RED: Dit uitstekende artikel (“speech”) van Karel Beckman is nuttig voor iedereen die een inzicht wil hebben over de vele belangrijke actuele zaken die nu in Nederland ieders leven bepalen. Eveneens nuttig voor libertariërs die nu actief zijn voor de LP om deze week de noodzakelijke “ondersteuningsverklaringen” te krijgen.
Deel 1/2 verscheen gisteren.
De economie kan de kunstmatige manipulatie van het geldwezen heel goed missen. We hebben geen Centrale Bank nodig. We hebben geen wetten nodig die het banken mogelijk maakt om geld uit het niets te scheppen. Wat we op dit moment meemaken is niet het failliet van de vrije markt – het is het failliet van het interventionisme. Van het door de Staat gecontroleerde en gemanipuleerde financiële stelsel.
De toekomst is aan vrijheid, niet aan de Staat. (Deel 2/2 )
Door Karel Beckman
3.
Nu zullen sommige mensen tegenwerpen dat we dankzij dit interventionisme ook een hoop krijgen van de Staat. De Staat zorgt toch voor uitkeringen, voor wegen, voor de gezondheidszorg, het onderwijs, enzovoort?
Nou, nee. Daar betaalt u gewoon zelf voor. De Staat kan alleen maar “geven” wat burgers en bedrijven eerst maken. De Staat creëert niet, maar herverdeelt. Zoals de Amerikaanse vrije-markteconoom Henry Hazlitt heeft geschreven: “De moderne verzorgingsstaat is slechts een ingewikkeld systeem waarbij niemand betaalt voor het onderwijs van zijn eigen kinderen, maar iedereen betaalt voor het onderwijs van alle kinderen; waarin niemand zijn eigen ziektekosten betaalt, maar iedereen betaalt voor alle ziektekosten; waarin niemand betaalt voor zijn eigen pensioen, maar iedereen betaalt voor alle pensioenen”, enzovoort.
De 19e eeuwse Franse econoom Bastiat zei het al eerder: “De Staat is de grote illusie waarbij iedereen probeert te leven op kosten van alle anderen.”
Laten we eens kijken naar de zaken die door de Staat worden geregeld in plaats van door de markt. Neem de twee grootste zogenaamde publieke sectoren: onderwijs en gezondheidszorg. Twee door de Staat gecontroleerde, kapot-gereglementeerde, verbureaucratiseerde sectoren.
Gaat het daar goed mee?
Waarom zijn onderwijs en gezondheidszorg eigenlijk sowieso “publieke” sectoren? Waarom zijn het taken van de overheid? Wat zou er mis gaan als we onderwijs en gezondheidszorg uit de handen van de overheid zouden bevrijden? Wat voegt de overheid toe behalve bureaucratie?
Is het u weleens opgevallen dat als het over onderwijs en gezondheidszorg gaat, het altijd gaat over bezuinigingen.
Als het over de supermarkten gaat of over computers, dan wordt er toch ook niet steeds gepraat over bezuinigingen?
Hoe komt dat? Dat komt omdat de kosten van onderwijs en gezondheidszorg voortdurend de pan uit rijzen. En hoe komt dat? Omdat het publieke sectoren zijn!
Marcel Olde Rikkert, hoogleraar geriatrie die zich in dit onderwerp heeft verdiept (en verder overigens niets met het libertarisme te maken heeft), verwoordde het probleem onlangs kernachtig in een ingezonden artikel in NRC Handelsblad. Het zorgstelsel laat zich niet verkleinen, schreef hij, omdat “de zorgaanbieder de unieke mogelijkheid heeft om zijn eigen markt te bepalen”.
Het koekiemonster van de zorg noemt hij dat.
Daarom werken alle bezuinigingen en reorganisaties niet: het monster bepaalt zelf wat “nodig” is om ons aan zorg aan te bieden.
Inmiddels, voegt deze hoogleraar hier aan toe, is het systeem zo groot en complex geworden dat het zich door niemand meer laat aansturen.
Maar dat is niet waar. Er is één kracht die ieder economisch stelsel, hoe complex ook, kan besturen, op een efficiënte en eerlijke manier. Dat is de kracht van vraag en aanbod. Van de vrije markt.
Waarom laten we die niet los op de gezondheidszorg, het onderwijs?
Veel mensen vinden dat dat niet kan, omdat “wij in Nederland nu eenmaal vinden dat iedereen goed onderwijs en goede medische zorg behoort te hebben”. Ongetwijfeld. Iedereen ‘behoort” ook goed voedsel en drinken te hebben en goede kleding. En dat heeft in ons land ook iedereen. Toch hebben we geen ministerie van Voedselvoorziening of van Kledingzaken. Onze Albert Heijnen, Aldi’s, Edah’s en C1000’s voorzien ons op een efficiënte manier tegen redelijke prijzen in onze allerbelangrijkste behoefte, namelijk voedsel, en dat doen zij zonder dat daar enige nota’s, notities, vernieuwingscommissies, tweede fases, knelpuntrapportages, richtlijnen, handreikingen en beleidsinitiatieven aan te pas komen. Waarom zouden scholen en zorginstellingen niet kunnen wat supermarkten wel kunnen?
Maar vallen er dan geen mensen buiten de boot? Dat hangt er maar vanaf hoe je de zaken regelt. Er zijn ook mensen die geen geld hebben om voedsel te kopen. We gaan toch niet de supermarkten nationaliseren omdat er arme mensen zijn in Nederland?
En de kwaliteit? Komt die niet in gevaar? Eerder andersom. Wat zou de kwaliteit zijn van onze supermarkten als die zouden zijn georganiseerd zoals de ziekenhuizen of de scholen?
Waarom zouden leerkrachten en doktoren niet voor kwaliteit kunnen zorgen? Dat zijn de echte specialisten. De scholen en zorginstellingen die het niet goed doen, zullen het domweg niet redden als ze moeten concurreren met goede scholen en zorginstellingen.
Zonder de bemoeizucht van de overheid, zal de kwaliteit van het onderwijs en de gezondheidszorg er op vooruit gaan en zullen wachtlijsten en smerige, overvolle klaslokalen uiteindelijk verdwijnen. Smerige supermarkten met slecht eten, of opticiens met wachttijden van een half jaar, bestaan immers ook niet. Die hebben geen kans in de markt.
En kom alsjeblieft niet aan met het argument van de linkse partijen, dat de problemen in onderwijs en gezondheidszorg het gevolg zijn van de introductie van “marktwerking”. Een markt is alleen een markt als het een echte markt is. Daar is geen sprake van.
Ja, het is waar – zogenaamde verzelfstandiging zonder echte concurrentie, zonder echte verantwoordelijkheid, leidt alleen maar tot grotere puinhopen. Zie de woningbouwcorporaties. Zie het spoor. Dan kun je inderdaad maar beter de boel in handen van de Staat laten. Maar er is een alternatief: echte marktwerking. Echte verzelfstandiging.
4.
De keuze waar we op dit moment voor staan in Nederland, in Europa, in de wereld, is een fundamentele. Het is de keuze tussen markt en staat. Tussen meer overheid en meer vrijheid. Tussen afgedwongen solidariteit en vrijwillige samenwerking. Tussen corruptie en eigen verantwoordelijkheid.
Aan alle kanten wordt u verteld dat de crisis in de samenleving – de verschillende crises – of het nu gaat om de economie, om werkloosheid, om armoede, om slechte zorg, slecht onderwijs, graaigedrag, oorlog en geweld – het gevolg zijn van de vrije markt, het kapitalisme, de vrijheid.
Maar kijk om u heen. Waar is er in de wereld sprake van een vrije economie, of een economie die overwegend vrij is? Is er een economie, een land, een plek op aarde die niet wordt gedomineerd door de staat of door staatsingrijpen? Waar ter wereld overheerst op dit moment individuele vrijheid, zelfbeschikkingsrecht, het recht van individuen om naar eigen inzicht over hun eigendommen te beschikken?
Is er ergens op de wereld géén machtige Staat die de economie en de samenleving controleert?
Is het dan niet voor de hand liggender om te concluderen dat de problemen worden veroorzaakt door de Staat?
Wat betekent dit dan in de praktijk?
Hoe moeten we de problemen van onze tijd te lijf gaan met een abstract idee als de vrije markt?
Ik ga in vogelvlucht langs een paar van de grote problemen waar we voor staan.
De crisis? Kunnen we uit de euro stappen? Stort het systeem dan niet in elkaar?
De harde werkelijkheid is: het systeem is niet meer te redden. Een crisis is niet te vermijden.
Het is een illusie om te denken dat de schulden van de Staten ooit worden afbetaald. Laat staan dat de Staten kunnen voldoen aan de verplichtingen die ze op zich hebben genomen, bijvoorbeeld op het gebied van pensioenen en zorg. In de VS gaat volgens een conservatieve schatting om $ 111.000 miljard aan verplichtingen waarvoor niet is gespaard. Het zou ook nog $ 200.000 miljard kunnen zijn.
Gelooft er iemand dat de VS ooit hun schulden gaan terugbetalen? De Grieken? De Spanjaarden? Toch is dat de illusiepolitiek die nu wordt gevolgd. De schulden worden in stand gehouden, ze worden vooruit geschoven.
Het idee is dat we uit de crisis zullen groeien. Dat we een dusdanige economische groei gaan zien dat daaruit de schulden kunnen worden betaald. Dat is een illusie.
Er zijn twee mogelijkheden. Ten eerste kunnen we alle schulden afschrijven, de Staten en banken die failliet zijn, failliet laten gaan. Voor de schuldenaren heeft dat een heel groot voordeel – ze zijn van hun schuldenlast af. Ja, ze kunnen niet meer aan nieuw geld komen, maar dat is precies de bedoeling. Ze zullen de tering naar de nering moeten zetten. Maar wel met een schone lei. Is dat zo erg?
In dit scenario zullen ook veel banken en financiële instellingen ten onder gaan. Dat zal een enorme chaos veroorzaken. Maar de pijn zal vooral die instellingen zelf treffen. Ook dat is precies de bedoeling. Geen bonussen meer! De mensen die geld op die banken hebben staan, moeten zo goed mogelijk worden geholpen via het depositogarantiestelsel.
Wat is het alternatief? Er is uiteindelijk maar één alternatief: net zoveel geld in het systeem pompen totdat nominaal, op papier, iedereen gered is. Dit proces is nu al aan de gang, maar we weten dat het bij lange na niet genoeg is. Er moet nog veel meer geld in het systeem.
Wat is het gevolg van deze oplossing? Hyperinflatie. De geldontwaarding die nu gestaag plaatsvindt, zal acuut worden: de prijzen zullen de lucht in vliegen. Alles wat u dacht te bezitten, in geldtermen, zal in rook opgaan.
Dit is een veel slechtere optie dan optie één. Hyperinflatie betekent de totale ineenstorting van het financiële stelsel. Dit zal vooral ten koste gaan van alle burgers die niets met het systeem te maken hebben gehad. Alle burgers die op een fatsoenlijke manier voor zichzelf hebben gezorgd. Die hebben gespaard. Wellicht hun bedrijf hebben verkocht waar ze tientallen jaren voor krom hebben gelegen.
De woede zal enorm zijn. We weten allemaal waar de crisis in de jaren twintig in Duitsland toe heeft geleid. Die geschiedenis zal zich herhalen.
Er is nog een andere reden om te kiezen voor de eerste weg, die van de faillissementen. Die zullen pijn doen, maar ook een nieuwe start betekenen. Een krap-geldbeleid en hoge rente leiden ertoe dat geld op de beste manier wordt ingezet. Activiteiten die niet rendabel zijn krijgen geen kans. Zo worden de schaarse middelen in de maatschappij op de meest efficiënte manier gebruikt.
Geldsmijterij daarentegen leidt tot chaos in de economische keuzes. Bepaalde bevoorrechte groepen komen makkelijk aan geld, steken dat in hun zak, of stoppen het in projecten die op korte termijn werkgelegenheid lijken te creëren, maar die niet rendabel blijken te zijn. Nieuwe zeepbellen dus.
De consumptie stimuleren is om die reden ook verkeerd. Onze welvaart is gebaseerd op kapitaalinvesteringen uit het verleden. Investeringen in productiegoederen, die de arbeidsproductiviteit verhogen. Daar moet het geld terecht komen, aan de bovenkant van de economie. Daarom is het zo belangrijk dat de rente de werkelijke schaarste aan kapitaal weerspiegelt.
Hoe dan ook, makkelijke keuzes zijn er niet.
Voor libertariërs is er maar één keuze mogelijk. Stoppen met geld in het systeem te pompen.
Op de langere termijn: stoppen met een door de Staat gemanipuleerd en gecontroleerd geldsysteem.
Dat wat betreft de crisis.
De euro?
Stoppen ermee als die euro betekent dat we mee moeten doen met de bail-outs van landen en banken. Merk op dat landen als Zwitserland en Denemarken het prima redden zonder de euro. Er is geen enkele reden waarom wij dat niet zouden kunnen.
De EU?
Prima als vrijhandelsovereenkomst. Daar moet het bij blijven. Het Europarlement kan worden opgeheven net als de meeste Brusselse instellingen. Ze zijn een Staat bovenop onze eigen Staat. Dubbele ellende dus.
Gezondheidszorg, onderwijs?
Bezuinigingen moeten worden gericht op de overheid. Ministeries als die van Onderwijs en Gezondheidszorg moeten worden opgeheven. Er moet een plan komen voor de werkelijke verzelfstandiging van deze twee sectoren, waarbij in verschillende stappen een overgang plaatsvindt naar een vrije markt.
Dat geldt ook voor ons sociale stelsel, de verzorgingsstaat. Die kun je niet zomaar even afschaffen. Maar er moet wel worden gewerkt aan afschaffing van de verzorgingsstaat. Ook hiervoor moet een gedetailleerd meerjarenplan komen, dat duidelijk maakt waar iedereen aan toe is.
Alle subsidies aan cultuur, ontwikkelingssamenwerking en het bedrijfsleven kunnen per direct worden beëindigd, binnen een jaar. Wie kunst wil uitoefenen, mag zijn gang gaan. Op eigen kosten.
De strijdkrachten moeten defensief worden ingericht. We hebben een leger nodig, we moeten onszelf kunnen verdedigen. Maar we hebben geen strijdkrachten nodig om elders te interveniëren.
Wie vindt dat de Afghanen moeten worden “geholpen”, of de Zambianen of de Eskimo’s, die mag ze gaan helpen. Prima. Wij houden niemand tegen.
Wie dit soort dingen zegt, wordt er al snel van beschuldigd met de rug naar de buitenwereld te staan. Dat is onzin. Laat één ding duidelijk zijn: protectionisme, nationalisme, het sluiten van grenzen, zelfvoorziening – dat zijn recepten van fascistisch rechts, van conservatief rechts. Niet van het libertarisme. Protectionisme is een economische ramp. Die kant moeten we niet op. Openheid, vrije markten, handel, communicatie – dat is wat de vooruitgang drijft. Dat is waar het libertarisme voor staat.
Wat immigratie betreft, wij hebben niets tegen buitenlanders die hier willen werken of studeren. Die kwalificaties meenemen of geld. Die iets te bieden hebben. Die zijn welkom. Echte vluchtelingen ook. Helaas is de harde werkelijkheid dat de grenzen niet kunnen worden afgeschaft. Misschien ooit, in een ideale wereld.
Integratie – dat is iets wat van onderaf moet gebeuren. Door mensen zelf. Niet afgedwongen, door de overheid.
We zijn ook niet voor “law en order” in de zin dat drugsgebruik en dergelijke moeten worden “aangepakt”. Dit noemen wij slachtoffer-loze misdaden. Mensen zijn vrij om drugs te gebruiken. Ze zijn ook vrij om te drinken. Dit soort verboden leiden juist tot criminaliteit en tot een versterking van de georganiseerde misdaad.
We willen ook niet dat de rechten van verdachten worden ingeperkt of dat de Staat meer middelen krijgt om de burgers te bespieden. Wij vinden wel dat misdaad en misdadigers moeten worden aangepakt, dat burgers moeten worden beschermd.
Dit is geen conservatieve agenda. Maar onze agenda is ook niet links. We zijn net zo hard tegen de bemoeizucht van links, de mentaliteit van mensen die menen te weten wat goed is voor een ander. Die hun eigen kliekjes bevoordelen in de kunst, de ontwikkelingshulp, de publieke omroepen en ga zo maar door. Die menen dat ze het recht hebben om ondernemers voor te schrijven hoeveel vrouwen en hoeveel allochtonen ze in dienst moeten hebben. We zijn tegen anti-discriminatiewetgeving.
We hebben niets tegen kunst, of tegen ontwikkelingshulp, of tegen goede televisieprogramma’s. We hebben er wel iets op tegen dat sommigen mensen worden gedwongen te betalen voor de activiteiten van anderen.
Dit is de visie die het libertarisme drijft. Is dit zelfzuchtigheid? Ieder voor zich?
Nee. Het is verantwoordelijkheid nemen in plaats van parasiteren op een ander.
Het is een misverstand om te denken dat vrijheid, de vrije markt, moreel leeg zou zijn en gebaseerd op egoïsme. Luister naar de grootste libertarische econoom die ooit heeft geleefd, een man die zijn hele leven lang pal heeft gestaan voor de vrije markt, voor het kapitalisme: Ludwig von Mises. Wat is volgens deze aarts-kapitalist, de meest pro-kapitalistische econoom onder de economen, de basis van de vrije markt, de vrije samenleving, de beschaving?
Is dat particulier eigendom van de productiemiddelen? Zelfbeschikkingsrecht? Nee. Samenwerking. Samenwerking tussen mensen – vrijwillige, vreedzame samenwerking, op basis van arbeidsverdeling – dat is volgens hem de bron van alle beschaving – het is de bron van alle verbeteringen in de levensomstandigheden van mensen.
En vrijwillige, vreedzame samenwerking – dat is de markt. Dat is de kern van de vrije markt, van het liberale systeem. Dit is geen hyperindividualistisch, atomistisch systeem waarin iedereen voor zichzelf bezig is, geïsoleerd van de anderen. Integendeel, je kunt in de vrije markt niet voor jezelf bezig zijn, asociaal zijn. Niemand is zelfvoorzienend, je bent altijd gericht op anderen, je moet iets maken of aanbieden wat een ander graag wil hebben, anders red je het niet. Je kunt anderen niet dwingen om aan te nemen wat jij te bieden hebt.
Je kunt niemand iets door de strot duwen.
In onze moderne maatschappij kan niemand in zijn eentje de honderdduizenden dingen produceren waarvan zijn leven afhankelijk is. Vrijwel niets wat je hebt of gebruikt produceer je zelf. Je hebt altijd met anderen te maken, die beslissen of ze met jou willen samenwerken, of ze jou of jouw product of dienst nodig hebben.
Dit is geen systeem zonder regels of ordening waarin iedereen kan doen wat hij wil. Integendeel, iedereen draagt de consequenties van wat hij doet. Dit systeem bevordert wel degelijk ethische normen: verantwoordelijkheidsbesef, ijver, zelfstandigheid, sociaal besef.
Parasitair en asociaal gedrag wordt daarentegen afgestraft. Wie geen zin heeft om zich iets van anderen aan te trekken, zal het heel moeilijk hebben in een vrije samenleving.
Uiteraard leidt vrijheid tot concurrentie. Dat is ook de bedoeling. Maar concurrentie is geen oorlog. Het is een strijd om zo goed en efficiënt mogelijk de behoeften van andere mensen, je medemensen, te bevredigen.
In een echt vrije markt is geen plaats voor bedrijven die invloed hebben gekocht via de Staat. Farmaceutische bedrijven die profiteren van door de Staat verleende patenten. Aannemers die contracten krijgen van de Staat. Energiebedrijven die subsidies krijgen. Enzovoort. In een vrije markt hebben bedrijven geen privileges.
In dit systeem is er uiteindelijk maar één de baas: de consument.
Natuurlijk zijn er altijd mensen die het niet redden. Die hulp nodig hebben. Die mensen zullen worden geholpen. Daar zijn we met zijn allen zelf bij. Wat we niet nodig hebben is een machtig Staatsapparaat dat dit allemaal regelt, dat bepaalt wie er hulp dient te krijgen en wie er hulp dient te geven, dat bepaalt hoe we moeten leven, dat zogenaamd voor de burger alles regelt, maar dat in werkelijkheid vooral voor zichzelf doet.
Mensen zijn het alweer bijna vergeten, maar de vorige eeuw was de eeuw van de machtige Staat. Het was de eeuw waarin Socialisme en Fascisme – systemen waarin de Staat en het Collectief werden aanbeden – hoogtij vierden. Het resultaat kennen we: ongekende rampen. Honderden miljoenen mensen vermoord of door honger omgekomen.
We zitten nu in een systeem dat ergens tussen Staat en Vrijheid in zit. Maar we zijn weer heel hard aan het opschuiven richting Staat.
De gevestigde belangen zijn belangen die samenhangen met de macht van de Staat. Die zijn alleen te breken door de macht van de Staat te breken.
Alles wat het waard is om voor te leven – vrede, welvaart, vriendschap, samenwerking, solidariteit – kan alleen worden gebouwd op vrijwilligheid, op vrijheid.
Dat is de keuze waar we voor staan: meer Staat of meer vrijheid.
Het zal duidelijk zijn welke kant wij kiezen.
————————————————–
Karel Beckman (karel.beckman@online.nl) is journalist en mede-auteur, met Frank Karsten, van het vorig jaar verschenen boek De Democratie Voorbij (http://www.dedemocratievoorbij.nl), een libertarische analyse van het democratische systeem.
———————————————————
P.S. Dit is een artikel dat bijzonder geschikt is om aan zoveel mogelijk van uw relaties door te sturen!
Goed verhaal dat eeniedere vooral oudere ‘zelfstandige’ of manager begrijpt en weet te waarderen. Welke partij gaat dit verhaal aan de arbeiders verkopen en de parasieten; deze hebben veeeeel meer stemmen dan wij !
Daar begon de ellende; eenieder zijn mening gelijk te stellen; te laat om dat terug te schroeven.
Wonende in de 3e wereld sinds 25+ jaren heb ik geleerd dat een autocratisch geleid land (in de beschaafde wereld dictatuur genoemd) vaak beter werkt dan een democratie……
Leuk propagandapraatje voor de vrije markt, een markt die zelfcorrigerend is. In de praktijk is die zelfcorrectie een wal die het stuurloze schip van de vrije markt keert, en dat gaat meestal niet zachtzinnig. Er wordt gezegd dat de crisis waar we nu in zitten het gevolg is van teveel interventie. Onzin! Zo corrigeert de vrije markt zichzelf. Tot op het laatste moment zullen belanghebbenden proberen om er een slaatje uit te slaan en vlak voordat de onzachte confrontatie met de wal komt proberen ze zich uit de voeten te maken om zo te voorkomen dat zijzelf schade lijden.
Dit is de reden dat een volstrekt vrije markt altijd tot rampen zal leiden omdat de correcties altijd beginnen zodra het mis gaat. Wanneer weet men of een een medisch specialist goed is? Pas als er een paar van zijn patienten (clienten heet dat tegenwoordig) het loodje hebben gelegd. Hetzelfde geldt voor de voedselindustrie. Wie controleert de kwaliteit? Als de consument dat zelf moet doen wordt de producent (van b.v.een sausje met giftige afgewerkte olie) pas op het matje geroepen als de eerste doden zijn gevallen.
Denk nu niet dat ik zo blij ben met een door-geburocratiseerde samenleving. Maar ik moet er niet aan denken dat ik continu op mijn hoede moet zijn voor vrije jongens die aan mij willen verdienen. Het idee dat er een samenleving zou kunnen ontstaan waar iedereen het als zijn “plicht” ziet elkaars “rechten” te respecteren is een wel zeer naieve illusie. Nog elke dag worden er barbaren geboren en groeien onder barbaarse omstandigheden op.
Ook ik zie mijn vrijheid als een groot goed en kan er niet genoeg van hebben, maar er zijn nog 6.999.999.999 mensen op deze wereld die die wens hebben.
Vooralsnog zou een sterke-rechtvaardige-eerlijke-wijze overheid het beste zijn. Maar zoiets verwachten is net zo naief als de zegeningen van een vrije markt.
Ik zie met spanning uit naar 13 september, hopend dat dat het einde wordt van het misdadige neo-liberale tijdperk.
Het libertarisme heeft een aantal prettige eigenschappen zoals vrijheid, tolerantie en afwezigheid van agressieve expansie.
Maar als systeem is het mi net zo extreem als het communisme.
Het is duidelijk dat sommige zaken in de huidige maatschappij zijn doorgeschoten maar om daarom het gehele systeem omver te keren lijkt mij het andere uiterste.
Kijk, bakkers kunnen vrijelijk concurreren want de één zit de ander niet in de weg. Bij een metronetwerk ligt dat anders, niemand zal investeren in een parallel netwerk onder de stad. Dus kan zo’n dienst maar het beste door de overheid gerund worden. En dat geldt mi voor meer nutsbedrijven.
Maar veel zaken kunnen beter geprivatiseerd worden waarbij moet worden bedacht dat particuliere maatschappijen investeren waar winst wordt verwacht. Dus zal weinig investering plaatsvinden in wijken die in aanleg arm zijn. Niet bevorderlijk dus voor de gelijke kansen die we elke wereldburger gunnen. Ook is voor succesvolle privatisering nodig dat de burger de producten kan beoordelen en dat er concurrentie is, dwz er moeten ondernemers zijn. Zo’n omslag kost enige tijd.
In een libertaire maatschappij zullen enorme inkomensverschillen ontstaan. Globalisering kan veel opleveren voor wie unieke producten ontwerpt, maar de klappen komen neer bij de laagstbetaalden of de landen die slechts grondstoffen leveren.
Selectief protectionisme lijkt mij hier en daar dan niet zo slecht.
Comments are closed.