De Nederlandse gemeenten hebben twee jaar geleden 2.3 miljard euro toegevoegd aan hun eigen vermogen, ruim 1.1 miljard meer dan in 2005.
Eind 2006 bedroeg het vermogen 27.5 miljard euro.
Dat maakte het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) maandag bekend.
Volgens het CBS is het gegroeide saldo voor een groot deel te danken aan de verkoop van afvalverwerking Rijnmond. De gemeente Rotterdam verkocht de afvalverwerking voor 1.4 miljard euro aan een Amerikaanse investeringsmaatschappij.
Na aftrek van schulden hield Rotterdam daar 1 miljard euro aan over.
Eenmalige dividenden, de verkoop van aandelen van nutsbedrijven en het superdividend van 231 miljoen euro dat de Bank Nederlandse Gemeenten uitkeerde hebben eveneens tot het sterke positieve saldo geleid.
Tot zover de media.
Ik heb even opgezocht wat bij gemeenten onder eigen vermogen wordt verstaan en dat luidt als volgt: onder het eigen vermogen zijn opgenomen de algemene en bestemmingsreserves, evenals het saldo van baten en lasten. Met andere woorden alles is gebaseerd op de kasstroom.
Het eigen vermogen van de gemeenten ad 27.5 miljard euro houdt in, dat de gemeenten een reserve per persoon hebben van ongeveer 1700 euro.
Ondanks dat stijgen de lasten voor de ingezetenen (per gemeente verschillend) de pan uit.
Op de website van de gemeente waarin ik woon heb ik de financiƫle verslaggeving eens nader bekeken. Hieruit bleek dat de gemeente een reserve heeft van 30 miljoen euro en volgens de berichtgeving hiermee maar net voldeed aan de wettelijke eisen.
Dit houdt dus in, dat bij een eventueel tekort niet alleen de lokale lasten verhoogd zullen worden, maar dat het resterende tekort op de kapitaalmarkt gedekt dient te worden.
Een eventueel tekort mag alleen ten laste van de reserve worden gebracht, zolang deze reserves aan de wettelijke eisen voldoen.
Met andere woorden: de gemeente wordt gedwongen om geld te lenen ondanks het feit dat zij over voldoende reserves beschikt om het tekort op te vangen.
Wat mij in de verslaggeving ook opviel, buiten de verspilling van miljoenen euro’s is, dat ik 32 overheidsinstellingen geteld heb die de gemeente op basis van de wetgeving geld verstrekken.
Nu is het mij duidelijk waarom er zoveel ambtenaren nodig zijn.
Ik voel me belazerd.
Als je huis nu 10% meer waard wordt, heb je dan meer geld om in de supermarkt uit te geven?
Nu ben ik groot voorstander van verkoop van aandelen in dit soort bedrijven (en gemeenten doen dat gelukkig ook steeds vaker), maar ook dan moet je wel hety juiste moment afwachten. In deze tijd van kredietkrapte is verkopen geld weggooien. Dat men op de balans dus een paar miljoen heeft staan aan aandelen in een nutsbedrijf, is geen kasgeld
Nog een foutje: groot deel van de lastenstijgingen zijn waterkosten. Daar moet je bij het rijk voor zijn, daar een gemeente wettelijk die kosten niet mag verlagen. Ook al zou ze bulken van het geld, men moet een kostendekkend tarief hanteren.
Wat de schrijfer wel goed uitgezocht heeft is dit
Met andere woorden: de gemeente wordt gedwongen om geld te lenen ondanks het feit dat zij over voldoende reserves beschikt om het tekort op te vangen.
Algemene reserve is wel gemeente kasgeld, maar inderdaad, daar moet van het rijk, men ook weer zoveel % van hebben. En als je dan slim bent, en het langjarig vast zet om zo renteinkomsten te genereren (en zo de OZB of zo laag kunnen houden), zegt die niet meer meetelt met % regel.
Ook moet je lenen als gemeente, als je een investering van beperkte duur doet. Ofwel, bijvoorbeeld een sporthal. Deze wordt dan in 40 jaar afgeschreven. Als je die in cash zou betalen zou je na 40 jaar weer zo’n herbouw bedrag moeten hebben en omdat men – terecht – bang is dat gemeenten dat dan niet hebben, en niet kunnen herbouwen, moet je lenen.
En zo zijn er nog wel meer rijkswetgeving die gemeenten dwingt op d epof te leven.
Comments are closed.