Gedragsregels voor moslims zet Duitse huisarts zwaar onder druk
Het is alsof een vakbond woedend een vakbondslid op de korrel neemt. Omdat die het gore lef heeft gehad, voor zijn eigen belangen op te komen. Pardon? Hoe bruin kan je ze bakken? Een belangenvereniging die zijn eigen maten naait? Lees en huiver. Bericht uit het kalifaat Duitsland…
Een huisarts in de Duitse, centraal gelegen deelstaat Hessen (hoofdstad: Wiesbaden) moet en zal boeten en diep door het stof gaan. Waarom? Omdat hij de moed had in zijn praktijk een briefje op te hangen waarin hij regels had opgesteld hoe men zich daar dient te gedragen. De medicus wilde alleen maar opkomen voor zijn patiënten. Omdat hij anders in zijn praktijk niet meer fatsoenlijk kan functioneren.
Voor het Duitse persbureau DPA is het echter klip en klaar. De huisarts wordt terecht aan de schandpaal genageld. Hij zou immers de gebrekkige taalkennis van zijn Turkse patiënten net zo hard bekritiseren als het gebrek aan fatsoen van hun kinderen. En dat kan natuurlijk niet.
“Het ging om mijn inventaris…,”
verdedigt de verongelijkte huisarts zich, aldus het persbureau. En voegt eraan toe:
“Die werd voortdurend vernield door kinderen die met de patiënt meekomen.”
Het gevolg is dat geen familie meer in de praktijk wordt toegelaten die meer dan 5 kinderen meeneemt.
De arts houdt al sinds 16 jaar spreekuur op hetzelfde adres. Hij beklaagt zich, dat tot nu toe geen enkel gesprek geholpen heeft. En dat elke oproep aan dovemansoren is gericht.
Tja, wat moet je dan nog? Het enige wat overblijft is een hardere toon aan te slaan. En om spelregels te bedenken die vervolgens in zijn huis zijn opgehangen.
Volgens de dokter kan hij alleen adequaat spreekuur houden als dat niet wordt bemoeilijkt door dames die, zelfs in de praktijkruimte, hardnekkig blijven weigeren hun hoofddoeken af te doen.
Maar in plaats van een collega te ondersteunen wordt de arts door de overkoepelende vereniging, belast met de incasso van aangesloten artsen in Hessen, ondermijnt.
DPA, het persbureau, kan vervolgens niets anders meer doen dan een disciplinair onderzoek op te starten. En ook de Duitse beroepsgroep, de Ländesärztekammer, zou zich nu zeer negatief over de gang van zaken hebben uitgesproken. Na een constructief gesprek met de voorzitter van de plaatselijke mohammedaanse cultuurvereniging verving de arts zijn vermaningen die in de praktijkruimte waren opgehangen dan ook door een andere.
De harde woorden van de oorspronkelijke tekst luidden:
“In deze praktijkruimte geldt een verbod op het dragen van een hoofddoek bij islamitische vrouwen en meisjes. Ook dient men basiskennis te bezitten van de Duitse taal, zowel in woord, als in geschrift als in uitspraak. Kinderrijke islamitische families met meer dan 5 lijfelijk aanwezige kinderen kunnen in deze artsenpraktijk helaas niet behandeld worden.” *)
Het verenigde incassobureau in Hessen noemt de manier van formuleren “verwerpelijk” en “absoluut onacceptabel.” Het gedrag van de arts brengt schade toe aan het imago van de arts in het algemeen, want iedere patiënt, aldus het incassobureau, moet op gelijke manier behandeld kunnen worden. Medici hebben immers een voorbeeldfunctie.
Dat dit tot de betrokken arts inmiddels ook wel is doorgedrongen toen hij de “voorkeursbehandeling” voor moslims hals over kop staakte, dat is wel duidelijk. Want zijn “ongelovige” patiënten verschenen bij hem per slot van rekening ook nooit met hoofddoek in zijn praktijk.
Omdat de druk van overkoepelende organisaties kan leiden tot een uiteindelijk bankroet van een individueel lid, heeft de man thans eieren voor zijn geld gekozen en zijn harde taal gematigd. Hij geeft toe mensen met zijn woorden gekwetst te hebben. En dat was helemaal niet zijn bedoeling. Maar zelfs deze bekentenis van schuld kan het overkoepelende incassobureau in Hessen en de landelijke artsenvereniging niet vermurwen. Ze willen de zaak tot op de bodem uitzoeken. Ze willen doorgaan tot op het gaatje. Want het uitsluiten van zieke mensen voor medische behandelingen is een groffe schending van de eed op Hyppocrates. Die eed moet elke aankomende arts afleggen om hem te verplicht iedereen medisch te helpen. Ongeacht om welk ras, inkomen of gedrag het gaat.
Ingezonden door Gijs van Meeteren
*) Nieuwe tekst?:
Beste, lieve, zeer gewaardeerde , hoog geachte moslims, zou u alstublieft zo vriendelijk willen zijn om als het u niet ontrieft, te willen overwegen om misschien te voorkomen dat de inboedel in deze praktijk steeds weer vernield wordt? Uw vele, lieve , schattige oogappeltjes , bitte, bitte, niet meer allemaal tegelijk mee te nemen…?
—————————————————————————————-
Oorspronkelijke titel: “Verhaltensregeln für Moslems: Arzt gerät unter Druck” Zie: http://info.kopp-verlag.de/hintergruende/deutschland/udo-schulze/verhaltungsregeln-fuer-moslems-arzt-geraet-unter-druck.html;jsessionid=C4BB73EF6582E9243A8C2D8F27CO2BA2
Udo Schulze
Vertaling en bewerking Gijs van Meeteren, 9 september 2010
*) Nieuwe tekst?:
Beste, lieve, zeer gewaardeerde , hoog geachte moslims, zou u alstublieft zo vriendelijk willen zijn om als het u niet ontrieft, te willen overwegen om misschien te voorkomen dat de inboedel in deze praktijk steeds weer vernield wordt? Uw vele, lieve , schattige oogappeltjes , bitte, bitte, niet meer allemaal tegelijk mee te nemen…?
Ben benieuwd wanneer de eerste moslimdokters geen nietmoslims zullen willen behandelen omdat dat tegen hun geloof is.
Illuminati is de PvdA en D66 [4] reageerde op deze reactie.
Verschillende krachten zijn bezig om van de zelfstandige arts een loonslaaf te maken. Voor mij mag een specialist veel verdienen. “Rechtse” Elsevier presteert het zelfs te zeggen, wat het verschil is tussen een tuinman en een specialist. De tuinman vervangt boompjes, de specialist een stuk darm; beide routinewerk. Verantwoordelijkheid en adequaat reageren, wanneer routine niet werkt, werd voor het gemak buiten beschouwing gelaten.
“Het gedrag van de arts brengt schade toe aan het imago van de arts in het algemeen, want iedere patiënt, aldus het incassobureau, moet op gelijke manier behandeld kunnen worden.”
Volgens mij is nu het imago van arts: je kun hem uitschelde, schofferen, noem maar op; hij zal je altijd moeten helpen. Dat is nu wat bijgesteld.
Als wij bij moslims in huis de schoenen uit moeten doen, mag de arts ook verlangen, dat in zijn huis de hoofddoek af gaat.
“Ben benieuwd wanneer de eerste moslimdokters geen nietmoslims zullen willen behandelen omdat dat tegen hun geloof is.”
Dan komen ze met de een volledig omgekeerde reactie: “Tja, onze cultuur verandert natuurlijk en het is natuurlijk de vrijheid van religie, dat een moslim voor zijn arts moet kiezen en als hij liever een moslim heeft, tja, tja.”
@BUD [1]:
Het sprookje van het bèta-tekort
by jl | Vr, 13/02/2009 – 15:02
[Deze pagina werd eerder op 21 augustus 2006 op dit formum geplaatst]
Toegevoegd: Verenigde Staten
“Tekort aan bèta’s”, al 20 jaar horen we niets anders, Nederland kent een groot probleem en als we er niet snel iets aan doen worden we een ontwikkelingsland.
Tijdens voorlichtingsdagen werd op de KUN (Radboud Universiteit) verteld dat we ons in ieder geval geen zorgen hoeven te maken over het krijgen van werk. Eerlijke voorlichting was wenselijk geweest. Er heeft nooit een bedrijf aan de poort van de KUN gestaan. Met mijn laatste baan (R&D/programmeur) verdiende ik 7 jaar lang het minimumloon. Ik ben nu al weer 3 jaar werkloos; ook eerder was ik langdurig werkloos. Van mijn mede-studenten zijn er opvallend veel die ruim één jaar na afstuderen nog geen baan hadden.
Ik ken verder best wel wat beta’s/ingenieurs die het nog slechter gedaan hebben dan ik; ze zijn niet te spreken over de constante propaganda voor bèta-studies; het is verder een fabel dat je met een bèta-studie ook gemakkelijk andere banen kunt krijgen.
Er is/komt geen tekort aan bèta/technisch geschoolde mensen. Ook aan wis- en natuurkundeleraren is al heel lang geen tekort (tientallen reacties op iedere vacature), vorige week had ik pas mijn eerste sollicitatiegesprek voor natuurkundedocent (afgewezen, geen ervaring met vernieuwd practicum).
Bestaande rapporten zijn vaak niet onafhankelijk, suggestief (men laat belangrijke informatie weg) en/of gemanipuleerd. Een minderheid van de afgestudeerde natuurkundigen krijgt werk als natuurkundige; deze worden dan ook nog eens slecht betaald. Het bedrijfsleven wil alleen maar vissen uit een grote vijver: de beste en de goedkoopste. Prof. Lemstra: “De voorspelde tekorten kloppen van geen kant. Bedrijven weten dat, maar gebruiken de cijfers om het aanbod van afgestudeerden zo groot mogelijk te houden. Ze sturen bewust aan op een overschot”.
Philips beweert dat op hun laboratoria veel buitenlanders werken omdat er niet genoeg Nederlanders te krijgen zijn; nee, een top-instituut (zoals Philips NatLab) zoekt altijd de beste mensen over de hele wereld. Opvallend is ook dat veel onderzoekers bij grote bedrijven na een aantal jaren overstappen naar andere en beter betaalde functies.
Groot tekort aan ict-ers, tegelijkertijd zijn er massa’s ict-ers afgedankt, nergens meer nodig.
In een kritisch artikel in intermediair, zie *hier*, zien we o.a. een inzending van een in 1997 afgestudeerd scheikundige:
“In mijn tijd (1992) werd gesproken over een weelde van werkaanbod voor chemici. Aan het einde (1997) was hier nog weinig van over. Met betrekking tot het salaris: helaas is het nog steeds zo dat (vaak onnodige) managers meer moeten verdienen dan de specialisten binnen zijn team/afdeling. Als je als bèta de specialist blijft zijn salarisverhogingen nihil. Ik heb mijn bèta studie als zonde van mijn tijd, geld en overheidsgeld gevonden omdat er gewoonweg te weinig werkaanbod is.”
Duitsland
In het artikel ‘Tekort aan jonge goedekope ingenieurs’ (2004), zie *hier*, lezen we:
“Tekort aan 15.000 jonge goedkope ingenieurs” en “Daar staat tegenover dat 65.000 Duitse ingenieurs zonder werk zitten, tien procent van het totale aantal. Van de ingenieurs ouder dan 45 jaar is zelfs de helft werkloos”.
Verenigde Staten
*Het verkeerde ‘bètaprobleem*
Ook daar hetzelfde riedeltje over een vermeende beta-tekort, de regering wil maatregelen. Uit het onderzoek *Three Generations of Students through the Science and Engineering Pipeline* bleek echter, na het analyseren van zes longitudinal surveys van de overheid tussen 1972 en 2005, dat ook daar de feiten anders liggen. Vegeleken met 1972 is er in 2005 slechts sprake van een lichte daling bij de keuze voor bèta; het aanbod is gelijk gebleven. Minder dan de helft van de bèta-afgestudeerden gaat na het behalen van het diploma werken in de bèta-sector, zowel in 1972 als in 2005. Volgens het rapport vormt het aanbod geen probleem, de vraag is juist het probleem: volgens de onderzoekers slagen er jaarlijks in de VS driemaal zo veel bèta-studenten dan het aantal banen dat in deze sector beschikbaar zijn. Het grote aanbod van studenten heeft hier de salarissen zelfs doen verlagen. Een carrière in science and technology is niet meer attractief. Volgens Michael Teitelbaum, betrokken bij het onderzoek, wordt de ‘claim of shortage’ vanuit belangenverenigingen om strategische redenen volgehouden.
ScienceInsider doet hier nog een schepje bovenop door toe te voegen dat Amerikaanse ondernemingen het tekort-argument gebruiken om outsourcing door te voeren of om buitenlandse werknemers in dienst te nemen.
Adviesraad voor Wetenschaps- en Technologiebeleid
Voor hun rapport uit 1999: “Vitaliteit en kritische massa”, zie *hier*.
We zien hier steeds een somber beeld over de positie van natuurkundigen. Ik citeer slechts 3 punten:
In 1993 was de werkloosheid bij fysici 6,1 %, de gemiddelde werkloosheid bij alle academici was 5,1 %.
In 1999 was de situatie onder fysici relatief slecht; zowel bij het werkloosheidspercentage en -duur alsmede bij de hoogte van het salaris behoorden ze tot de 10 slechts bedeelde groepen.
Afgaande op de arbeidsmarktstatistieken hebben fysici al geruime tijd een slechte arbeidsmarktpositie.
Deze beneden-gemiddelde score is des te opmerkelijker gelet op het feit dat deze opleidingen gemiddeld goede VWO-scholieren trekken; afgestudeerde fysici blijken op het eindexamen VWO gemiddeld de hoogste cijfers gehaald te hebben, zowel voor de alfa- als voor de bèta-vakken.
We lezen er verder ook:
De interesse voor bètaopleidingen is de afgelopen decennia niet gedaald, nog voor mannen nog voor vrouwen; een relatieve daling van bètastudenten wordt veroorzaakt door een toename van vrouwelijke studenten.
In algemene zin blijkt er weinig grond te bestaan voor de stelling dat de vraag naar universitaire bèta-afgestudeerden wezenlijk groter is dan die naar afgestudeerden in andere disciplines. Het is niet zo in tijd van laag-conjunctuur, in tijd van hoog-conjunctuur en het zijn ook niet de verwachtingen voor de nabije toekomst.
Ook gemeten naar inkomen en baantevredenheid scoren de afgestudeerde bèta’s van de algemene
universiteiten niet hoog.
Afgestudeerde fysici, 1995
In 1995 was de situatie voor afgestudeerde fysici dramatisch, zie *hier* .
Elsevier/SEO onderzoek (1998)
Hier lezen we: ‘Voor een betere positie op de arbeidsmarkt hoeven studenten geen bèta te kiezen. De bèta’s vinden niet sneller werk en ontvangen geen hoger salaris dan afgestudeerden in andere gebieden’.
Het Platform Bèta Techniek
Het Platform Bèta Techniek is ingesteld door de overheid met als opdracht om meer jongeren te interesseren voor een studie in bèta/techniek. Voor hun rapport: Gedaanteverwisseling van een tekort (2004), zie *hier*.
Ondanks alle mooie woorden over de ‘geweldige prespectieven’ blijkt bij zorgvuldig lezen dat er niet bepaald uit volgt dat we in de toekomst met tekorten te maken krijgen, al kan dat voor een enkele, vooral nieuwe, specialisme wel gebeuren.
Zo kiezen studenten nu meer voor de zachte i.p.v. de harde bèta-vakken en voor brede studies (zoals life sciences). Dat is maar goed ook want aan de vraagzijde doet zich hetzelfde voor.
We lezen o.a. “Er is nauwelijks perspectief op de arbeidsmarkt voor de harde bèta/techniek vakken”.
“Bij mannen is het aandeel van academische techniek studies nagenoeg constant: 17 % in 1947 en 1960; 20 % in 2000. Dat zet de jammerklachten over te weinig techniekstudenten wel in een speciaal daglicht”.
In 2006 beweerde het Platform: “Zeker van een baan met een bètastudie”; de leugen gaat maar door.
Chemici, HLO-ers in 2004
In 2004 waren er vrijwel geen banen voor afgestudeerde chemici en HLO-ers.
Het Centraal Planbureau (CPB)
In 2005 publiceerde het CPB een rapport waarin gesteld werd dat Nederland geen bètatekort heeft.
Schreuder (Platform Bèta Techniek) reageerde als door een wesp gestoken. Maar het CPB blijft bij zijn conclusies en herhaalde deze dit jaar nog eens in het rapport ‘Kansrijk kennisbeleid’.
In het artikel: “Eerst de banen dan de bèta’s”, zie *hier*, vertellen twee economen van het CPB over hun onderzoek naar vraag/aanbod bij R&D-functies.
We lezen: “De ministeries van Economische Zaken en Onderwijs, Cultuur en Wetenschap het Platform Bèta Techniek en werkgeversorganisaties als VNO-NCW en VNCI roepen om het hardst dat het CPB er naast zit. Maar de argumenten van de onderzoekers klinken redelijk plausibel. Als er echt veel te weinig bèta’s zijn, dan verwacht je een lage werkloosheid, talloze vacatures, hoge salarissen en leasebakken als lokkertje, en bérgen overwerk. In de praktijk blijken bèta’s echter op al deze punten beneden het gemiddelde voor de hoger opgeleide beroepsbevolking te scoren”.
“Een bèta in een R&D-functie verdient minder dan het gemiddelde van de rest van de beroepsbevolking”.
Webbink, een van die 2 economen, zie *hier*: “Maar we kregen niet alleen kritiek. We hebben ook mailtjes gehad van bèta’s die bv. schreven: ‘Er wordt altijd gesuggereerd dat je met een bètaopleiding een fantastische baan krijgt, maar ik ben al een half jaar werkloos en ik kom echt niet aan de bak.’ Die mensen waren daar boos en gefrustreerd over”.
“Een ander verhaal is dat de bètamarkt heel internationaal is en dat de lonen dus internationaal worden bepaald. Als werkgevers zeggen dat er een tekort is, bedoelen ze mogelijk dat ze geen Nederlanders kunnen krijgen tegen de lonen die ze bieden. Buitenlandse werknemers zijn daar nog wel voor te vinden. Nu al gaat meer dan de helft van de afgestudeerde bèta’s in andere sectoren werken.”
Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), 2003
Voor een rapport van het ROA, zie *hier* :
“Eind 2003 was maar liefst zes procent van de nieuwe natuurwetenschappers al ruim een jaar thuis.
Van de natuurkundigen onder hen trof zelfs zeven procent dat lot”.
ROA (februari 2007), *hier*:
“Iets minder gunstig is het beeld voor bèta’s, de sector natuurwetenschappen in het ROA-onderzoek. Zij zitten met een werkloosheidspercentage van vijf minder gunstig dan de sectoren gezondheidszorg en economie.”
Het riante inkomen van startende fysici
“Schreeuwend tekort aan natuurkundigen”, dit moet zich wel vertalen in fikse salaris-claims.
Ook daar biedt het ROA-rapport duidelijkheid over, U moet wel goed kijken, het betreft de tabel: “De tien laagste inkomens onder pas afgestudeerden”. Natuurkunde staat op 2 na op de laagste plaats. Met gemiddeld € 1686,– bruto moeten de helden van de kenniseconomie het mee doen, hadden ze anders maar een vak moeten leren. Laten ze blij zijn dat ze met high-tech mogen spelen. We moeten dit bedrag nog even corrigeren: een aantal afgestudeerden zoekt hun toevlucht naar lucratieve banen buiten de natuurkunde, die trekken het gemiddelde omhoog. Zoals uit de tabel blijkt, met geschiedenis, kunstgeschiedenis, archeologie, cultuurstudies etc. verdient men meer.
Waarom dit lage salaris ? Laat ik eens vanuit mijn ervaring spreken. Onze managers (meestal niet-bèta’s en niet bepaald een aanwinst) zitten dichter bij de directeur, dus dichter bij het geld. Wij zijn maar een kostenpost. Wij doen ons werk toch wel want we houden van ons vak (proeft U een verband met docenten ?).
Slecht betaalde tijdelijke banen worden door ons gezien als een opstap naar betere banen. Toch in de praktijk is het vaak ‘end of the road’.
Zin in een zwaar onderbetaalde 50 uur/week a.i.o. baan ? Of een stressige part-time nauwelijks betaalde vervangingsbaan als natuurkundedocent ? Of een minimumloon werkervaringsbaan zonder uitzicht op vast bij Philips Medical Systems ? Of toch maar iets buiten de natuurkunde ?
Landelijk post-doc platform
Lees *hier*: “……wetenschappelijk onderzoek in Nederland in toenemende mate draait op wegwerp-, klapstoel- en vliegtuigstoelonderzoekers die worden geconfronteerd met veel slechtere belonings-, arbeidsvoorwaarden- en carrièreperspectieven dan docerend of administratief personeel, of dan posities elders bij de overheid en het bedrijfsleven.”
Salarissen technici wijzen niet op tekort (mei 2007), *hier*
“De carrièreperspectieven voor hbo-technici zijn ‘erg gunstig’, stellen het Platform Bèta Techniek en ingenieursvereniging KIVI NIRIA.
Maar uit het bijbehorende onderzoek blijkt dat het hogere salaris voor rekening komt van hbo-technici die zijn doorgestroomd naar niet zuiver technische banen, ‘zoals managementfuncties’.
In schril contrast hiermee staan de startsalarissen van academische bètatechnici. Die zijn wat lager dan gemiddeld, zelfs als je promovendi buiten beschouwing laat. ‘Met name bètatechnici die niet doorstromen naar managementfuncties hebben relatief lage lonen’, zeggen de loopbaanonderzoekers van het ROA. Bosgraaf heeft wel een verklaring voor die lagere salarissen. ‘De arbeidsmarkt voor technici is mondiaal. Als ze hier te duur zijn, komen ze wel uit het buitenland. Bovendien mogen de producten ook niet te prijzig worden. Je kunt zeggen: dat noemen we wereldwijde arbeidsdeling.
Afgestuurde natuurwetenschappers verdienen vijf jaar na de bul slechts 2652 euro bruto per maand”
En *hier* (mei 2007) staat:
Kraaijeveld (oud-voorzitter van de ondernemersorganisatie FME): “Correct is het beeld dat academische bèta’s gemiddeld minder verdienen dan economen, juristen en zelfs socio- en psychologen.”
*ROA*: Een technisch specialist moet niet vreemd opkijken, als hij na een jaar of vijf bedankt wordt voor bewezen diensten en vervangen wordt door iemand die op het meest recente technische kunstje inzetbaar is. Mogelijkheden tot scholing en carrière zijn er vaak niet, ook niet in de onderzoekswereld.
Een wetenschappelijke carrière
We horen het steeds weer: a.i.o.-plaatsen worden opgevuld door buitenlanders, omdat hier geen mensen te krijgen zijn. Hoe het Nederlanderse a.i.o.-ers en Postdoc’s vergaat lezen we in Intermediair, Wegwerpwetenschappers:
“Mensen worden warm gemaakt voor een promotieplek. Niemand vertelt erbij dat er over tien jaar nog maar een enkeling in de wetenschap werkt.’ “
“Een chemicus woont in Londen met vrouw en jonge kinderen op een klein flatje ergens achteraf”.
“Na een opeenstapeling van contracten voor twee of drie jaar grijpt uiteindelijk zeventig procent naast een vaste aanstelling.”
“Postdocs kunnen geen carrière maken of wat van hun privéleven maken. Na een baan van drie jaar vol goede moed met je gezin naar de andere kant van Europa verhuizen. Met het risico dat je straks alsnog aan de kant staat.”
“Tweederde van de postdocs verlaat na twee of drie tijdelijke contracten de wetenschap. Verwacht als uitgerangeerde onderzoeker geen glanscarrière meer bij een grote werkgever als Shell.”
Ronald Plasterk (bioloog): “In de exacte wetenschappen zijn jonge mensen (de echte knappe koppen, de besten van hun jaar; alles met hoge cijfers gedaan: school, studie, promotie) tot ver in hun dertigste niet zeker van een vaste baan”.
Vincent Icke (sterrenkundige): “Ik zwierf na mijn promotie als een zigeuner twaalf jaar rond van postdoc naar postdoc. Zo’n leven beveel je niemand aan. Jonge mensen beginnen al met een studieschuld en op het ogenblik dat ze toe zijn aan een stabiele situatie, lopen ze op drijfzand”.
Why be a scientist if you can be his boss ?
Studieadvies
Mocht men een bèta/tech-studie overwegen, hou er dan rekening mee dat:
het vinden van een aansluitende baan is vaak moeilijk/onmogelijk en heel sterk conjunctuur-gevoelig
veel banen zijn tijdelijk
veel banen worden slecht betaald
voor veel banen is (slecht betaalde) promotie een eis
men loopt een grotere kans om ontslagen te worden, groter dan bij andere academische beroepen
men is al snel te oud (soms met 35 jaar al): techniek veroudert snel
men moet steeds meer concurreren met ingenieurs uit Oost Europa, China etc.
als ontwikkelaar staat men onder aan de ladder; men heeft vaak te maken met contra-productieve bemoeizucht van managers die het plezier in het ontwikkel-werk kunnen vergallen
Innovatieplatform
Tips voor het innovatieplatform: zorg voor banen; zorg voor een CAO voor beta’s, hard nodig ! Zorg voor betere baanbescherming. Bèta’s moeten mee kunnen profiteren van door hun ontwikkelde octrooien en software.
Kennis en kunde mag niks kosten; dat geldt voor docenten maar dus ook voor beta’s
En ook dit is een van de bedoelingen van de campagnes ‘Kies Exact’ en ‘Je groeit in het onderwijs’: hou het aanbod hoog, dan kunnen de salarissen laag blijven.
Er is en er komt geen tekort aan bèta’s.
De overheid weet dat.
Het bedrijfsleven weet dat.
Hier is sprake van misleiding.
W.H.J. Reiss [8] reageerde op deze reactie.
Als de man het woordje “islamitisch” had weg gelaten in zijn huisregels, had niemand hem wat kunnen maken en toch had alleen zijn “doelgroep” aangesproken geweest. Beetje domme huisarts dus.
De overheid doet niets anders dan de mensen op het verkeerde been zetten. Wij gingen met drie man op examen en de beste leerling was de jongste en deze moest het examen opnieuw doen. Ik vroeg de examens gecorrigeerd op maar, maar daar werd niet over gepraat, wat bij mij in verkeerde aarde viel, na een hele tijd de ene instantie en de andere instantie lastiggevallen te hebben besloten zij vervolgens mij een her tentamen te geven. Deze heren waren bezig geweest elkaar werk te leveren en mij bezig te houden. Ik heb voor die paljassen dan ook geen goed woord over! Trappen moet je en nog eens trappen als je in je gelijk staat en niet je mond houden!
In Indonesie heb ik dit nagevraagd, maar daar komt het binnenkomen in een artsenpraktijk met meer dan vijf kinderen eigenlijk niet voor.
In Turkije heb ik iets dergelijks ook nooit waargenomen.
Deze arts heeft het wel erg slecht getroffen.
Hoe een arts echter kennis van de lokale taal kan eisen is mij niet duidelijk.
Ik spreek ook niet overal de lokale taal als ik een artsenpraktijk betreed.
Het is duidelijk dat een gemis aan talenkennis de communicatiemogelijkheden tussen arts en patient ernstig kan belemmeren.
Ik kwam eens een Turk tegen in een Nederlandse trein die mij verzocht mee te gaan naar het ziekenhuis om aan een arts te verklaren dat hij echt geopereerd wenste te worden.
Hij had geen kans gezien dit zelf aan de arts duidelijk te maken.
Op grond van mijn vertaling besloot de arts toen tot de operatie.
Maar voor wie geen tolk bij de hand heeft kan dit natuurlijk heel vervelend zijn.
Ik wil hier graag pleiten voor het op individuele basis hulp verlenen in dergelijke omstandighden.
Het gaat hier vaak om mensen die uit een uiterst gastvrije en behulpzame cultuur komen , wie de Nederlandse ongastvrijheid en afkeer van allles wat van buiten komt rauw op het dak valt.
Want echt: wij zijn heel ongastvrij.
Hugo van Reijen
@Illuminati is de PvdA en D66 [4]: Een lang betoog. Mijn zienswijze is dat Nederland wordt geregeerd door de werkgevers. Zij bepalen wat er gebeurt. Kamerleden zijn slechts meeluisterende vazallen, hielenlikkers. Lobbyisten vertellen deze zittende niksnutten wat ze moeten doen. Dus: lid worden van zo’n schorum partij en een bruine arm halen. Ik moet er wel bijvertellen, dat je bij hun gebracht dient te worden door een hielenlikker. Liefst een getinte hielenlikker. Succes gewenst !
Comments are closed.