Deze week verscheen op de EU Observer een aantal artikelen, waaronder ook een bericht over de grondwet met daarbij een specifiek Nederlandse dilemma. Minister Atzo Nicolaï vertelde hierbij dat Nederland in een hoek zou worden gedrukt bij de overeenstemming van deze grondwet.
Nederland heeft twee doelen met betrekking tot de onderhandelingen over de Europese grondwet. Eén daarvan was het vasthouden aan het veto voor de EU-begroting. De tweede voorwaarde was de machtsuitbreiding van het Europees Gerechtshof inzake de naleving van het Euro-Stabiliteitspact.
Nadat er een compromis zou worden gesloten tussen de grote landen zoals Duitsland, Frankrijk, Spanje en Polen is de angst van Nicolaï dat Nederland verder buiten spel zou worden gezet en het pleit zou verliezen over de eerdergenoemde voorwaarden.
Wat zowel Nikolaï als het Nederlandse parlement en regering maar niet willen beseffen is dat Nederland en andere kleinere EU-staten altijd aan het kortste eind zullen trekken. In principe wordt de Europese Unie door Frankrijk en Duitsland geregeerd, al dan niet met de medewerking van de andere grotere landen.
Nederland en andere kleine landen worden continu, willens en wetens, in hoeken gemanoevreerd, waar het moeilijk onderhandelen is. Langzaam maar zeker vloeit de macht en de soevereiniteit richting Brussel, dus de facto naar Berlijn en Parijs. Wanneer deze stille soeveriniteitsoverdracht is geschied, dan zijn de Nederlanders evenals andere kleinere staten veroordeeld om te delen in de lasten, maar niet de lusten. Daar zorgen het Europarlement en de ongekozen commissarissen wel voor via ‘bindende’ wetgeving. Hun mandaat verkrijgt men door middel van manipulatie van de massademocratie, waarin steeds minder mensen stemmen; de laatste Euro-verkiezingen vielen lager uit dan 50% en men verwacht dit keer een nog lagere opkomst.
En dit alles wetende dat er een uitstekend alternatief bestaan in de vorm van een EVA (Europese Vrijhandelsassociatie), die geen centralistisch parlement kent, maar wel een absolute vrijhandel tussen de staten onderling. Verder is EVA lid van de Europese Economische Ruimte (EER), waarin ook de EU zitting heeft. Deze EER is een overeenkomst tussen beide partijen om de vrije handel te bevorderen.
Dus pleit ik er voor om het EU-verdrag op te zeggen en het lidmaatschap aanvragen van de Europese Vrijhandelsassociatie.
Albert Spits is financieel analist en bestuurslid van de Frédéric Bastiat Stichting