Onlangs zag ik in een Nova televisiefragment dat de staatssecretaris financiën uiterst tevreden was over de honderden miljoenen euros die hij
binnengehaald had van rekeninghouders in Luxemburg die hun rekeningen,
onder dreiging van de straffende overheid, alsnog aangemeld hadden.
Deze miljoenen waren welkom, verklaarde de staatssecretaris, want er waren zulke nuttige dingen mee te doen.
Het scheen de staatssecretaris volkomen te ontgaan, dat de personen van wie het geld onder strafbedreiging afgepakt was, er eveneens nuttige dingen mee hadden kunnen doen.
Interpersonele nutsvergelijking is onmogelijk. En nutsvergelijking tussen particulieren en via de overheid bereikte electorale segmenten is a fortiori niet mogelijk.
Maar zelfs de staatssecretaris zal toch wel aanvoelen dat het uiterst onwaarschijnlijk is, dat de via de overheid doorgesluisde miljoenen zullen leiden tot een vergroting van de totaliter genoten behoeftebevrediging.
Het is bekend dat de overheid, afgezien van de hoogte van de perceptiekosten, niet de meest efficiënte besteder van fondsen is. Iets door de overheid verricht, kost immers doorgaans circa het dubbele van hetzelfde, verricht door een particulier.
Bovendien is het evident, dat de staatssecretaris niet bekend is met hetgeen iedere eerstejaarsstudent in de leer van de financiering al binnen een week duidelijk is:
dat je eerst de grootte van je vermogensbehoefte moet vaststellen en pas daarna gaan kijken hoe je deze kunt financieren.
De staatssecretaris redeneert blijkbaar volgens het principe, dat hij voor HERVERDELING zoveel mogelijk geld bij elkaar wil graaien en daarna zal gaan zien, onder welke segmenten van het electoraat hij deze herverdeling op leuke en gezellige wijze kan verrichten, natuurlijk het liefst onder het winnen van wat stemmen, want daar werk je als politicus tenslotte voor.
Mijn persoonlijke inschatting is, dat de door de actie van de staatssecretaris veroorzaakte vermindering van de behoeftebevrediging welke zonder zijn ingrijpen gerealiseerd zou zijn, tenminste negentig procent bedraagt.
Ik vind het zowiezo merkwaardig dat er belasting betaald moet worden op spaargeld. Spaargeld is (meestal) inkomen dat niet is uitgegeven, dus er is al inkomstenbelasting over betaald. Wie al zijn geld verbrast is een brave burger. Wie liever vermogen opbouwt geldt kennelijk als iemand die beboet moet worden voor ongewenst gedrag.
Die Luxemburg affaire is ook interessant omdat er boetes worden opgelegd op basis van illegaal verkregen bewijs, de staat/belastingdienst lijkt in deze kwestie boven de wet te staan.
Of sprake is van illegaal verkregen bewijs (bedoeld zal zijn: onrechtmatig verkregen bewijs) is aan de rechter. Voorlopig is het nog 1-0 voor de Staatssecretaris!
Overigens weet een eerstejaars economiestudent ook dat de hoogte van de belastingheffing niet bestrijdbaar is; in dat geval moet met bestrijden de mate waarin de Nwederlandse staat door de OH moet worden geordend.
Comments are closed.