Dit is wel   erg eng. In aanmerking  genomen het hoge percentage personen dat niet aan kunst doet, zal  de subsidie voor het kleine deel van de bevolking dat  wel kunst consumeert,eerder 2000  of 4000  euro per persoon bedragen.

Het opdringen van kunst door middel van  subsidiëring van werk  waarvoor geen door koopkracht gesteunde vraag bestaat en dat  aan de straatstenen niet kwijt te raken valt , is een bedroevende zaak.

Het is bedroevend, omdat  het tegen heug en meug confronteren van het  publiek met kunstgoederen  die niet gewaardeerd worden, niet bevorderlijk is voor de status van kunst in het algemeen.

Wie  door een stad als Amsterdam fietst, wordt onder meer geconfronteerd met  een uit de grond komende roestende schroef en een grote appel gemaakt van plastic.

Zowel  voor kunstminner en niet kunstminner is het wel erg  moeilijk  een verband te leggen tussen deze voorwerpen  en het begrip kunst.

Commentaar zoals  hierboven door mij op papier gezet, leidt  bij anderen vaak tot  de conclusie dat het  commentaar kunstvijandig bedoeld is.

Deze conclusie is onjuist.  De bezwaren  van mijn  zijde en die van anderen   zijn  niet gericht tegen uitingen van kunst, maar tegen het op kosten van de belastingbetaler opdringen van kunstgoederen  waarvoor   geen of onvoldoende door koopkracht gesteunde vraag bestaat.

Een dergelijk beleid is funest voor echte kunst. Het is ook schadelijk voor het behoeftenbevredigingsniveau van de consument die   ten gevolge van de afgeperste  bijdragen moet afzien van de aanschaffing van wel gewaardeerde goederen en diensten.

Het verheerlijken  en  overal  vertonen  van voorwerpen die  beter gebruikt  zouden kunnen worden als   schotten in een kippenhok  of het opvullen van een gat in de straat  werkt zeer demotiverend voor iemand  wel affiniteit bezit   met kunst.

Het subsidiesysteem heeft geleid tot  de productie van  vele duizenden smakeloze  werken die op de vrije markt onverkoopbaar zouden zijn  en die het  niveau van de bestaande kunstvoorraden  sterk naar beneden gebracht heeft.

Subsidie van welke vorm van kunst   dan ook  heeft geen enkele zin en bereikt het tegenovergestelde van hetgeen nagestreefd wordt.

Wanneer  de vraag  naar en het aanbod van kunst  of wat daar voor doorgaat aan de vrije markt   overgelaten wordt , ontstaat   vanzelf een situatie waarin de  aanwezige voorraden  kunstgoederen   in overeenstemming zijn met de door de markt gevraagde hoeveelheden.

In een dergelijke situatie staat het ieder immers vrij, net zoveel   of zo weinig geld aan kunst uit te geven  als hij wil.

Uitsluitend ter vermijding van de  idee  dat  het bovenstaande kunstvijandig  bedoeld is, zij hier vermeld , dat ondergetekende 72   ongesubsidieerde schilderijen  aan de wand heeft hangen   en ook niet vies is van het aanschaffen van beeldhouwwerken en andere kunstgoederen.  Deze aankopen hebben niet plaatsgevonden “ter  ondersteuning van kunstenaars” ,  maar  voor het verkrijgen van behoeftenbevrediging  door de koper  die  de kunst  gebruikt voor decoratieve doeleinden.

De producenten van deze werken hebben  evenmin  ondersteuning nodig als de schoenmaker die schoenen lapt of de  drankverkoper die flesjes Coca Cola distribueert.

Hugo van Reijen

10 REACTIES

  1. De grote kunstenaars (van Rembrandt tot Da Vinci, de architecten van de Sixtijnse kapel tot Michelangelo) werken in opdracht van. Niet op basis van subsidies van de staat maar op basis van hun capaciteit.

    Grote kunstenaars die hun tijd ver vooruit waren, als Van Gogh, moesten inderdaad rondkomen van aalmoezen. Laten we nu niet doen alsof iedereen een Van Gogh is en zielig is en ons geld moet krijgen voor het maken van hun ‘kunstwerken’…

    Ik ben het eens met de schrijver dat het tot een uitholling en een lager niveau leidt. Overigens is dit een Westers verschijnsel…

  2. “Wie door een stad als Amsterdam fietst, wordt onder meer geconfronteerd met een uit de grond komende roestende schroef en een grote appel gemaakt van plastic.”

    Het doel van dergelijke kunst is je de werkelijkheid vanuit een ander perspectief te laten zien.

    Er liggen genoeg echte roestende schroeven en appels in een stad als Amsterdam, maar die zullen op weinig mensen zoveel indruk maken als wanneer je ze zo vergroot dat een mens de maat van een mier aanneemt. Spelen met schaalfactoren en de vervreemding die daaruit voortkomt, is een veelgebruikte truc onder kunstenaars.

    Voor het hoofdkantoor van de Deutsche Bank in Frankfurt am Main staat een sculptuur uit een blok graniet van 5 meter hoog van de Zwitserse architect Max Bill. Het verbeeld een Möbiusband (een oneindig vlak in de ruimte) die Bill in 1986 in opdracht van de Deutsche Bank maakte. De grootte van dit beeld als je er vlak bij staat en het voortdurend veranderende perspectief als je er omheen loopt maakt het zeer indrukwekkend.

    http://www.flickr.com/photos/60612398@N00/287264203/

  3. Tekenen en schilderen is een hobby. Net zoals zingen, piano spelen en kleien.
    Als je er héél erg goed in bent, dan kun je van de hobby je beroep maken. Voor al die anderen blijft het gewoon een leuke hobby, ook al heeft men er een opleiding voor gevolgd. Er is geen enkele noodzaak om dit soort ‘kunstenaars’ te subsidiëren, ze kunnen prima overdag vakkenvullen, en ’s avonds hun hobby beoefenen.

  4. “Deze conclusie is onjuist. De bezwaren van mijn zijde en die van anderen zijn niet gericht tegen uitingen van kunst, maar tegen het op kosten van de belastingbetaler opdringen van kunstgoederen waarvoor geen of onvoldoende door koopkracht gesteunde vraag bestaat.”

    De waarde van kunst wordt niet afgemeten aan koopkracht. Ook hoeft het niets “voor te stellen”, zoals niet-kunstkenners wel eens vinden. Ook maak het niet uit, of je dochter van vijf het kan naschilderen. Straks krijgen we nog een politie, die au Tampert (Jiskefet) kunstenaars gaan opsluiten, die dingen, die je dochter van vijf kan maken, duur verkopen. Sinds een eeuw geldt: l’art pour l’art.

    “Het verheerlijken en overal vertonen van voorwerpen die beter gebruikt zouden kunnen worden als schotten in een kippenhok of het opvullen van een gat in de straat werkt zeer demotiverend voor iemand wel affiniteit bezit met kunst.”

    “Als ik mijn kippenhok schilder, ziet het er beter uit en staat het niet vol met van die zotte mannetjes,” zei Lambik in “Het Spaanse Spook”. Schilders zijn toch maar rare mensen, hè jongen?

    “Uitsluitend ter vermijding van de idee dat het bovenstaande kunstvijandig bedoeld is, zij hier vermeld , dat ondergetekende 72 ongesubsidieerde schilderijen aan de wand heeft hangen en ook niet vies is van het aanschaffen van beeldhouwwerken en andere kunstgoederen.”

    Dat zou nu als ambacht of huisvlijt gezien worden. Ik neem aan, dat je het over realisme hebt.

    “De grote kunstenaars (van Rembrandt tot Da Vinci, de architecten van de Sixtijnse kapel tot Michelangelo) werken in opdracht van.”

    Mozart werkte eerst bij de aartsbisschop en vervolgens bij de keizer. Een vroeg voorbeeld van subsidie. Het voorbeeld van Michelangelo zouden we tegenwoordig ook subsidie kunnen noemen. Ook onze gesubsidieerde kunstenaars moeten opdrachten binnenhalen; het is echt niet zo, dat je bedje gespreid is, omdat je een kunstopleiding gevolgd hebt.

    “Er liggen genoeg echte roestende schroeven en appels in een stad als Amsterdam, maar die zullen op weinig mensen zoveel indruk maken als wanneer je ze zo vergroot dat een mens de maat van een mier aanneemt.”

    De David van Michelangelo zou weinig indruk gemaakt hebben, wanneer het een klein beeldje ergens op een plankje in de hoek van een museum zou zijn. Juist het feit, dat men voor het eerst sinds de Oudheid weer beelden kon maken van dergelijke grootte, maakt indruk. Je gaat je dan verwonderen, hoe het kan, dat de Westerse mensheid vlak na de Oudheid veel vaardigheden is kwijtgeraakt en heeft moeten herontdekken. Dat de toeristenstalletjes dan vol Davids staan, doet dan weinig ter zake of dat men tegenwoordig nog grotere beelden maakt.

    “Er is geen enkele noodzaak om dit soort ‘kunstenaars’ te subsidiëren, ze kunnen prima overdag vakkenvullen, en ‘s avonds hun hobby beoefenen.”

    Een kunstenaar kan niet op de markt gaan staan en daar van het winkelend publiek opdrachten verwerven. dan verwordt hij tot ambachtsman. De meeste opdrachtgevers houden zich bij wat ze al kennen en om 1000 Mariabeelden of Cupido’s te maken heeft een kunstenaar zijn talent niet ontwikkeld.

    Oscar [5] reageerde op deze reactie.
    Kim (niet ingelogd) [6] reageerde op deze reactie.

  5. @Vilseledd [4]: En waarom zou ik die kunstenaar dan moeten betalen via de overheid, waardoor ik zelf geen budget meer over heb om door mij gewaardeerde kunsten aan te schaffen?

    Kunstenaars kunnen zichzelf prima bedruipen, desnoods worden ze dan maar part-time kunstenaar, naast hun baantje als vakkenvuller, barman of vuilnisman.
    Waarom zou dat niet kunnen?

    Full-time leven als kunstenaar, en je laten betalen door mensen die wél bereid zijn te werken is ronduit asociaal.

  6. “En waarom zou ik die kunstenaar dan moeten betalen via de overheid, waardoor ik zelf geen budget meer over heb om door mij gewaardeerde kunsten aan te schaffen?”

    Omdat anders veel kunst niet tot stand komt. Voor de bevolking moet kunst mooi of realistisch zijn en dan vervalt het tot ambacht of huisvlijt. Kunst hoef je niet aan te schaffen, maar kun je ook bezoeken. Je museumkaartje is ook gesubsidieerd, dus wij allen profiteren ervan.

    “Kunstenaars kunnen zichzelf prima bedruipen, desnoods worden ze dan maar part-time kunstenaar, naast hun baantje als vakkenvuller, barman of vuilnisman.”

    Dat soort opmerkingen komen altijd van mensen, die in de verste verte er niet over peinzen vakkenvuller of vuilnisman te worden. Van een hoogleraar, die een of ander fenomeen onderzoekt, dat nog lang niet commercieel te exploiteren is, verwachten we toch ook niet, dat hij parttime-vakkenvuller of -vuilnisman wordt.

    “Full-time leven als kunstenaar, en je laten betalen door mensen die wél bereid zijn te werken is ronduit asociaal.”

    Je maakt steeds een vergelijking met werken, maar kunstenaar zijn is niet vergelijkbaar met gewoon werken. Er zitten uitvreters tussen; zo ken ik er een, die gedurende de hele jaren negentig een kunstopleiding in België bezocht (één avond per week) en de rest van die jaren negentig van de bijstand leefde. Maar ik ken er ook een, die zich daarnaast in de computerwetenschappen bekwaamd heeft en daar een goede baan aan had. Zo zie je het: net gewone mensen.

    “Het voorbeeld van Michelangelo zouden we tegenwoordig ook subsidie kunnen noemen.” Neen, dat zouden we sponsoring noemen tegenwoordig.”

    De paus was indertijd he hoofd van Kerkelijke Staat, dus deze staatssponsoring is wel degelijk subsidie. En je krijgt echt niet voor alles subsidie tegenwoordig.

    Peter de Jong [8] reageerde op deze reactie.
    Kim (niet ingelogd) [9] reageerde op deze reactie.

  7. @Vilseledd [7]:

    “Omdat anders veel kunst niet tot stand komt. Voor de bevolking moet kunst mooi of realistisch zijn”

    Waarom zou je kunst tot stand willen brengen waar geen belangstelling voor is?

    En welke garantie heb je dat er nu niet een heleboel kunst niet tot stand komt waar juist wél belangstelling voor is?

    Of pleit je soms voor een kunstbeleid door deskundige vakgenoten? Elitair (alleen WIJ weten wat goede kunst is) maar met een GOED DOEL (het verheffen van al die stomme proleten) dat de middelen heiligt ?

    “Van een hoogleraar, die een of ander fenomeen onderzoekt, dat nog lang niet commercieel te exploiteren is, verwachten we toch ook niet, dat hij parttime-vakkenvuller of -vuilnisman wordt.”

    Iemand met de capaciteiten van een hoogleraar is prima in staat om hoogwaardig werk te verrichten waarmee hij zichzelf kan bedruipen.

    De doorsnee kunstenaar die het van een uitkering moet hebben is niet bijster intelligent. In dat geval blijft alleen laagwaardig werk over.

    “kunstenaar zijn is niet vergelijkbaar met gewoon werken “

    Werken vormt voor de meeste mensen een belangrijk deel van hun bestaan. Het is dan verstandig als je werk kiest dat je gemotiveerd en met passie kan doen. Het beste is als je werk ook je hobby is. Voor een kunstenaar is het niet anders.

    “je krijgt echt niet voor alles subsidie tegenwoordig”

    Jawel hoor. In PowNews van gister kon je zien dat een oplichter met een zelfverzonnen project 6 ton ontwikkelingshulp subsidie had losgepeuterd en vervolgens een enkele reis naar de Thaise zon had geboekt. 😉

    http://www.powned.tv/uitzendinggemist/maandag.html

  8. @Vilseledd [7]:
    “Omdat anders veel kunst niet tot stand komt.”

    Wat zou daar erg aan zijn? Doordat ik moet werken kan ik geen boek schrijven. Jammer dan. Wat ‘de bevolking’ vervolgens wil hebben komt vanzelf bovendrijven.

    “Je maakt steeds een vergelijking met werken, maar kunstenaar zijn is niet vergelijkbaar met gewoon werken.”
    Het is gewoon leven, net als al die andere mensen. En om te kunnen leven zul je moeten eten, en om dat te doen zul je toch iets nuttigs moeten produceren. Dat kan kunst zijn, maar als anderen die kunst niet willen hebben, dan zal je iets anders (erbij) moeten doen om te kunnen eten. Zo simpel zou het moeten zijn.
    Zo niet, dan ben ik vanaf vandaag ‘filosoof’. Mag ik even vangen?

  9. Het is belangrijk voor de overheid om de kunstenaars aan hun kant te hebben net als de wetenschappers. Daarom moet je hun zakken volstoppen met onverdiend geld. Ze gaan dan vanzelf de overheid goed praten. Bij het onderwijs is dat ook gelukt.
    Kijk maar als ze global warming of biodiversiteit willen pluggen, dan worden ook de Hollywood sterren vooruit geschoven. Kopenhagen was destijds druk bezocht door allerlei glamour/glitter celebrities en nu gaat Harrison Ford de biopdiversiteit prediken en Clooney maakt ook al zijn opwachting. Lindsay Lohan promoot de gevangenis enkelband en de andere filmsterren promoten oorlogen en agenten die tot diep in de nacht zouden werken om seriemoordenaars te vangen.

Comments are closed.