Op PowNed is een leuk artikel te lezen dat alweer enige tijd geleden werd geplaatst. Discriminatie in de horeca is een groot probleem. Het artikel rept specifiek over discriminatie van allochtonen.
Ondernemers zijn maar rare mensen toch? Welke ondernemer wijst nou een klant de deur? Zonder klanten kan hij tenslotte niets verdienen en dat is juist de reden dat hij is begonnen met ondernemen. Een bakker die alleen aan gehandicapten of homosexuelen verkoopt zal zijn brood noch verkopen noch verdienen. Hij zal natuurlijk wel mensen weigeren waarvan hij denkt dat ze rotzooi gaan trappen, want dat is slecht voor de zaken. Nu is dit bij bakkers minder relevant dan bij horeca-gelegenheden waar alleen de alcohol al voor een verhitte sfeer kan zorgen.
Voor ons libertariers is het heel simpel: een kwestie van mijn en dijn. De eigenaar van bijvoorbeeld een disco of café mag zelf bepalen wie hij binnenlaat, net als wanneer hij in zijn eigen huis een feest geeft. Hij mag natuurlijk ook zelf bepalen op grond waarvan hij iemand weigert en als hij als reden opgeeft dat 1 april in dat jaar op een zaterdag valt en dat dat ongeluk brengt, dan is dat zijn goed recht. Het zou belachelijk zijn, maar het is nou eenmaal zijn tent en daar is hij zelf de baas.
Net als de rest van de antidiscriminatiewetgeving kan het voorgestelde ‘beleid’ tot dolkomische situaties leiden. Een homocafé dat verplicht hetero’s moet toelaten bijvoorbeeld. Een verbod op ‘lady’s nights’ is ligt natuurlijk ook voor de hand. Zelfs korting geven aan vrouwelijke bezoekers om zo meer mannen te lokken kan dan niet meer. Een speciale avond voor bejaarden om gezellig te bridgen of te bingoen is natuurlijk leeftijdsdiscriminatie. Een keurige chique tent voor voormalige corpsballen moet ineens bikers gaan toelaten want een verbod op bepaalde kleding kan natuurlijk als drogreden dienen om allochtonen te weren.
De reacties van – op GeenStijl ‘reaguurders’ geheten – burgers op welk artikel dan ook over het deurbeleid van horecagelegenheden hebben steevast een stevige rode draad: beveiligers weten wel wie er rotzooi gaan trappen of welke groepen je beter niet binnen kunt laten. Dit treft niet alleen allochtonen maar bijvoorbeeld ook voetbalsupporters of andere figuren die te duidelijk als ‘groep’ af te bakenen zijn. Kliekvorming en masculiniteit zijn een explosieve combinatie, zeker met een forse dosis alcohol.
Het zou veel beter zijn om lijsten bij te houden van figuren die daadwerkelijk de keet kort en klein slaan. Horecaondernemers kunnen die lijsten bijhouden en laten circuleren zodat iemand die in de ene tent ruzie zoekt in de andere tent geweigerd kan worden. Dat heeft als voordeel dat bezoekers die geen kwaad in de zin hebben gewoon binnenkomen. Tenslotte zal geen enkele ondernemer graag klanten weigeren want klanten want die brengen geld op. De ondernemer kan zo een betere selectie maken dan puur op de uitstraling die iemand heeft, want daar kan zelfs de meest ervaren portier zich natuurlijk in vergissen.
Ik ben echter bang dat de overheid zoiets onmogelijk gaat maken met een beroep op de privacy. Dan rest portiers slechts de arbitraire keus aan de deur te maken en zelfs dat wordt hem dan onmogelijk gemaakt door de antidiscriminatiewetgeving. En wie draait er op voor de imagoschade als er veel ruzie in een tent is? De meest logische oplossing is dan zelfs om de tent maar gewoon te sluiten! Een ondernemer komt zo tussen de wal en het schip.
Laat het de ondernemers zelf maar regelen en het uitgaansgeweld binnen horecagelegenheden zal zo laag mogelijk worden. De straat is tenslotte van de politie in Nederland…
Als horeca ondernemer mocht je de toegang niet verbieden aan allochtonen! Als horeca onndernemer schat je in, gezien jouw vaste bezoekers, dat dit herrie zal geven en laat je ze niet binnen. Een verstandig besluit gezien je een gezellige sfeer in je bedrijf wilt houden, en ik vind dat ik als ondernemer dat recht heb en zelf mag bepalen wie ik binnen laat. Stikkie rokers had ik de pest aan en konden ook mijn deur voorbijgaan. Uitzonderingen daar gelaten uiteraard , maar dat bepaal ik wel!!
Een vriend van mij heeft jaren onder het juk van de Sovjet Unie geleefd. Op mijn vraag hoe hij kon overleven in zo’n gereguleerde omgeving zei hij me eens dat er vrijwel altijd conflicterende regels zijn. In dit geval biedt wellicht het volgende soelaas: weiger wie je wil – op last van de brandweer mag het niet te vol zijn 😉
“Voor ons libertariers is het heel simpel: een kwestie van mijn en dijn. De eigenaar van bijvoorbeeld een disco of café mag zelf bepalen wie hij binnenlaat, net als wanneer hij in zijn eigen huis een feest geeft.”
Jullie kunnen dat wel keer op keer proberen, maar jullie kennen het antwoord, dus het blijft een herhaling van zetten. Je hebt strikt-private ruimte, waarbinnen je mag uitnodigen, wie je wil, dus als je geen homo’s wil, dan hoef je die niet toe te laten. Ook kennen we de openbare overheidsgebouwen, daar is iedereen toegelaten. Tenslotte kennen we iets ertussen in, voor het publiek toegankelijke ruimten, die in particuliere handen zijn, maar wek anti-discriminatiewetgeving geldt.
Richard [4] reageerde op deze reactie.
Burnitall [5] reageerde op deze reactie.
@Vilseledd [3]: Strikt genomen is die tussenweg er niet. De overheid heeft echter bepaald dat zo’n tussenweg er moest zijn en heeft dat bewerkstelligd door inbreuk te maken op privaat eigendom. Daarmee zegt de overheid feitelijk dat zij de eigenaar is van dat private eigendom. Het is immers de eigenaar die het laatste woord heeft mbt zijn eigendommen. Of denk je dat private eigenaren massaal vrijwillig hun eigendom volledig publiek toegankelijk maken door een deel van de zeggenschap over hun eigendom op te geven aan de overheid?
De overheid is strikt genomen de eigenaar van alles binnen haar territorium. Ze heeft immers het laatste woord in hoeverre de mensen gebruik mogen maken van hun ‘eigendommen’ en in hoeverre zij de vruchten daarvan mogen plukken. De overheid past desnoods de wetgeving aan om meer zeggenschap te verkrijgen als zij dat om wat voor reden wenst of om meer van de winst af te romen. Ben je het daar niet mee eens dan stap je naar de rechter (die in dienst is van diezelfde overheid) die vervolgens ‘recht’ zal spreken volgens de wetten van diezelfde overheid. Wetspraak ipv rechtspraak dus.
@Vilseledd [3]: Je geeft het zelf al aan.. Het probleem ligt bij de ant-discriminatiewet. Een van de vele wetten die zich zelf in de weg zit.
Nee zoiets bestaat al, hier in twente werkt men met een horecaverbond met een soort kaartensysteem waarbij als men een rode kaart krijgt men er bij alle aangesloten horecabedrijven automatisch een verbod krijgt en er een foto van je gecirculeerd word bij alle aangesloten bedrijven zodat het personeel je kan signaleren. Werkt prima.
Dit is gewoon weer een kwestie waarin het prachtige gelijkheidsbeginsel vaak misbruikt word voor eigen gewin en men zich maar wat vaak achter het woord “discriminatie” verschuilt.
Comments are closed.