Luchtbuks anyone ?Dank zij het Landelijk Platform Vuurwapens (LPV), een club fascistoïde ‘do-gooders’, zijn wij op zondag 3 augustus 2008 geïnformeerd over het volgende: “luchtbuks dodelijk”.Op de site van de Telegraaf valt te lezen : “de jongste generatie luchtdrukwapens heeft bijna de kracht van vuurwapens, maar omdat het luchtdrukwapens zijn vallen ze niet onder de vuurwapenwet”, een zorgwekkende ontwikkeling volgens ene heer Gademan, voorzitter van deze illustere club die te pas en te onpas ‘adviezen’ verstrekt aan het ministerie van ‘justitie’.

Degenen die dat nog niet wisten, doen er dus goed aan als de gesmeerde bliksem voor een luttel bedrag (een paar honderd euri’s is genoeg) een luchtdrukgeweer met geluiddemper en kijker aan te schaffen, voordat de MinJus (niet te vreten, ook niet over de aardappelen) deze mogelijkheid onmogelijk maakt om op eigen terrein ongewenste indringers van de zinloosheid daarvan te doordringen.

Uiteraard blijft de optie bestaan om nadat het vermeende ‘gat in de wet’ is gedicht alsnog zo’n leuk apparaat aan te schaffen, zij het tegen een hoger risico en hogere aanschafprijs. Net zoals (al dan niet Bulgaarse) Echte Boeven dat doen met bij wet verboden vuurwapens. Je kunt natuurlijk altijd ook nog je slag slaan door een honkbalknuppel inclusief bal en handschoen aan te schaffen. Of een bijl en een boom, een hamer en wat spijkers of een groot mes en wat vlees in de koelkast om maar wat voorbeelden te noemen.

Uiteraard wordt er ook hier weer een regeltje bij gemaakt om overtreders in de kraag te vatten en do-gooders zoals de heer Gademan, ongetwijfeld betaald uit eigen zak via de belastingen, aan het ‘werk’ te houden.

Groupbuy anyone ?

17 REACTIES

  1. Wat ga je doen als je die inbreker hebt neergeschoten?

    Bel je eerst de politie?
    Eerst je advocaat?
    Bel je een vriend met een boot?

      • Ik begrijp waar je op doelt.

        Maar je hebt te maken met opportunity junks die voornamelijk snel wat makkelijks willen of met inbrekers die allleen je spullen en (vuur) wapens willen jatten.
        Echte psycho’s die jouw lichaam moeten hebben zijn er nauwelijks of het zijn doorgedraaide (ex) geliefden 😉

        Klinkt lullig, maar het ‘beste’ is weglopen en later je verzekeraar bellen. Die paar foto-boeken zit een inbreker niet op te wachten.

      • Maar die laptop die je al 3 jaar koestert en nog in nieuwstaat verkeert is voor de verzekeraar afgeschreven en niks meer waard.

      • “Ik begrijp waar je op doelt.

        Maar..”

        Je begrijpt het dus niet.

        Ik kan niet zien wat de geestesongesteldheid van een indringer is. Het interesseert me ook geen ruk. Ze zijn aan het verkeerde adres; pech gehad. Wie het eerst komt, het eerst maalt; aan mijn lijf geen polonaise. Ik wil niet zelf de kans lopen dat zo’n malloot mij of mijn gezinsleden lichamelijke schade berokkent.

        Lullig inderdaad, dus. Gewoon wegblijven, vingertjes van andermans spullen. Vooral die van mij.

      • Beste Andre,

        Ook goed, dan begrijp ik ’t toch niet.

        Je gaat je gang maar.

      • Super. Ben ik helemaal voor.

        Maar ik heb enige ervaring met inbrekers/junks uit mijn huis slaan en heb weleens op het punt gestaan een contra-inval bij een inbreker te doen, doch die op het laatste moment afgeblazen.

        Ik wilde alleen maar zeggen dat voor vele mensen het sop de kool niet waard is.

      • Dat is uiteraard ieders goed recht. Stel je voor dat je van overheidswege verplicht wordt om iedere inbreker het huis uit te meppen (of lek te schieten) middels verplicht aan te schaffen wapens.. Net zo krankzinnig als de huidige situatie.

  2. Voorstel van Wet op gevaarlijke voorwerpen

    Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje Nassau, enz. enz. enz.

    Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
    Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een nieuwe regeling inzake gevaarlijke voorwerpen in overeenstemming met richtlijn 83/189/EEG van 28 maart 1983 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften;
    Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

    1. Algemene bepalingen

    Artikel 1
    1. Onder gevaarlijke voorwerpen worden in ieder geval verstaan:
    Categorie I:
    a. Alle wapens van Categorie I in de zin van de Wet Wapens en Munitie, alsmede
    b. keukenmessen en andere keukenmaterialen, zoals mengapparaten, blikopeners, kurketrekkers en deegrollers;
    c. schroevendraaiers, breekijzers, koevoeten, klauwhamers en andere gereedschappen;
    d. land- en tuinbouwgereedschappen, zoals heggescharen
    e. honkbalknuppels, tennisrackets en andere sportartikelen, waarvan het gebruik fatale gevolgen kan hebben
    f. electrische huishoudelijke apparaten, zoals koffiemolens en droogtrommels, behalve koelkasten
    g. voorwerpen voor de opslag van electriciteit, zoals accu’s, brandstofcellen, etc., behalve AAA-batterijen
    h. (brom)fietskettingen, sneeuwkettingen en andere metalen kettingen
    j. gemotoriseerde transportmiddelen,

    Categorie II:
    k. Alle wapens van Categorie II in de zin van de Wet Wapens en Munitie, alsmede
    l. rookwaar,
    m. vuurwerk,
    n. lucifers, aanstekers en electrische ontstekers;
    o. brandbare vaste stoffen, vloeistoffen, zoals alcoholische dranken en gasvormige stoffen;
    Categorie III:
    p. Alle wapens van Categorie III in de zin van de Wet Wapens en Munitie;
    q. Alle wapens van Categorie IV in de zin van de Wet Wapens en Munitie;
    2. Onze minister kan bij regeling het begrip gevaarlijk voorwerp nader invullen.

    2. Erkenning

    Artikel 2
    Het is verboden gevaarlijke voorwerpen als bedoeld in art. 1 van deze wet zonder geldige erkenning te vervaardigen, in te voeren, te verhandelen, te vervoeren, te verhuren, te transformeren, voorhanden te hebben of te gebruiken.

    Artikel 3
    Bevoegd tot het verlenen, intrekken en verlengen van een erkenning is de korpschef in de plaats waar de aanvrager is gevestigd. Een erkenning is ten hoogste 4 jaar geldig en kan met ten hoogste 4 jaar worden verlengd.

    Artikel 4
    Een erkenning kan worden ingetrokken:
    a. bij niet-inachtneming van de bij deze wet gestelde regels
    b. bij handelingen of gedragingen in strijd met de openbare orde
    c. bij gebruik anders dan waarvoor het gevaarlijk voorwerp is bestemd
    d. in het algemeen belang
    e. op vordering van een bevoegde ambtenaar
    f. bij wijziging van wet- of regelgeving

    3. Veiligheidseisen

    Artikel 5
    Onze Minister is bevoegd ten behoeve van de beveiliging eisen vast te stellen, waaraan ruimten en vervoermiddelen, waarin gevaarlijke voorwerpen worden bewaard of vervoerd, moeten voldoen.

    4. Uitvoering van de wet

    Artikel 6
    1. Onze Minister kan regels vaststellen over de door de korpschef bij de uitvoering van deze wet te voeren administratie.
    2. Bij de uitvoering van deze wet volgen de korpschefs en de Belastingdienst/Douane de aanwijzingen van Onze Minister
    3. Beleidsregels gericht tot de korpschef worden verstrekt door tussenkomst van de korpsbeheerder.

    Artikel 7
    Onze Minister kan modellen vaststellen van het bewijs van erkenning, de consenten, de vergunningen, de verloven, alsmede van andere ter uitvoering van de wet te gebruiken bescheiden. Deze modellen worden bekendgemaakt in de Nederlandse Staatscourant.

    Artikel 8
    Onze Minister kan regels geven over combinatie van verschillende krachtens deze wet vereiste consenten, vergunningen en verloven, alsmede van andere ter uitvoering van de wet te gebruiken bescheiden.

    Artikel 9
    Onze Minister geeft regels met betrekking tot het bedrag dat is verschuldigd bij de aanvraag op grond van deze wet van een erkenning, een ontheffing, een consent, een vergunning, een verlof en een speciaal Europese paspoort. Het bedrag is verschuldigd aan het Rijk indien de aanvraag wordt ingediend bij Onze Minister of Onze Minister van Defensie, of aan de betrokken politieregio indien de aanvraag bij de korpschef wordt ingediend.

    Artikel 10
    1. Onze Minister geeft regels betreffende een door de erkende te houden register waarin alle door deze onder enige titel verkregen of overgedragen gevaarlijke voorwerpen worden aangetekend.
    2. Onze Minister geeft regels betreffende een door de erkende te verstrekken ontvangstbewijs bij verkrijging van gevaarlijke voorwerpen van categorie III van personen die een verlof tot het voorhanden hebben als bedoeld in artikel 5 bezitten, dan wel op grond van artikel 26, tweede lid, van de Wet Wapens en Munitie voor de jacht en beheer en schadebestrijding bestemde gevaarlijke voorwerpen voorhanden mogen hebben.

    5. Toezicht op de naleving

    Artikel 11
    1. Met het toezicht op de naleving van het bij en krachtens deze wet bepaalde zijn belast:
    -1e. de bij of krachtens artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering aangewezen ambtenaren;
    -2e. de bij of krachtens artikel 142, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering aangewezen buitengewone opsporingsambtenaren;
    -3e. de bij besluit van Onze Minister, in overeenstemming met Onze Minister van Verkeer en Waterstaat, aangewezen ambtenaren van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.
    2. Van een besluit als bedoeld in het eerste lid, onderdeel 2, wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.
    3. De toezichthouder beschikt slechts over de in artikel 5:18, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht bedoelde bevoegdheid voorzover het betreft het openen van verpakkingen in het kader van het onderzoek van ladingen.
    4. De toezichthouder beschikt niet over de bevoegdheid, genoemd in artikel 5:19 van de Algemene wet bestuursrecht.

    6. Opsporing

    Artikel 12
    De bij of krachtens artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering aangewezen ambtenaren kunnen te allen tijde op plaatsen waar zij redelijkerwijs kunnen vermoeden dat gevaarlijke voorwerpen aanwezig zijn, ter inbeslagneming doorzoeking doen.

    Artikel 13
    1. De bij of krachtens artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering aangewezen ambtenaren zijn bevoegd te vorderen dat de verpakking van goederen, met inbegrip van reisbagage, wordt geopend, indien daartoe redelijkerwijs aanleiding bestaat op grond van:
    -1. een gepleegd strafbaar feit waarbij gevaarlijke voorwerpen zijn gebruikt;
    -2. een gepleegde overtreding van de artikel 2;
    -3. aanwijzingen dat een strafbaar feit als bedoeld onder a of b zal worden gepleegd.
    2. De in het eerste lid bedoelde bevoegdheid kan slechts worden uitgeoefend tegen bepaalde personen, indien daartoe jegens hen aanleiding bestaat. De officier van justitie kan gelasten dat deze bevoegdheid tegenover een ieder kan worden uitgeoefend.
    3. In gebieden die overeenkomstig artikel 151b, eerste lid, van de Gemeentewet, door de burgemeester als veiligheidsrisicogebied zijn aangewezen kan de officier van justitie gelasten dat tegenover een ieder de bevoegdheid kan worden uitgeoefend om verpakkingen van goederen, met inbegrip van reisbagage, te onderzoeken op gevaarlijke voorwerpen. Het bevel bevat een omschrijving van het aangewezen gebied en de geldigheidsduur die niet langer dan twaalf uur mag bedragen. Het bevel bevat voorts de feiten en omstandigheden, op grond waarvan de toepassing van de bevoegdheid om de verpakking van goederen, met inbegrip van reisbagage, te onderzoeken op gevaarlijke voorwerpen noodzakelijk wordt geacht.
    4. Indien geen medewerking wordt verleend, kunnen de in het eerste lid bedoelde ambtenaren, op kosten en risico van de houder van de goederen, in het nodige voorzien.

    Artikel 14
    1. De bij of krachtens artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering aangewezen ambtenaren zijn bevoegd vervoermiddelen te onderzoeken indien daartoe redelijkerwijs aanleiding bestaat op grond van:
    -1. een gepleegd strafbaar feit waarbij gevaarlijke voorwerpen zijn gebruikt;
    -2. een gepleegde overtreding van artikel 2;
    -3. aanwijzingen dat een strafbaar feit als bedoeld onder a of b zal worden gepleegd.
    2. De in het eerste lid bedoelde bevoegdheid kan slechts worden uitgeoefend ten aanzien van bepaalde vervoermiddelen, indien daartoe jegens deze aanleiding bestaat. De officier van justitie kan gelasten dat deze bevoegdheid tegenover elk vervoermiddel kan worden uitgeoefend.
    3. In gebieden die overeenkomstig artikel 151b, eerste lid, van de Gemeentewet, door de burgemeester als veiligheidsrisicogebied zijn aangewezen kan de officier van justitie gelasten dat tegenover een ieder de bevoegdheid kan worden uitgeoefend om vervoermiddelen te onderzoeken op gevaarlijke voorwerpen. Het bevel bevat een omschrijving van het aangewezen gebied en de geldigheidsduur die niet langer dan twaalf uur mag bedragen. Het bevel bevat voorts de feiten en omstandigheden, op grond waarvan de toepassing van de bevoegdheid vervoermiddelen te onderzoeken op gevaarlijke voorwerpen noodzakelijk wordt geacht.
    4. De in het eerste lid bedoelde ambtenaren kunnen van de bestuurders van voertuigen en van de schippers van vaartuigen daartoe vorderen dat deze de vervoermiddelen tot stilstand brengen, deze vervoermiddelen naar een door hen aangewezen plaats overbrengen en overeenkomstig hun aanwijzingen terzake medewerking verlenen.

    Artikel 15
    1. De bij of krachtens artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering aangewezen ambtenaren zijn te allen tijde bevoegd tot inbeslagneming van daarvoor vatbare voorwerpen. Zij kunnen daartoe hun uitlevering vorderen.
    2. De in het eerste lid bedoelde ambtenaren zijn bevoegd personen aan hun kleding te onderzoeken indien daartoe redelijkerwijs aanleiding bestaat op grond van:
    -1. een gepleegd strafbaar feit waarbij gevaarlijke voorwerpen zijn gebruikt of aangetroffen;
    -2. een gepleegde overtreding van artikel 2;
    -3. aanwijzingen dat een strafbaar feit als bedoeld onder a of b zal worden gepleegd.
    3. In gebieden die overeenkomstig artikel 151b, eerste lid, van de Gemeentewet, door de burgemeester als veiligheidsrisicogebied zijn aangewezen kan de officier van justitie gelasten dat tegenover een ieder de bevoegdheid kan worden uitgeoefend om hem aan zijn kleding te onderzoeken op de aanwezigheid van gevaarlijke voorwerpen. Het bevel bevat een omschrijving van het aangewezen gebied en de geldigheidsduur die niet langer dan twaalf uur mag bedragen. Het bevel bevat voorts de feiten en omstandigheden, op grond waarvan de toepassing van de bevoegdheid om een ieder aan zijn kleding te onderzoeken op gevaarlijke voorwerpen noodzakelijk wordt geacht.
    4. De bedoelde ambtenaren alsmede andere daartoe door Onze Minister aangewezen personen zijn bevoegd een persoon die zich bevindt op de Luchthaven Schiphol, bedoeld in hoofdstuk 8 van de Wet Luchtvaart, of luchtvaartterreinen als bedoeld in artikel 1 van de Luchtvaartwet, te allen tijde aan zijn kleding en de verpakking van goederen, met inbegrip van reisbagage, alsmede diens vervoermiddel, te onderzoeken.

    • Wat een draak van een tekst, net echt

      Steengoed

      Maar hoe zit het nu met een deksel dat ik net met een blikopener van een blik heb verwijderd? Is ook scherp.

      Een maas in de wet?

  3. Kortom, zoals vaker blijkt, de gewone burger is in de ogen van de ambtenarij een potentiële crimineel en daarom minstens verdacht.

  4. Groupbuy anyone ?

    Ja hoor doe er mij maar eentje. Met demper uiteraard.
    De groupdiscount mag je houden 😉

Comments are closed.