De manie van de persoonlijke voornaamwoorden heeft Amerika overgenomen. Zoveel dat mijn kleinkinderen me vertellen dat het eerste wat ze aan het begin van een nieuw schooljaar doen is hun persoonlijke voornaamwoorden noemen. Zoiets overkwam mij ook toen ik me aanmeldde voor een schrijversconferentie. Ik kon het niet geloven dat een professionele organisatie verwachtte dat ik rondliep met een naamplaatje waarop stond dat ik een ‘zij’ was.
Margaret Brownley
Al denken sommigen dat deze ware obsessie met persoonlijke voornaamwoorden voortkomt uit de beste bedoelingen, het is veel gedoe over niets. Ik kan gewoon heel lang met iemand praten zonder ook maar één ander voornaamwoord dan ‘jij’ te gebruiken.
Toch leggen mensenrecht-campagnes zoveel nadruk op deze zaak dat ze ons intussen al adviseren om onszelf met onze naam én voornaamwoord voor te stellen. Websites vragen ons hoe we ons ‘zouden voelen’ als een collega, familielid of vriend ons steeds weer bij het verkeerde voornaamwoord zou noemen. Alle tijd en moeite die aan deze voornaamwoorden-hype wordt besteed, is zogenaamd voor inclusie, maar evolutiebioloog Colin Wright is het daar niet mee eens. In zijn artikel “When Asked ‘What Are Your Pronouns,’ Don’t Answer” schrijft hij dat voornaamwoorden dienen als goedkeuring van de genderideologie. Wat dat betekent is dat degenen onder ons die weten dat iemands geslacht vastligt bij de geboorte, gedwongen worden om iets te accepteren en zelfs te onderschrijven waar ze totaal niet in geloven. Het lijkt erop dat hoe meer we deze gekte accepteren, hoe meer gekte we los laten.
Een familielid heeft een collega die elke ochtend op het werk met miauw begroet wil worden. Er zijn minstens 14 subculturen met mensen die zich identificeren als dieren en elfen.
Hoe lang duurt het nog voordat we onszelf niet alleen met voornaamwoorden, maar ook met diersoorten moeten voorstellen?
En wanneer wordt deze obsessie met voornaamwoorden voor ons allemaal verplicht? Waarom maken de mensen die deze agenda pushen zich geen zorgen over de persoon die niet klaar is om naar buiten te komen, of die door een periode van onzekerheid gaat? Zou het noemen van voornaamwoorden ervoor zorgen dat iemand zich dan meer opgenomen voelt, of draagt het alleen maar bij aan nog meer stress? Net zoals niemand van ons gedwongen zou moeten worden om dát te accepteren wat we niet geloven.
Voornaamwoorden zijn niet de enige woorden die worden aangevallen. Medewerkers hebben in naam van inclusie al te horen gekregen dat ze hun klanten niet meer mogen aanspreken met meneer of mevrouw. De hemel sta ons bij als we per ongeluk zouden zeggen: dames en heren. Waarom moeten we beleefdheid uit het raam gooien om slechts enkelen te plezieren? Zelfs de woorden moeder en vader liggen al onder vuur. De regering-Biden verving het woord moeder voor ‘bevallende ouder’. De lerarenvakbond overwoog een soortgelijke aanpassing. Gelukkig ging dat voorstel niet door, maar alleen al het feit dat een organisatie die leraren vertegenwoordigt zoiets overweegt, is zorgelijk. Verwijzen naar moeders door hun voortplantingsvermogen (‘bevallende ouder’) is het hen ontmenselijken en een belediging voor elke vrouw die haar leven heeft gewijd aan het verzorgen van een kind. Het woord Mama of iets dergelijks is het eerste woord uit zowat elke menselijke mond, wat iets zegt over de sterke emotionele band tussen moeder en kind. Vrouwen hebben lang en hard moeten vechten om bepaalde rechten te krijgen. Nu lijkt het erop dat we zelfs zullen moeten vechten voor het recht om moeder genoemd te worden.
Maar moeders zijn niet de enigen die worden aangevallen. Het Huis van Afgevaardigden heeft alle taal afgeschaft die niet alle genderidentiteiten ‘eert’. Daartoe verboden ze woorden als vader, moeder, zus, broer, zoon, dochter. Waarom niet een stap verder gaan en ook de niet-inclusieve woorden als lesbisch en trans wissen? En hoe inclusief is de term LGBTQ? In het zogenaamde streven naar inclusie moeten werknemers en studenten in het hele land nu sensitivity-trainingen volgen. Er wordt ons verteld dat dit gericht is op het opbouwen van een cultuur van waardigheid, respect en tolerantie. Dat klinkt geweldig, maar blijkbaar werkt die ‘gevoeligheid’ maar één kant op. Zeker de deelnemers aan een recente Pride dachten totaal niet aan gevoeligheid of respect toen ze naakt seksuele gebaren maakten in het bijzijn van jonge kinderen.
Ik neem ook ‘aanstoot’ als mij mijn voornaamwoord wordt gevraagd. Ik identificeer me niet als vrouw, ik bén een vrouw, net zoals ik moeder bén. Dat is de realiteit.
Mijn voornaamwoord vragen is suggereren dat dat anders is. Alleen omdat een man zich ‘identificeert’ als een vrouw (of omgekeerd), maakt nog niet dat dat zo ís. Mannelijke gevangenen in bepaalde staten hoeven alleen maar te verklaren dat ze vrouw ‘zijn’ om in een vrouwengevangenis te komen – geen geslachtsveranderingsoperatie vereist. Het is niet vreemd dat dit ertoe heeft geleid dat vrouwelijke gevangenen zijn verkracht of zwanger geraakt. Laten we mensen respecteren, ongeacht hun identiteit, maar niet ten koste van het veranderen van onze straten in freakshows, onze gevangenissen in orgieën en onze taal in betekenisloze en in sommige gevallen beledigende woorden.
Wat betreft voornaamwoorden, als je de behoefte voelt om me de jouwe te vertellen moet je dat vooral doen. Ik kan jóuw voorkeuren voor voornaamwoorden wél respecteren, doe jij dat dan ook bij mijn voorkeuren of blijf je me beledigen?
De psychiatrische instellingen zitten vol met mensen die denken, dat ze Napoleon zijn. Moeten we al die mensen tegemoet komen en ‘inclusief’ behandelen? Als je dat zelf wil, prima, maar niet als algemene regel.
Jordan Peterson was een van de eersten die hier jaren terug mee te maken kreeg. Hij heeft zich er fel tegen verzet, omdat hij het een inbreuk vond op zijn vrijheid van meningsuiting.
Voor een beschaafde interactie tussen mensen hou je uiteraard rekening met elkaar en volg je algemeen aanvaardde omgangsvormen. Die zijn zowel biologisch als cultureel bepaald. Ze kunnen per subgroep afwijken. Leden van motorclubs gaan anders met elkaar om dan bankiers. Maar het is niet gebruikelijk om omgangsvormen bij wet verplicht te stellen. Deze wettelijke verplichting was het voornaamste bezwaar van Peterson.
Je hebt het recht om op jouw manier met anderen om te gaan. Of juist niet met een ander om te gaan en die persoon zelfs te boycotten als je er niets mee te maken wil hebben. De reacties die je terug krijgt bepalen dan vanzelf wel wat voor beide partijen het beste werkt. Zo werkt dit al eeuwen. De overheid hoeft zich daar niet mee te bemoeien.
Valt zo’n aandoening niet onder last hebben van psychoses?
Dan maakt iemand zich ook complete waanvoorstelling eigen en gaat daar dan in geloven als zijnde een waarheid.
Dacht dat ze daar behoorlijk goed werkende pilletjes voor hadden.
https://www.gezondheidsplein.nl/aandoeningen/dissociatieve-identiteitsstoornis/item119292
Absoluut! De meeste mensen zijn juist voor een exclusieve samenleving. Grijze middelmaat is er al genoeg en er zijn zat mensen die je graag buitensluit. Dat slot op je deur zit er niet voor niets. Je wil niet jan-en-alleman in je huis hebben rondlopen.
Een collega die begroet wil worden met miauw kan je nog grappig vinden voor een enkele keer.
Zolang die collega maar geen kopjes met spin geluidjes begint te geven of krols voor je over de grond gaat liggen te rollebollen.
Zo dadelijk gaat zo’n collega ook nog vragen om een eigen kattenbak in de toiletruimte.
ik stel me altijd voor als “heidene” Mohammed, gespreksstof voor de hele dag.
Jezelf ook nog voorstellen als “zij” de “heidene” Mohammed gaat me net een stapje te ver, voor andere zelfs nikkes-nakkes-nada-je-koppie-eraf
haha idd het begint op te vallen dat de meeste buiten het gesticht rondlopen, een azc is er niks bij!
Het artikel geeft commentaar op het feit dat mensen zich op een bepaalde manier willen identificeren. Als dit puur een dingetje was tussen mensen zelf, heb ik er helemaal geen probleem mee.
Maar, het is de Staat die hier het echte probleem is. Onderwijs is een staatsproduct of dienstverlening. De Staat bepaalt hoe, waar, wanneer, wat en welk onderwijs wordt verstrekt aan de kindertjes. De ouders denken dat via verkiezingen het onderwijsapparaat kan beïnvloeden.
Tevens is het belangrijk om te weten dat de staat het wetsmonopolie tot haar beschikking heeft en het geweldsmonopolie, oftewel handhavingswetten.
Over de uitvoeringsorganisaties van onderwijswetten hebben de ouders al helemaal niets te vertellen, dat doen de staatsorganisaties.
Kijk maar naar de geldstromen. De ouders betalen de scholen helemaal niet, de Staat financiert de opleidingen. De ouders betalen op hun beurt belastingen aan de Staat. Er is dus geen causaal verband tussen m.b.t. prijs/kwaliteit van onderwijs.
Geen enkele politieke partij zal onderwijs willen privatiseren. De politiek kan nu de hoofdjes van de jonge generatie beïnvloeden, dat zullen zij nooit loslaten.
Het is onderwijs en opvoeding wat de Staat aan de macht houdt. Links, midden en rechts weten dat. De Staat is een machtsinstelling. De miserabele toestand zoals in het artikel staat, is een gevolg en geen oorzaak. Zolang je de oorzaak niet wegneemt, blijft het gevolg in stand, en het wordt alleen maar erger.
Eén van de punten uit het Communistisch Manifest van 1848 is verplicht staatsonderwijs voor alle kinderen. De communistische indoctrinatie kon dan al vroeg beginnen. In NL hebben we een opmerkelijke uitweg via het bijzonder en het particulier onderwijs.
Tot nu toe hebben daar vooral religieuze scholen en business opleidingen gebruik van gemaakt, maar in principe kan daar ook een tegenbeweging voor het biased staatsonderwijs onder vallen. De nieuwe Renaissance scholen die FVD aan het oprichten is, zijn daarvan een voorbeeld. Nu vindt iedereen dit een aandoenlijk initiatief, maar als ze erg succesvol worden en het reguliere onderwijs beconcurreren, dan zal de onderwijsinspectie ongetwijfeld een reden vinden om ze weer te sluiten.
“Waarom mijn kind op de ‘Renaissanceschool’ zit”
https://www.1almere.nl/2022/09/13/waarom-mijn-kind-op-de-renaissanceschool-zit/
Ik ben het eens met Karel2
Ik heb ook niets tegen they/them voornaamwoorden, als mensen dat voor zichzelf prettig vinden
Maar, ze dringen deze subcultuur nu ook aan je kinderen op.
Ze vertellen jonge kinderen nu ook, dat ze van geslacht kunnen veranderen etc. Dat leren ze dan op school. De school komt dan veel te dichtbij. De school gaat in je privé/gezinsleven wroeten
Ik ben wel blij dat ik geen kinderen heb, want ik zou ze echt niet willen uitbesteden aan het waardeloze Nederlandse onderwijssysteem. Ik vertrouw die ‘scholen’ echt voor geen meter.
Het is onderwijs en opvoeding wat de Staat aan de macht houdt
https://en.wikipedia.org/wiki/Francisco_Ferrer
Over onderwijs en educatie en hoe de staat op libertair/anarchistisch onderwijs reageert.
Correctie/toevoeging
De link hierboven, gaat over onderwijs en anarchisme, in de vorige eeuw
Denk dat je vroeger nog wel een kans maakte met zo’n aandoening bij een psychiater of psycholoog om er van af geholpen te worden.
Tegenwoordig steunen ze zo iemand in alles en wordt alles ingeschakeld om het nog voor mekaar te krijgen ook.
Ik stel voor dat we even brainstormen over hoe we, indien we dan toch verplicht zouden worden deel te nemen aan deze waanzin, de vinger op de zere plek kunnen legen.
Wat zouden we zoal kunnen kiezen:
– Penis / stijve
– Hetero / mentaal gezonde
– Hoogheid / superieure
– Wijsheid / ontegensprekelijke
– Iemand / andere
– Iedereen / allen
– Gelijkhebber / alwetende
Of misschien ook leuk om erg lange on nagenoeg onuitspreekbare woorden te gebruiken:
Hottentottenlegerkampententententoonstellingscommissievoorzitterskandidaat / wiedergutmachungsschnitzelkookopleidingsinstructeurskandidaat
Of gewoon de ander dwingen om niet politiek correte termen te gebruiken door jezelf als blanke man de voornaamwoorden “neger” en “wijf” aan te meten (al dan niet voorafgegaan door nog wat krachttermen).
Of gewone scheldwoorden: Makaak / coleralijer.
Ook kan je scheldwoorden gebruiken die hetzij op jezelf van toepassing zijn om te illustreren dat het je niks doet (en daarmee te demonstreren wat voor watjes die anderen zijn met hun lichtegraaktheid): de combinatie dikzak / bleekscheet zou bv. om mij van toepassing zijn.
Of je zou dingen kunnen nemen die juist niet op je van toepassing zijn, maar waardoor die woorden wel regelmatig gebruikt worden voor jou ondanks dat ze mogelijk op een of ander watje van toepassing zijn.
Dus ben je zelf slank en zwartharif, kan je toch “dikzak / rossekop” kiezen zodat dat woord regelmatig valt, tot ergernis van iemand die niet die voornaamwoorden koos maar op wie ze wel van toepassing waren.
Of Boerengatter / Franskillion (terwijl je duidelijk stedeling bent en fanatieke flamingant) alleen maar opdat wie je aanspreekt dan gedwongen is die woorden uit te spreken 😉
En wie zegt er trouwens dat het om bestaande woorden moet gaan?
Tenslotte is het quasi onuitspreekbare LGBTQ ook artificieel.
Zijn zulke acroniemen kennlijk OK?
Goed dan kan je kiezen voor PDMEPGWEDMI / GVTRADHLIDLGBTQ
Indien gevraagd waar dat voor staat kan je het toelichten met:
Persoon Die Met Een Penis Geboren Werd En Dus Man Is / Gebruiker Van Te Respecteren Afkorting Die Helaas Langer Is Dan LGBTQ
Maar je hoeft het helemaal niet toe te lichten: tenslotte doen zij dat ook niet. Immers wat betekent Queer? Is dat niet synoniem voor gay? (Ik weet het oprecht niet. Mogelijk sla ik de plank volledig mis.).
Andere leuke combinaties zouden zijn:
RMDR40JOZDHQVVEZNVIMZEODG / SVC-MODHDAVA1VZV
Rationele Man Die Ruim 40 Jaar Opgroeide Zonder Deze Hele Quatsch Van Voornaamwoorden En Zich Nu Vooral Identificeert Met Zijn Ergernis Omtrent Dit Gedoe. / Slachtoffer Van Cultuur-Markxistische Onzin Die Helaas Dit Acroniem Verzon Als 1 Van Zijn Voornaamwoorden.
OMDWIDOHBHN-GERIEDGMWANFE-RETZWHKO / VTBPDWUOMWVOHNPIOB
Ouderwetse Man Die Wij Inclusieven Discrimineren Omdat Hij Blank, Hetero, Niet-Gehandicapt En Rationeel Is En Dus Gecatalogeerd Moet Worden Als Nazi, Fascist, Extreem-Rechts en Toxisch Zodat We Hem Kunnen Ontslaan. / Vals Te Beschuldigen Persoon Die We Uit Ons Midden Willen Verwijderen Omdat Hij Niet Past In Onze Bubble.
Lijkt me leuk als precedent voor latere rechtzaken…
Ook leuk is om namen of titel te verzinnen die verwarring zaaien met andere personen:
Heet je bv. Jan en ben je onderhoudsmonteur, kies dan voor Karel / Boekhouder (extra leuk als er op de boekhoudafdeling een Karel werkt).
Ik kijk al uit naar jullie brainstormen.
Ik dacht dat queer betekend dat je afwijkend bent.
Dus afwijkt van de rest.
Het is ook bijna niet meer bij te houden, elke week bedenken ze wel weer een nieuw woord ergens voor.
addendum:
Ook leuk zou zijn om hen de term pervert in de mond te doen nemen door (zonder te specificeren wat je eigen voorkeuren zijn, misschien wel als hetero maar bv. iets in de BDSM sfeer of helemaal niets maar daar hebben de anderen dan maar het raden naar) je voornaamwoorden te specificeren als:
– perverseling /pervert
Ook als niet duidelijk is waar het precies op slaat, dan nog is het leuk dat de term valt want daarmee breek je het sfeertje dat “alles zomaar normaal zou zijn”, immers ze noemen nou zelf iemand perverseling 😉
Consternatie veroorzaken is leuk maar je moet natuurlijk wel opletten dat je jezelf niet incrimineert: dus alleen maar omwille van de ophef kiezen voor pedofiel / necrofiel lijkt me te riskant.
Wat ook leuk zou zijn, zijn combinaties als linskmens / intolerante of collectivist / dwingeland of ambtenaar / luilak (terwijl je werkt in een private sector omgeving) of combinaties die mensen verwarren omdat ze denken dat ze niet samenhangen zoals: Bush / democrat of Obama / blanke. (overigens was hij van gemengde origine en dus net zo goed 50% wit als 50% zwart. Als men hem dus steevast als (100%) zwart mag benoemen, op grond van die 50%, dan kan je hem dus net zo goed als blank bestempelen o.b.v. die andere even grote 50%).
Zulke gedachten en ideeën had ik ook. De wokies trollen met hun eigen waanzin. Ik ga kijken of ik wat mooie aanvullingen heb voor de lijst.
Ook leuk om de conversatie in het honderd te sturen lijkt me:
– Ik / mij of … nog leuker: mij / ik
Probeer je de spraakverwarring maar eens voor te stellen.
Stel Jan heeft ik / mij als voornaamwoorden en Piet gaat praten:
“Goedemorgen mij”.
En later tegen een derde: “ik heb ik een mailtje gestuurd maar mij heeft mij nog niet gereplied”.
Comments are closed.