de buurt van Haarlem e.o. wonen kom naar de rechtzitting. Er moet iets veranderen in deze verrotte Bananenrepubliek.. Vertel dit verder, alvast dank.
Renè van Spanje
[14]
Heb je website gezien ja, en kan er geen touw aan vastknopen. Zie dan ook totaal niet in wat ik in de rechtbank moet komen doen.
ps. zou ondanks je fobie toch maar eens een arts raadplegen.
Een mooi stukje proza !
Comments are closed.